Kabelend water en de geur van modder. Met gesloten ogen ademde ik het in en verdronk mezelf in de sensaties van het bos. Ik opende mijn ogen weer en reikte met mijn handen naar het beekje. Ik keek hoe het koele water zich om mijn vingers heen wikkelde en omhoog kwam om mijn handen op te slokken. Het streek langs mijn slanke polsen en kietelde de blauwe adertjes getekend in mijn huid.
Het was ironisch, hoe mijn aders de blauwe kleur hadden die geassocieerd werd met water, terwijl de roodbruine modder op de bodem van het beekje de kleur had van bloed.
Met een snelle beweging trok ik mijn handen terug en plonste wat van het heldere water in mijn gezicht. Ik hapte even naar adem toen de kou me in het gezicht sloeg en een stroompje water langs mijn hals mijn jurk in liep. Kennelijk hadden mijn handen de moddergrond van het beekje omgewoeld, want vanaf de plek waar ze net waren geweest dreef nu een bloedrode wolk op.
Ik grinnikte duister. Eindelijk symboliseerde iets het bloed dat mijn handen volgde.
"Waar lach je om?"
Ik schrok van de stem achter me. Kennelijk was ik zo opgegaan in mijn gedachten dat ik de naderende aanwezigheid niet had opgemerkt. Ik gaf mezelf op mijn kop, het had iemand gevaarlijk kunnen zijn. Hoe kon ik zo onoplettend zijn!
Ik draaide me om naar Cobe en keek hem streng aan. "Wat doe je hier? Heb je je lesje niet geleerd om niet alleen het bos in te gaan?"
Cobe keek schuifelend om zich heen, met een gepaste schaamte voor zijn acties van de vorige dag. "Jij bent hier toch," zei hij toen.
Ik keek hem aan, wachtend tot hij me zou vertellen wat hij hier kwam doen. Hij keek eerst naar de grond, om vervolgens langs me heen te lopen naar de rand van het beekje. Zoals ik net had gedaan, knielde hij ernaast en bestudeerde zijn spiegelbeeld.
"Je had geen keuze, toch?" vroeg hij half, aangezien hij eigenlijk het antwoord al wist. "Met de kaelpies?"
Ik knielde naast hem neer. "Nee," antwoorde ik.
"En dat kwam door mij, niet?"
"We hadden een deal gemaakt, en daar moest ik me aan houden."
"Hij sprak niet alleen in jouw hoofd, ook in die van mij. En je hebt me gisteren al gewaarschuwd. Ik weet dat hij een hogere prijs wilde omdat ik het bos in was gedwaald."
Dat verbaasde me, dat Faic inn Cobe het had laten horen. Maar algauw daagde het me waarom. Natuurlijk wist Faicinn hoe dit Cobe zou beïnvloeden en dat hij zich schuldig zou voelen. Dat manipulatieve beest.
Een vlaag van woede zweepte door me heen, maar Cobe ging verder. "Als ik er niet was geweest, had je dat meisje niet gegeven. Ze had de laatste test doorstaan, je had haar anders nooit zo de dood ingejaagd."
Ik keek hem nieuwsgierig aan. "En hoe weet jij dat zo zeker?"
"Ik weet hoe het ging met mijn dorp."
Ik staarde hem aan, benieuwd of hij zich verder zou verklaren, maar Cobe hield zijn blik strak op het water gericht.
"Het was de originele prijs, jij hebt daar niks aan verandert," probeerde ik hem gerust te stellen.
Cobe keek fel op. "Ik ontnam je de keuze," protesteerde hij.
Kalm beantwoordde ik zijn blik. "Een keuze heb ik nooit gehad, vergis je daar niet in. Misschien heb ik overwogen de kaelpies te trotseren, maar dat had net zo goed gevolgen kunnen hebben gehad. Het is wat het is."
We staarden elkaar in stilte aan. Uiteindelijk verbrak ik het oogcontact door te gaan liggen.
De boomtoppen vormden zich een dicht dak boven ons hoofd, langzaam ruisend in de wind. Ik sloot mijn ogen en vroeg me af of ik zo zou kunnen slapen. Zou dat niet heerlijk zijn, hier even een momentje rust tussen de natuur en naast dat kabbelende riviertje.
Ik hield van water, het was zo vredig. Onverschillig over het leven van de levenden kabbelde het altijd maar door en door. Wat zou ik graag mijn ogen sluiten en meedrijven met dat water om het gedoe van vandaag achter me te laten.
"Wat is er met ze gebeurd?" vroeg Cobe. Hij hoefde niet uit te leggen wie hij bedoelde.
De toon in zijn zachte stem maakte dat ik weer rechtop ging zitten. Cobe staarde nog steeds in het water, maar toen het duurde voordat hij antwoord kreeg keek hij naar me om. Zijn karamelbruine ogen stonden gekweld. Het brak mijn hart.
"Het is beter als je dat niet weet."
Hij knikte. "Vertel me dan dit, wat deed het met je? Om die keuze te maken?"
Die vraag verbaasde me, net als de oprechtheid die doorklonk in zijn stem.
"Wat?" stamelde ik.
"Was het moeilijk? Voel je je er slecht over? Of slijt dat gevoel uiteindelijk, als je maar vaak genoeg met zulke verotheid word geconfronteerd?"
Ik staarde hem aan, niet in staat te antwoorden. Het was nieuw voor me, maar ik kreeg een brok in mijn keel en kreeg hem niet weggeslikt.
Ik draaide me van hem weg en probeerde op te staan, maar Cobe hield me tegen, zijn hand op mijn arm. Ik bleef van hem wegkijken, proberend mijn verdriet voor hem te verbergen.
"Alsjeblieft," zei Cobe, "ik moet het weten. Ik moet weten of het je iets doet."
Ik dreef mijn nagels in mijn handen, wanhopig proberend om mijn emoties onder controle te krijgen. Het baatte niet. Uiteindelijk gaf ik op.
"Natuurlijk. Natuurlijk doet het me iets," antwoordde ik gekweld. "Ik heb die kinderen de dood in gedreven. Een verschrikkelijk dood. En niet alleen hun, ook die tientallen kinderen uit het dorp, en die van alle dorpen ervoor. Het doet me pijn. Het geeft me hoofdpijn. Het is ondraaglijk. Maar ik heb geen keuze. De koningin wil dat ik het doe en dus moet het. Maar niet voor lang meer. Ik zal haar laten boeten voor waar ze me toe dwingt."
Nog steeds had ik mijn rug naar Cobe toegekeerd, waardoor ik zijn gezicht niet kon zien. Ook mijn magie gaf me geen duidelijk beeld van zijn reactie. Het maakte me zenuwachtig, wat ging er in zijn hoofd om?
In spanning stond ik op het punt zijn hoofd binnen te dringen om zijn gedachten te lezen, toen ik hem achter me hoorde bewegen. Ik voelde hoe hij zijn hand op mijn schouder legde, en ik verstijfde. Hij draaide me naar hem toe en keek in mijn ogen. In zijn blik tolden tientallen verschillende emoties rond. Verdriet, verbolgenheid, pijn, en iets wat me verbaasde. Sympathie.
Mijn ogen werden groot, niet wetend wat ik moest doen. Hij leunde naar me toe en ik hield mijn adem in. Toen sloeg hij zijn armen om me heen en omhelsde me. Opgelucht ademde ik uit, even had ik gedacht dat hij me zou kussen. Maar bijna meteen verstijfde ik weer, toen het tot me door drong hoe, ondanks dat het geen kus was, bizar dit was.
"Wat doe je?" fluisterde ik.
"Niks" antwoorde hij, maar hij liet me niet los.
Even stond ik verstijfd in zijn armen, totdat ik me eraan overgaf. Voorzichtig legde ik mijn kin op zijn schouder en leunde tegen hem aan. Het was fijn om na deze afschuwelijke dagen me even gesteund te voelen.
JE LEEST
Ontsnapt aan de Wraak
Fantasy(English below) Sinds de heksen haar ontvoerden, is Raven opgeleid en getraind als heks. Gecontroleerd door de manipulatieve heksenkoningin, leeft ze met de heksen coven in een fort in La Fôret Noire. Ondanks dat ze nu gehoorzaam is, plant Raven het...