Hoofdstuk 19

35 2 0
                                    

Hoofdstuk 19

Nadat ik me heb gewassen en comfortabele kledij aan heb gedaan, loop ik met Fabio door het dorp. "Ik ga je trainen op een afgelegen gebied, zodat we niemand lastig kunnen vallen of dergelijken" zegt hij, waarmee hij eigenlijk bedoelt dat het ver wandelen is. En dat is het ook.

Na ongeveer een half uur gewandeld te hebben, komen we aan op een grote open plek met gras tot aan onze knieën. Het gras is geel gebleekt door de zon en hier en daar liggen twijgjes, die kraken onder onze voeten. Er steekt een zacht briesje op, die mijn lange haren alle kanten op laat waaien. In het midden van de open plek stoppen we.

"Goed, ik ga je trainen. We beginnen met het leren vliegen" zegt Fabio op een toon die eigen is aan een leraar ten opzichte van zijn leerling. Ik moet er een beetje om lachen, maar ik houd me in. Hij loopt om me heen en vouwt mijn vleugels mooi open. Die vleugels ben ik trouwens nog niet echt gewoon, maar meestal hangen ze half dichtgeklapt zodat ik er niet te veel last van heb. "Probeer ze eens te bewegen" beveelt hij me. Ik zet een stap naar voren en concentreer me, maar er gebeurt niets. "Probeer het nog eens, maar nu met meer wilskracht en concentratie", moedigt hij me aan. Ik haal diep adem en sluit mijn ogen. Ik denk aan mijn vleugels en dat ze moeten klapperen.

Ik voel na een poosje de grond onder mijn voeten niet meer, dus open ik mijn ogen. Ik kijk recht in Fabio's ogen en schrik ervan dat hij zo dicht tegen me aan vliegt. Als hij ziet dat ik mijn ogen weer open heb gedaan, vliegt hij een stukje naar achteren, zodat er meer ruimte tussen ons is. Ik kantel mijn hoofd naar beneden om te zien hoe hoog ik vlieg, maar dat had ik beter niet gedaan. Ik schrik zo hard van de hoogte dat mijn vleugels stoppen met klapperen en ik naar beneden val. Ik gil en zie vlak voor ik mijn ogen sluit dat Fabio me achterna duikt.

Zolang ik val, blijf ik gillen. Uiteindelijk voel ik hoe twee armen me uit de lucht grijpen en zo voorkomen dat ik te pletter sla op de grond. Ik ga ervan uit dat het Fabio's armen zijn. Ik open langzaam mijn ogen, maar tot mijn teleurstelling is het niet Fabio die me vast houdt. Het is William. Hij zet me neer op de grond en laat zijn blik over me heen glijden. "Wees voorzichtig! Duiken is niets voor beginners. Je had te pletter kunnen vallen" zegt hij bezorgd. "Ze dook niet; ze viel" komt Fabio tussen ons, nu ook hij op de grond staat. De klank van zijn stem lijkt alsof Fabio het niet oké vindt dat William me opving. Ik kijk van de één naar de ander en terug.

"Nou in dat geval had ze veel geluk dat ik er was om haar te redden" pronkt William. Ik zie hoe Fabio zijn ogen tot spleetjes knijpt en op zijn tanden bijt. Het is duidelijk dat die twee niet de aller beste vriendjes zijn.

FOX (On hold)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu