26 - God

569 42 11
                                    

- SLOANE - 

Mijn hart leek voor een tijdje stil te staan toen ik naar de man keek. Het was de wachter aan wie ik een uur geleden de zogenaamde brief van Gioya had gegeven. De man staarde naar ons en schreewde iets. Devon greep me bij mijn schouders en duwde me weg. 

Het voelde alsof mijn benen niet meer werkten. Ik had geen spieren meer en mijn botten verbrokkelden langzaam. Het voelde alsof mijn benen van pudding waren geworden en ik er elk moment doorheen zou zakken, maar dat gebeurde niet. 

Omdat ik maar stil bleef staan, tilde Devon me op. Ik voelde me gewichtloos toen ik in zijn armen lag, ik voelde niks. Mijn gevoelens stonden uit. We waren betrapt. Ik was betrapt met Devon. 

Mijn hart klopte harder dan normaal en bonkte in mijn oor. Het was zo luid dat ik me afvroeg of Devon het ook kan horen. 

Achter ons hoorde ik geschreeuw, bevelen werden gegeven. Ze achtervolgden ons. We waren er geweest. Ik sloot mijn ogen en dacht na over de gevolgen. Ik zou worden verbannen uit de hemel. Ik zou mijn moeder nooit meer zien, nooit meer haar armen om me heen voelen. Ik zou nooit meer Feather's lach horen als ik weer eens iets geks deed, haar lach die jou ook liet lachen. Ik zou nooit meer kattenkwaad kunnen uithalen met Enza, nooit meer kunnen shoppen. Nooit meer kon ik praten met Gioya alsof hij mijn vader was, voor de tweede keer zou ik mijn vader kwijtraken. En nooit meer zou ik Kyan zien, die stiekem nog een plekje in mijn hart had. En dan als laatste zou ik nooit meer mijn echte familie zien, alle engelen, bij wie ik was opgegroeid. 

Ik hoorde Devons vleugels hard in de lucht slaan terwijl hij zijn armen strakker om mij heen sloeg. Hij schold een reeks woorden en keek achterom. Zijn gezicht stond op onweer en bezorg keek hij me aan. Een verontschuldigende blik op zijn gezicht. Maar hij kon er niks aan doen. Ik had er in toegestemd om hem te blijven zien, ook al was het tegen de regels van de raad. Ik hield van Devon, er was geen andere optie mogelijk. 

En de tijd leek even stil te staan toen ik voelde dat Devon werd weggetrokken en ik langzaam naar beneden viel. Als een regendruppel op weg naar zijn eindlocatie. Ik viel en viel, maar had de kracht niet om mijn vleugels uit te slaan. Ik baalde er op dat moment van dat ik niet zou sterven als ik met een grote klap op de grond zou aankomen. Ik zou kapot gaan van binnen, maar dood zou ik niet gaan. 

Maar ik werd opgevangen en het kleine beetje hoop dat ik had op doodgaan vervaagde in een klap. Een engel staarde me aan en vloog in een snel tempo weer naar de hemel toe. 

Daar aangekomen werd ik meteen naar de zaal van de raad gedragen. Het nieuws had zich in enkele minuten verspreid door de hemel en iedereen gaapte me aan. Het voelde net als een tijdje geleden, toen ik mijn keuze had gemaakt. 

Ik vroeg me af waar Devon was. Wat ze met hem hadden gedaan. Ik hoopte niet dat ze hem iets zouden aandoen, al zou het me niet hebben verbaasd. 

Ik voelde dat mijn voeten de grond raakte, dat mijn spieren en botten weer hun werk deden. 

Een fel licht verspreidde zich over de hemel en ik wist wat er ging gebeuren. Kylian, mijn meester, had me er uren over verteld. Pas één keer had God zich laten zien en ik voelde me bijna vereerd dat hij zich nu liet zien om mij. Ik schudde gauw die gedachte uit mijn hoofd, want blij moest ik niet zijn. 

God was niet zoals ik me hem had voorgesteld. In mijn hoofd zag hij er uit als een knappe man, maar hij was niet knap, hij was tien keer het woordje knap. Het was raar en moeilijk om naar te kijken, mede door het witte licht dat van zijn lichaam afstraalde. 

Zijn stem was al net zo bewonderenswaardig als zijn verschijning. Ik denk dat als hij mee zou doen aan een talentenshow hij meteen de prijs in zijn handen kreeg gedrukt. 'Nee, je hoeft geen auditie te doen, nee, nee, hier is de prijs.' zouden ze zeggen. 

Zijn mond bewoog terwijl hij wild met zijn armen zwaaide, maar eerlijk gezegd leek het net alsof hij sprak in een andere taal. Een taal die ik niet kende, een vreemde taal. 

Ik stond daar, mijn mond lichtjes open, schouders wat naar beneden gezakt. Ik leek niet op Sloane, ik leek op het meisje dat ik jaren terug was. Een jaar of vier, nog onschuldig, een echte engel. 

Er waren een paar woorden die ik wel verstond uit de vreemde taal. Woorden die mijn leven voor altijd zouden veranderen. Woorden die niet tegengesproken konden worden. Woorden die een bevel betekenden. 

"Sloane, je bent verbannen uit de hemel." 

---------------------------------------------------------------------------------------


Vergeet niet te stemmen 

SUPER ERG BEDANKT VOOR 1K READS!!!

xxx


The devil of the angels (Dutch)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu