Als ze na tien minuten nog niet terug zijn, besluit ik toch even te kijken. Ik ga uit het water en loop naar het huisje. De deur staat al op een kier, dus ik hoor ze al praten. "Wat nou als ze het niet leuk vindt?" hoor ik Matthy zeggen. Wat niet leuk vindt? Gaat dit over mij? Waarom hebben ze het over mij?"Ze vindt het wel leuk, dat weet ik zeker." Hoor ik Raoul daarna nog zeggen. Ik besluit niet meer naar dit gesprek te luisteren en gewoon naar binnen te gaan. Als ze het niet erg vonden dat ik het zou horen, zouden ze niet naar binnen gaan. Ik loop door de deur naar binnen. Opeens is het stil. Het gesprek dat ik net afluisterde, is opeens gestopt. Het is nog nooit zo stil geweest als nu. "Komen jullie nog zwemmen?" vraag ik om de stilte te verbreken. Matthy kijkt mij een beetje angstig aan. Heb ik iets verkeerds gedaan of gezegd? Ik kijk naar Raoul, die ook een beetje bang mijn kant op kijkt. "Is er iets?" vraag ik. "Nee, hoor. Niets aan de hand." Zegt Raoul een beetje gehaast. "Nee, niets aan de hand." Zegt Matthy daar nog achteraan. Ik weet niet waarom, maar ze reageren heel raar. Zo heb ik ze nog nooit gezien. Alsof ze iets voor mij verbergen. Ik schud de gedachtes van me af en probeer me op iets anders te focussen. "Oké." Zeg ik een beetje aarzelend. "Maar... komen jullie nog zwemmen?" vraag ik. "Ja." Zegt Raoul weer gehaast. "We komen eraan." Zegt Matthy. Ik kijk ze om de beurt aan en knik verbaast. Ik loop de deur weer uit richting het water. Zo'n raar gesprek heb ik in tijden niet meer gehad. Gek.
Ik zit nog heel even aan de water rand. Het gesprek van net beleef ik nog zo'n twintig keer in mijn hoofd. Het was zo'n raar en akward gesprek. Ik heb nooit een akward gesprek. En al helemaal niet met Matthy of Raoul. Normaal gesproken kan ik daar uren mee praten, zonder dat het ooit ongemakkelijk wordt. Ik vond het in ieder geval gek. Ik probeer het van me af te zetten en het te vergeten, maar het blijft toch nog in mijn hoofd zitten. "Hey, schatje." Haalt Matthy mij uit mijn gedachtes. "Hey." Zeg ik terug. "Zullen we zwemmen?" vraagt Matthy. Ik knik. Probeer het te vergeten, blijf ik maar tegen me zelf zeggen.
Ik sta op en ga bij de rand van het water staan. Voordat ik er zelf ik kan springen, word ik er al in geduwd. Als ik boven kom, kijk ik naar de kant om te kijken wie me in het water heeft gegooid. Milo staat op de steiger me helemaal uit te lachen. Ik doe mijn hand omhoog en steek mijn middelvinger naar hem op. "Ik haat jou." Zeg ik, waardoor hij nog harder moet lachen. Achter hem zie ik Matthy steeds dichterbij hem lopen. Ik heb al snel door wat hij gaat doen, dus ik probeer Milo een beetje af te leiden. "Hou eens op met lachen." Zeg ik lachend tegen Milo. "Moet jij ook niet lach..." Voordat hij zijn zin kan afmaken, word hij ook het water in geduwd door Matthy. Matthy en ik gaan helemaal stuk. "Karma." Zeg ik tegen hem. Ik krijg een boze blik naar me toe geworpen ,waardoor ik nog harder moet lachen. Milo zwemt op me af en probeert me onder water te duwen. "Hey, blijf van mijn meisje af." Hoor ik Matthy schreeuwen en springt vervolgens het water in. 'Mijn meisje', deze twee woorden dwarrelen nog even door mijn hoofd. De vlinders in mijn buik komen weer tevoorschijn en vliegen veel rondjes door mijn buik. 'Mijn meisje' zo mag hij me wel vaker noemen. Ik word weer uit mijn gedachtes gehaald door Milo die mijn hoofd onder water duwt. Ik zag het totaal niet aankomen en verslik me in het water. Hoestend kom ik boven water. Ik zwem zo snel mogelijk naar de kant van het water en klim op de steiger. Matthy komt snel naar me toe zwemmen. "Gaat het, liefie?" vraagt Matthy schattig bezorgd. Ik knik. "Gaat wel, ik verslikte me alleen." Zeg ik door het hoesten heen.
"Waarom doe je dat nou?" zegt Matthy tegen Milo. Hijklinkt een beetje boos en geïrriteerd. "Matt, het maakt niet uit, het ginggewoon per ongelijk." "Ja Matt, luister naar je vriendin." Zegt Milo. Matthy wordtop een of andere manier heel boos. "Hou je bek man." Zegt hij boos. "Matt..." zegik. "Hou lekker zelf je bek." Zegt Milo dan ook boos. Waarom moet dit nou? We zijnnet 1 dag op vakantie en dan nu al ruzie. Ruzie om niets. "Matthy, Milo, stopalsjeblieft." Zegt ik. Ik hou echt totaal niet van schreeuwende mensen. Ik kanook slecht tegen ruzies, alleen Raoul weet dat. "Hou je erbuiten, Lies." Zegt Miloop een onaardige toon. Tranen springen in mijn ogen. Ik kan hier zo niet tegen.Ik sta op en ren naar binnen, ik kan dit geen seconde langer horen. "Waarom zegje dat nou?" hoor ik Matthy nog boos tegen Milo zeggen. "Hallo? Jij begint." ZegtMilo boos terug. Verder kan ik het gelukkig niet meer horen. Ik loop naar dekamer van mij en Matt. "Hey, Lies. Wat is er?" zegt Raoul als ik hem tegen kom.Ik negeer hem en sluit me op in mijn kamer...
Heeyy, hoofdstuk 60 alweer. Toen ik begon had ik nooit gedacht dat ik zo veel hoofdstukken zou schrijven. Heel erg bedankt voor alle leuke en lieve reacties op het boek. Vind ik echt heel lieff <3
Ik hoop dat jullie dit een leuk deel vonden?
Liefs Suus!
JE LEEST
Ik heb je nodig // Bankzitters
FanfictionLisa is het zusje van Raoul en komt hem op een dag weer tegen. Ze hadden elkaar een lange tijd niet gesproken. Lisa ontmoet daarna ook Matthy, een van de vrienden van Raoul. Misschien gaat dat nog wat worden, denkt Raoul...