Hoofdstuk 5

4.7K 211 19
                                    

Hoofdstuk 5

 

De volgende dag was er een vergadering op het stadsplein waar de dag ervoor het festival nog had plaatsgevonden. Iedereen moest erbij zijn, inclusief wij.

‘Ik vraag me af waar we over gaan vergaderen,’ zei Bram.

‘Ja, en wat ik me nog meer afvraag: waarom moet iedereen erbij zijn?’ vroeg Janine zich hardop af. Steeds meer mensen verzamelden zich op het stadsplein. Toen iedereen er ongeveer was stapte een man van rond de 35 in een gestreken kostuum, op een trapje dat naar het gemeentehuis leidde.

‘Ik heet jullie allemaal welkom op deze vergadering.’ Hij keek eens om zich heen, zijn blik kruiste die van mij. Hij glimlachte even en vervolgde: ‘Ik ben zoals de meeste onder jullie weten James Hameswooth, jullie burgemeester. Deze vergadering gaat over de toekomst van deze stad. Ik vind dat iedereen een steentje zal moeten bijdragen. Want er kan ieder moment iets slechts gebeuren. Maar met jullie samenwerking zal die kans op iets slechts verminderen.’

Ik en Bram keken elkaar even aan.

‘Ik heb vrijwilligers nodig die boeren zullen helpen met oogsten en andere taken, ook heb ik paar stevige mannen nodig als verdedigers van deze stad. En de vrouwen kunnen ons helpen met huishouden, dingen te maken en te verkopen op markten. Of dingen te ruilen. Ook heb ik nog hulp nodig bij de supermarkt. Jullie zullen hiervoor worden betaald. Pas op, het zal niet heel veel geld zijn, maar in tijden van crisis zal je wel tevreden zijn met deze faire vergoeding. Ieder gezin mag een deel van de opbrengst houden, de rest gaat naar de gemeente. Daar kunnen we de stad mee onderhouden en proviand inslaan en andere noodzakelijke uitgaven doen.’

Er ontstond rumoer in het publiek.

‘Julie blijven van mijn geld!’ schreeuwde een oude vrouw.

‘Rustig mensen, rustig! Dit is allemaal voor Springford!’

Het publiek werd al wat stiller maar er bleven mensen dingen schreeuwen .

Ik geraakte dit beu. Het was toch begrijpelijk dat we een soort van belasting moesten betalen? Ze hadden het geld nodig om alles draaiende te houden.

Ik wurmde me door het publiek en klom mee het trapje op om vervolgens naast de onrustige burgemeester te staan. Het publiek hield stil, al hun ogen waren op mij gericht.

Tot mijn verbazing werd ik er niet zenuwachtig van.

‘Luister mensen, ik begrijp dat jullie niet graag een deel van jullie geld willen afstaan. Maar voordat heel deze crisis de criminaliteit drastisch deed toenemen, moesten we toch ook belastingen betalen? Veel meer dan wat we nu zullen moeten betalen. Jullie mogen eigenlijk blij zijn dat er nog een veilige stad als Springford bestaat. Waarom kunnen jullie niet gewoon dankbaar zijn voor wat je hebt? Zeker als je het wilt behouden.’

De mensen werden er stil van.

‘Je hebt gelijk,’ zei een man met een grijze jas.

‘Dank je.’ Ik knikte de verbaasde burgemeester vriendelijk toe en klom van het trapje weer naar mijn vaste plaats.

‘Bedankt voor die toespraak,’ zei James de burgemeester.

‘Ja, goed gedaan,’ zei Nina. Hij praatte verder.

‘Eerst en vooral, vrijwilligers voor op de boerderij te werken?’

Wat  jongere gasten en enkele oudere mannen staken hun handen in de lucht.

Janine duwde de arm van Bram omhoog.

‘He! Ik wil niet op een stomme boerderij werken!’

‘Je hebt geen keuze! We hebben het geld nodig.’

Hell on earthWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu