31. wakker

191 8 0
                                    


(Dave)

Ik zit voor de derde dag aan haar bed. Nu ze stabiel is en haar kunstmatige coma is stopgezet, is het enkel nog afwachten tot ze wakker komt. Vandaag zit Stefanie bij ons. Ze leest in een magazine en kijkt af en toe door het raam of naar haar vriendin. Ik heb mijn laptop bij mij en lees door enkele dossiers, maar ik ben al snel afgeleid als ik voor de zoveelste keer naar Vanessa kijk. Een uur later geeuw ik en rek mij uit. Ik sta recht en vraag aan Stefanie: 'Moet je iets hebben uit de cafetaria?'

'Zou je een cola willen meebrengen?'

'Natuurlijk,' antwoord ik met een knik en verlaat de kamer.

Ik slenter door de drukke gangen van het ziekenhuis en moet soms eens stoppen om mensen te begroeten. Ik vraag me soms af of het niet beter is om niet zo beroemd te zijn. De mensen willen alles over je weten en velen hebben geen gêne met hun vragen. In de bistro kijk ik rond in de koelkasten. Ik neem Stefanie haar cola en vraag aan de medewerker voor een soep om mee te nemen. Ik reken af en slenter terug naar de kamer.

'Meneer Lavens?' Zegt een stem achter mij. Ik draai me om en kijk naar de dokter die Vanessa behandeld heeft. 'Dokter,' groet ik. 'Kom je even mee naar mijn kantoor. We hebben nog enkele dingen te bespreken.'

'Goed,' antwoord ik. Ik stap in zijn kantoor en kijk naar de twee agenten die er zitten. Ze staan recht en de man steekt zijn hand uit. Ik zet de beker met soep en de cola op het bureau en schud hem de hand. Daarna steekt de vrouwelijke agente haar hand uit en ik schud deze ook. 'Wij zullen niet veel van uw tijd in beslag nemen, meneer Lavens.' Ik knik. 'Ik laat jullie even alleen,' zegt de dokter. Ik wandel naar het raam en kijk naar buiten, ik stop ondertussen mijn handen in mijn broekzakken. De mannelijke agent schraapt zijn keel. 'U weet waarom we hier zijn?' Ik draai me om en antwoord: 'Het schietincident.'

'Ja, u weet dat wij moeten vragen stellen. Wij hebben uw beveiligingsagenten al gesproken. Hun verhalen passen. Later zullen wij u en mevrouw, ook nog eens ondervragen. Liefst zo snel mogelijk. Uw neef, Kevin Lavens, heeft zich die nacht vrijwillig aangegeven voor de ontvoering van Vanessa en hij heeft ondertussen ook zijn verhaal gedaan. Wat de dood van Karen en de vier anderen betreft daar zal wel een verder onderzoek naar gedaan worden. Wij hebben al gehoord dat u geen mensen hebt doodgeschoten, maar u bent wel een medeplichtige. Blijf binnen ons bereik tot alles opgelost is.'

'Dus mijn neef heeft zichzelf aangegeven?' De twee agenten knikken. 'De lafaard,' denk ik. 'We zullen u nog bellen voor een afspraak. Tot de volgende keer, meneer Lavens.'

'Euh, ja goed. Ik hoor nog van jullie.' De twee agenten staan recht en knikken beleefd naar mij voor ze de kamer verlaten. Ik neem de soep en cola en ga in snelle pas naar Vanessa haar kamer. Als ik binnenkom zie ik Stefanie staan aan de kleerkast. 'Ik ben terug. Sorry, dat het zo lang duurde, maar ik heb met de politie moeten praten. Stefanie draait zich om en glimlacht. Ik weet niet direct hoe ik moet reageren tot ik mijn naam hoor. Ik draai me om en zie de mooiste lach die er is. 'Vanessa, pluimpje. Je bent wakker?' Ik snel me naar haar en zet snel de cola en soep op haar nachtkast. Ik zet me naast haar op het bed en duw mijn lippen op de hare. Ze sist van de pijn en ik laat los. 'Sorry, pluimpje,' zeg ik tegen haar en leg voorzichtig mijn voorhoofd tegen dat van haar. Ik leg haar losgekomen haarlok achter haar oor en sluit mijn ogen om de tranen van geluk tegen te houden. 'Vanessa, ik dacht dat ik je kwijt was. Ik hou zo veel van jou,' fluister ik met een gebroken stem vol emotie.

'Dave, ik...' Ik hou ook van jou. Och, ik hou zoveel van jou.'

'Ik laat je nooit meer los, weet je dat? Ik wil je niet nog eens verliezen.' Tranen verlaten mijn ogen en Vanessa wrijft ze voorzichtig weg met haar vinger. Ze knikt naar haar vriendin achter mij en ik hoor de deur dicht gaan. Dan kan ik mij niet meer inhouden.

(Vanessa)

Toen ik wakker werd, was ik zo blij om een bekend vertrouwd gezicht te zien. Stefanie kwam al huilend bij mij zitten. Ze vertelde mij dat ik haar dit nooit meer mocht aan doen. Ik vroeg om het nodige water, dat ze me met liefde gaf. Ik moest kleine slokjes drinken uit een rietje. Daarna keek ik rond mij en was teleurgesteld dat Dave er niet was. Stefanie verzekerde me dat hij mijn kamer bijna niet verlieten. De zetel was zijn vaste plaats om te slapen. Hij is al die dagen nog niet thuis geweest. Ze zei zelfs dat ze blij was dat hij even weg was. En toen hij de kamer binnenkwam, maakte mijn hart een sprongetje van geluk. Zeker toen zijn gezicht oplichtte als ik zijn naam noemde.

Nu zit ik hier met een moe uitziend man aan mijn bed. Stefanie zwaait naar me en geeft een teken dat ze even weg gaat. Als hij hoort dat ze uit de kamer is vloeien de tranen uit zijn ogen. Hij draait zijn hoofd van me weg, zodat ik het niet zou kunnen zien, maar ik neem zijn kin vast in mijn éne hand en duw zijn kin naar mij toe. 'Dave, je moet je emoties niet wegstoppen voor mij. Ik word tenslotte jouw vrouw.'

'Ja, weet ik. Ik...ik...' 'Kom bij mij liggen.'

'Nee, ik durf niet. Ik kan je pijn doen.'

'Momenteel doe je me pijn door niet bij mij te komen liggen.' Hij knikt en komt voorzichtig bij mij in bed liggen. Ik probeer plaats te maken en sis als ik de pijn voel in mijn onderrug. Dave komt tegen mij liggen met zijn hoofd tegen het mijne en zijn arm over mijn buik.

Niet veel later open ik mijn ogen en kijk naast mij. We moeten allebei in slaap gevallen zijn want het is al donker buiten. Ik kijk naast mij en zie zijn vader naast mij zitten. 'Hallo, Vanessa,' fluistert hij. 'Hallo,' fluister ik terug. 'Het is al lang geleden dat ik mijn jongen zo gezien heb.' Ik kijk naar Dave die een vredige blik op zijn slapend gezicht heeft. 'Hij houdt zielsveel van jou. Jullie zijn een prachtig koppel, ook al zeggen anderen van niet.'

'Dank u, ik hou van hem.'

'Dat zie ik, liefje. Ik spreek wel met mijn ex. Zij laat haar veel te veel beïnvloeden door slechte bronnen. De beste bron volgens mij is nog altijd de persoon zelf leren kennen, niet luisteren naar anderen.'

'Pap, wat doe jij hier?' Vraagt een slaperige Dave. 'Ik kom kijken naar mijn toekomstige schoondochter en hoe het met haar gaat. En ik kom voor mijn zoon die niet antwoord op mijn berichten'

'Sorry, ik...'

'Je moet u niet excuseren. Je bent hier bij de liefde van je leven. Ik begrijp dat.'

'Maar ik moet iets bespreken onder vier ogen met je.' Dave kijkt naar zijn vader en knikt. Hun ernstige blikken voorspelt niet veel goeds.

Huishoudster (Nederlands)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu