Hoofdstuk 6

138 13 1
                                    

POV Tony
Goldur had inderdaad iets gevonden, en niet het teken gegeven dat we verder gingen trekken. Silferina had de boogschutters naar de rest van de groep gestuurd en staat nu fronsend naar de kaart die Goldur vond te kijken. "Een kaart van Faralla? Waarom is dat handig, op het feit na dat we nu een nieuwe kaart hebben." Goldur wijst op de woestijn. "Op de kaarten van Joris is de woestijn leeg, hier staan bronnen, oases en andere dingen op! Deze is handig als we de woestijn door gaan trekken!" zegt hij enthousiast. Joris komt aangelopen. "Wat is er aan de hand?" Sil toont hem de kaart. Will en hij gaan in overleg, terwijl ik, Goldur en Sil naar de rest werden gestuurd. Jenny wachtte al op ons. "We hebben gewonnen! Waarom zijn jullie daar niet blij mee?" vraagt ze verbaasd. Goldur glimlacht naar haar. "Dat we dit gewonnen hebben betekent niet dat we de oorlog gewonnen hebben. Misschien was dit een deel van het leger dat alvast gemobiliseerd is om het zuiden makkelijker te veroveren. We hebben pas gewonnen als we de Isitopes uitgeschakeld hebben." Jenny's gezicht betrekt. "Dat betekent nog meer bloedvergieten?" Jenny kan wel vechten, daar krijgt ze les in. Maar dat betekent niet dat ze het leuk vind. Dat heeft ze ons zelf uitgelegd. Ze kan veel beter overleggen en overeenkomsten sluiten. Volgens Lucinda en Claire is ze een hele goede onderhandelaar, die niet zomaar opgeeft. Maar vechten? Nee, dat vindt Jenny maar niks. "Jupp." zegt Sil. "Waarschijnlijk nog heel veel zelfs."

POV Silferina
Als de mannen klaar zijn met praten trekken we weer verder. De Isitopes van dat kamp zijn misschien wel uitgeschakeld, maar volgens Auron zijn we sowieso geslonken tot ongeveer negenhonderd Emaraanse soldaten. Nog een paar van deze gevechten en we kunnen nog wel eens problemen krijgen. Zelf denk ik dat we gewoon zo snel mogelijk in het noorden moeten komen, daar de overige Isitopes verjagen en dan weer naar huis gaan. Iedereen blij. Joris was dolblij met de vondst van Goldur, de kaart met bronnen in de woestijn. Zo kunnen we de woestijn door komen zonder in de problemen te komen. Ik ben er ook blij mee, vooral omdat Joris eerst zei dat we nog wel eens mensen konden verliezen door de hitte en het watertekort in de woestijn. De Faralla weten wel hoe je de woestijn door kan komen, maar ze weten ook dat mensen die het niet gewend zijn dat lastig vinden en er soms doden bij vallen. Met de kaart kunnen we het watertekort oplossen door via de bronnen te gaan. Misschien komen we ook wat Grenam en Karalla tegen. Jeej. Tony kwam naast me rijden. "Gaat het wel? Je trekt een gezicht alsof je net iets heel zuurs hebt gegeten." Ik kijk hem kwaad aan. "Ik ben wel serieus hoor." zegt Tony met een bezorgd gezicht. Ik zucht. "Jawel. Ik voel me alleen een beetje stom omdat ik moest huilen bij het zien van het slagveld." Tony haalt zijn schouders op. "Het geeft niks. Je was gewoon van slag. Ik begrijp het wel hoor." Lief van hem, dat hij me zo steunt. Jenny moest opeens keihard lachen, terwijl Goldur haar grijnzend aankijkt. "Ik denk dat het wel wat wordt tussen die twee." merkt Tony op. Ik glimlach. "Ik denk het ook." Dan zie ik Tigerai. Hij kijkt naar iets in zijn handpalm. "Moment." Ik laat Danser iets dichterbij komen. Tigerai had niks door. "Boe!" roep ik. Van schrik liet Tigerai het bijna vallen. "Je schrok." zeg ik grijnzend. Tigerai kijkt me boos aan. Ik negeer zijn blik en kijk naar zijn hand. "Waar keek je naar?" "Niks." zegt Tigerai nors, maar hij bloosde. "Echt wel. Ik zag je naar je hand kijken, en dat is niet omdat je je nagels bestudeerde." Tigerai rolt met zijn ogen. "Nieuwsgierig aapje." "Ik ben een grijze jager, die zijn van nature nieuwsgierig." Tigerai kijkt me nors aan. Dan opent hij zijn hand. In zijn hand ligt een ketting, met een ring eraan. "Van Diana?" Diana is Tigerai's vriendin en de dochter van een van de vele hertogen van Emara. "Ja." "Leuk." Tigerai glimlacht. "We zijn verloofd." Ik kijk hem verbaasd aan. "Nee!" Tigerai knikt. "Jawel. In de dagen dat jullie weg waren heb ik haar gevraagd. Ze zei direct ja." "Wat leuk! Maar waarom ga je op oorlogsmissie dan?" Tigerai tuurt in de verte. "Ik wilde dit graag. Ik zit al maanden opgesloten in het paleis, dus wilde ik eens mijn benen strekken. Bovendien was ik de enige die het leger aan kon voeren, want pap moest een probleem tussen twee hertogen oplossen. Diana zei op me te wachten." Ik grijns naar hem. "Dus... Jij bent verloofd hm?" Tigerai trekt zijn wenkbrauw op. "Ja? Dat vertelde ik je net toch?" Toen leek hij te snappen dat hij ergens in getrapt was. "Nou... De bruiloft is een heel gedoe... En Diana zal niet voor eeuwig willen wachten..." Tigerai liet me stoppen voor ik op mijn punt kwam. "Diana zei dat ik levend terug moest komen, dus dat is mijn doel." Ik vergeet mijn hele grap. "Ik help wel. Ik help je wel levend terug komen. Jij en Diana zijn het waard." Tigerai kijkt me broederlijk aan. "Dat is lief van je zusje, maar-" "Niks te maren! Ik help je levend hiervandaan te komen." Daarmee besloot ik de zaak als afgedaan. "Denk je dat het iets tussen Goldur en Jenny gaat worden?" Ik besloot op een ander onderwerp te springen. Tigerai kijkt even naar Goldur en Jenny, die lachend tussen de rest rijden. "Ik denk dat dat wel wat worden gaat." Hij blijft even stil. "Je hoeft er niet voor te zorgen dat ik hier levend uit kom-" "En toch doe ik het. Daarmee uit Tigerai." onderbreek ik hem. Tigerai glimlacht naar me. "Ja baas." Ik grijns. "En zo is het maar net. Zie je zo weer!" Ik hou Danser in, tot ik weer naast Tony kwam. Hij kijkt me hoofdschuddend aan. "Jij bent echt onmogelijk." Ik trek een wenkbrauw op. "Dus?" Tony lacht. "Ik heb er niks op tegen hoor!" Hij knipoogt naar me. "Het is juist het leuke aan je." Ik bloos. "Net als je gebloos." "Toto!" Ik stomp hem. Lachend kijkt Tony me aan. "En je gestomp."

De grijze jaagster, boek 3, LegendesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu