2

384 32 5
                                    

Lynn

Zuchtend ga ik voor Selena en Levy zitten, die achter in het lokaal zijn gaan zitten. Ik haal mijn boeken uit mijn tas en leg ze op mijn tafel.

'Lynn?' hoor ik een verbaasde stem naast me en ik slik, haal diep adem en kijk dan verveeld op.

'Wat moet je, Riley?' zeg ik verveeld. Riley laat zijn blik over mij heen glijden en ik rol met mijn ogen. 'Wat heb je nou te kijken?'

'Wow, je bent echt veranderd in de vakantie', zegt hij verward. 'Mag ik naast je zitten?'

'Nee, flikker op', sis ik. 'Ik mag dan wel veranderd zijn in de vakantie, maar mijn gevoelens voor jou niet. Ik haat je nog steeds net zoveel als ik je voor de vakantie haatte.'

'En haat versta jij onder naar bed gaan met iemand?' grijnst Riley. 'Dan wil ik je ook wel haten.'

'Houd je bek! Je weet best waar ik het over heb.' Riley zucht.

'Het spijt me', begint hij. 'Ik wilde je niet kwetsen.'

'Wat had je dan gedacht? Dat ik er nooit achter zou komen?' Ik snuif. 'Je bent een klootzak, Riley. Flikker op uit mijn ogen!'

'Dames en heren, gaat u zitten op uw plek. We hebben veel te doen dit jaar!' De docent komt de klas binnen lopen en zet zijn tas met een klap op de tafel. 'Jullie moeten onder andere een werkstuk maken met degene die nu naast je zit.'

Riley gaat snel naast me zitten en ik probeer hem van de stoel af te duwen. Riley grijnst naar me. 'Nu moeten we wel tijd met elkaar doorbrengen, babe.'

'Riley!' roep ik geërgerd uit. 'Ik kan je echt niet uitstaan!'

'Mevrouw Tomlinson', hoor ik meneer Whiteglass zeggen. 'Nog een keer schreeuwen door de klas en u kunt vertrekken.' Ik zucht.

'Ja, meneer.' Ik kijk Riley met een vernietigende blik aan en zeg dan: 'Ik wil alleen niet met hém samenwerken.'

Meneer Whiteglass haalt onverschillig zijn schouders op. 'Niet mijn probleem. U bent zelf naast hem gaan zitten.'

'Maar hij kwam naast mij zitten!' roep ik uit.

'Mevrouw Tomlinson, eruit! Roepen door de klas en vervolgens ook nog tegen de docent in gaan? Wegwezen! Meld u bij de directrice.'

Ik zucht en stop mijn boeken in mijn tas. Ik voel Riley's ogen op mij branden en weet gewoon dat hij grijnst.

'Klootzak', sis ik. 'Ik haat je.'

'Haat en liefde liggen dicht bij elkaar, babe', zegt hij terug. 'Ik weet dat je, ergens in je hart, nog van me houdt.'

'Nooit. Niet meer', zeg ik zacht. 'Je hebt me gebroken, Riley. Nooit zou ik meer van je kunnen houden.'

En met die woorden loop ik het lokaal uit.

Woorden: 448.

Broken promises *2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu