Het is de zesde keer dat het meisje wakker wordt in het grasveld. De vierde keer dat ze hier wakker wordt met een voldaan gevoel. Een gevoel van tevredenheid. Een gevoel van geluk. Iets wat ze in een lange tijd niet heeft gevoeld. Een gevoel dat grenst aan perfectie. Ze kreeg het gevoel toen zijn lippen de hare beroerden, maar gelijk daarna voelde ze zich afschuwelijk. Omdat de ander waarschijnlijk van alles mee kon genieten. In stilte vervloekt het meisje de schikgoden. Het meisje heet Valerie Mortimer. Heeft ravenzwart haar en bijna dezelfde kleur ogen. En dat meisje, dat ben ik.
Met een voldaan gevoel laat ik mezelf in het meer vallen. Een klein moment voel ik me helemaal gewichtloos. En kort daarna stort mijn hart weer in de afgrond. Het voelt als flitsen. En dat kan ik niet zelf, maar zij hebben dat vaak genoeg met me gedaan. Denk niet meer aan ze, draag ik mezelf op. Maar natuurlijk doet mijn lichaam weer eens niet wat ik hem opdraag. Als ik hem vertel niet te huilen, begint hij spontaan te tranen. Als ik hem opdraag om niets te voelen, lijkt alles me ineens heel sterk voor ogen te staan.
Ik open mijn ogen om in het blauwe water te kijken. De vissen zwemmen rustig om me heen, net zoals ze de vorige keer deden. Ik zie de gezichten van de elfjes naar me kijken, maar ze zijn wazig. Ik ben onder en zij zijn boven. De rode elfjes daarentegen zwemmen momenteel gewoon onder water. Ze zien er alleen een stuk minder vriendelijk uit dan de blauwe of groene. De elfjes met de andere kleur zijn nergens meer te bekennen. Misschien hebben ze het niet zo op seizoenen, verschrikkingen en kinderen daarvan. Maar ik kan het ook mis hebben.
Ik zie de weerspiegeling van iets zilvers boven het water verschijnen. Het enige wat zilver is in deze wereld, is de Heer van de Schaduwen. Ik hoef hem niet zo te noemen, maar het klinkt toch een stuk aardiger dan Dood. Hij is bovendien ook nog eens mijn vader. Een paar dagen geleden ben ik erachter gekomen dat mijn ouders een jaargetijde en een ramp zijn. Winter en Dood, zo willen ze dat ik ze aanspreek. Ik ben immers hun dochter. Anders zouden ze vast "Heer van de Verschrikkende Schaduwen" en "Vrouwe van sneeuw en ijs" heten.
Ze zijn getrouwd, ook al is koning Herfst er niet blij mee. Hij is blijkbaar dus mijn oom. Momenteel is hij niet aanwezig, omdat hij het te koud vind. Ik verdenk Winter ervan dat ze het expres laat sneeuwen. Maar hier is alles gewoon niets. Helemaal niets. Het is hier niet koud en niet warm. Het bloeit hier niet, maar het is ook niet verdort. Het is gewoon alsof er geen weer is.
'Trek je kleren weer aan. We moeten je wat vertellen.' zegt mijn in zwartgeklede vader. En is hij opeens verdwenen. Ik ken het trucje ook. Hul je in de schaduwen. Misschien moet ik ook maar een proberen om het meertje te bevriezen. Wanneer mijn blik op de angstige elfjes valt, laat ik die gedachte meteen varen. Lijkt me nou niet bepaald een goed idee om elfjes te gaan bevriezen. De rode hebben nu al de neiging om soms haren uit mijn hoofd te trekken, laat staan wat ze dan zullen doen.
Ik klauter aan het water en trek snel de nieuwe kleding aan die er klaar ligt. Een nieuw stapeltje. De kleuren van mijn ouders. Blauw met zwarte kleding. Het bestaat uit een lange zwarte broek. Er zijn er paar blauwe vakjes. Aan de ene kant zijn ze gewoon in een rechte lijn en aan de andere kant zijn ze rond. Het shirt is helemaal lichtblauw. Bijna dezelfde kleur als Winter draagt. Het vest dat erbij hoort is zwart, op een paar donkerder blauwe strepen na.
Het pak zit als gegoten. Ik loop weer naar de boom toe, waar ze meestal zitten. Maar deze keer zitten ze niet. 'Volg hem, dochter.' hoor ik de stem uit de lucht komen. Het is de Heer van de Schaduwen. Ze hebben wel erg vaak de neiging om plotseling te verdwijnen en dan als stem in de lucht op te duiken. Onbewust vraag ik me af of ik het ook kan. 'Wie moet ik volgen?' vraag ik. Opeens staat er een jongen voor mijn neus. Een van de jongens aan wie ik niet mag denken. En hij lijkt al net zo verbaasd om hier te zijn, als ik over zijn komst ben.
JE LEEST
Prinses van sneeuw en duisternis
FantasyValerie's leven staat op het punt om nog moeilijker te worden. Met wraak voor haar neus en wanhoop aan haar zijde, is het leven nou niet bepaald gemakkelijk. Ze zal haar zusje moeten vinden, voor het te laat is. En wie van de twee charmante broers...