6 - Wondermiddel

1.1K 65 2
                                    

- SLOANE -

Voor de zoveelste keer stond ik voor de grote poort. Deze keer was het niet Feather die de deur opendeed maar Kyan. Oh god. Kyan keek me met zijn prachtige donkerblauwe ogen aan en mijn knieën begonnen bijna meteen te knikken.

"Sloane, das lang geleden!" Ik brabbelde een onverstaanbaar antwoord terug. Kyan keek me een beetje vreemd aan. Jezus, doe niet alsof je dom bent. IK BEN AL JAREN STAPEL VERLIEFD OP JE.

"Sloane?"

"Oh, ik heb mijn moeder nodig.. Dringend!" Kyan sloeg zijn vleugels meteen uit.

"Liv!" galmde zijn prachtige stem door de hallen.

~

"Sloane, lieverd, wat is er aan de hand?"

"Het was de duivel!" reageerde ik dramatisch. Mijn moeder glimlachte naar mij en trok één wenkbrauw op.

"Ik raakte hem aan.." Toen ik dat zei trok mijn moeder haar andere wenkbrauw ook op.

"Oh, nee nee! Niet op die manier! O god, nee! Ik gaf hem alleen een knuffel!"

"Rustig, Sloane," mijn moeder legde haar handen op mijn schouders,wat mij een steek bezorgde, "en nu?"

Langzaam schoof ik mijn vleugels uit en draaide me voorzichtig naar mijn moeder toe.
"Toen ik hem aanraakte, kregen we allebei een steek bij onze schouders. Devon weet alleen nog niet dat hij vleugels heeft maar aan zijn gezicht kon ik zien dat hij ook pijn had. En nu gaat de steek niet meer weg..." Mijn moeder bekeek mijn vleugels nauwkeurig en raakte ze voorzichtig aan. Een gloeiende steek verspreidde zich nog verder over mijn vleugels.

"Niks ernstig," vertelde ze me toen, "je lichaam reageert alleen afstotend tegen hem. Net als met ziekteverwekkers bij mensen. Officieel mogen jullie niet samen omgaan. Als jij hem volledig toelaat en hij jou... zou het geen probleem moeten zijn."

"Gaat de pijn dan pas weg?"

"Wacht hier." Mijn moeder vloog weg en kwam even later weer terug met een roze goedje. Ze opende het potje en schonk de vloeistof langzaam over mijn vleugels. Een tinteling verspreidde door mijn vleugels. Het leek wel alsof ze licht gaven. En toen. Toen was de pijn weg.

"Beter?" vroeg mijn moeder. Ik fladderde met mijn vleugels, geen pijn.

"Beter."

"Maar Sloane... Dan moet ik je nu toch weer echt vragen om te vertrekken." mijn moeder keek een beetje verdrietig naar mij, boog zich toen naar voren om een kus op mijn voorhoofd te plaatsen. Met een zucht keek ik toe hoe mijn moeder steeds verder van me weg liep.

~

Shit. Toen ik bij mijn moeder was had ik er geen seconde meer aan gedacht om ook zo'n goedje voor Devon mee te nemen. Ik moest hem zien! Ik schoof mijn vleugels uit en vloog zo snel als ik kon. Ik landde voor het bordje 'engelenstraat' toen ik me bedacht dat ik wel een plan moest hebben. Ik kon niet zomaar weer voor zijn huis opdagen om iets over natuurkunde te vragen. Ik kon zeggen dat ik iets was vergeten... al had ik niks bij gehad. Krampachtig keek naar wat ik bij had. Mijn kleren, geen optie. En een armbandje. Ik staarde naar het ijzeren armbandje. Ik had het al mijn hele leven. Ieder engelenkind dat wordt geboren krijgt van de raad een sieraad. Het armbandje was versierd met een hartje dat vleugels had. Het hartje was zwart ingekleurd, ik weet niet hoe ze het wisten, maar blijkbaar was ik geboren om een duiveltje te worden.

Ik kroop op mijn hurken naar zijn voordeur en legde voorzichtig het armbandje neer. Ik zou het mezelf nooit vergeven als het kapot ging. Daarna belde ik aan. Het duurde een tijdje voordat de deur open werd gedaan. Ik wilde al bijna gaan praten, maar stopte toen ik zag dat Devon niet de deur open had gedaan.

The devil of the angels (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu