Hoofdstuk 23

3.4K 191 44
                                    

Hoofdstuk 23

Ik had al zo lang op dit moment gewacht. Het moment dat André stierf. Dat hij eindelijk meemaakte wat hij andere mensen had aangedaan: de dood.

Maar buiten een klik klonk er niks. Geen knal. Niet de plof van André's lichaam dat op de grond viel. Alleen een doodse stilte. Automatisch haalde ik nogmaals de trekker over, alsof het een reflex was. En dan weer en dan weer. Maar telkens gebeurde er niks. Bij elke trek meer ongeloof op mijn gezicht. Meer radeloosheid. 'Wat ...?'

André schoot in de lach. 'Hahaha! Goed bezig hoor! Het wapen is niet eens geladen.'

Ik keek Ray vragend aan. Hij had me het wapen overhandigd. 'Waarom geef je me een wapen dat niet geladen is?'

'Sorry, we wilden de huidige Hellen leren kennen. Dit was een test of je in staat was iemand te vermoorden die zich niet eens kon verweren. En daar ben je toe in staat. Je bent geslaagd.' Hij glimlachte tevreden naar me.

Geslaagd? 'Voor wat is ze dan geslaagd?' vroeg Henry de vraag die ik net wilde gaan stellen.

Ray keek Henry even aan, maar zijn ogen richtten zich al snel weer naar mij.

'Welkom in onze bende: Freedom Force. Een bende die het slechte bestrijd en alle klootzakken uit de weg ruimt.'

Even stond ik versteld.

'Wow, wacht eens even!' moeide Henry zich er nu ook mee. 'Wat zijn jullie voor bende, wat doen jullie zo al?'

Ray zuchtte geïrriteerd om die bemoeizucht.

'Zoals ik al zei, we bestrijden het slechte. En je ziet, we kunnen ons mannetje wel staan.' Hij gebaarde om zich heen.

'Dan wil ik ook in die bende,' moeide Henry zich weer.

Ray schudde minachtend zijn hoofd.

'Ik beslis hier niet over. Maar de baas zal dat wel uitmaken.'

'Wie is die baas dan?'

Ray negeerde zijn vraag en zei: 'Oké, luister iedereen. We moeten zo snel mogelijk hier vandaan.'

'Omdat Bradley nog meer boeven naar hier stuurt?' vroeg ik.

'Dat ook. Maar ook omdat de hele stad zich in hun schuilkelders verschanst. Je dacht toch niet dat zo'n stad in zo'n korte tijd helemaal ontruimd kon zijn? Eens ze gewaar worden dat de kust veilig is, zullen ze terug boven komen. Dat zal niet zo lang meer duren. En ik wil de vragen over al deze lijken liever ontwijken. Dus zullen we dan maar gaan?'

Iedereen ging akkoord, we moesten zo snel mogelijk weg van hier.

Massimo, die al die tijd alles van een afstand had gade geslagen, maakte geen aanstalten om ons te volgen. 'Massimo, kom je nog mee?' vroeg ik hem en zette een paar stappen in zijn richting. Hij zag er nog steeds niet uit. Ik voelde me nog altijd heel erg schuldig. Een gevoel dat me overweldigde. Massimo zijn familie, bijna Massimo zelf ... Allemaal mijn schuld. Allemaal mijn schuld en die van Henry.

'Wie is hij eigenlijk?' vroeg Ray. 'Toen we in Florence verbleven, gaf Massimo ons onderdak. Hij was toen onze huisbaas. Voor hem zijn we terug gekomen naar hier, om zijn leven te redden,' legde ik uit.

Massimo schudde boos zijn hoofd. 'Jullie zijn te laat gekomen.'

'We zijn zo snel gekomen als mogelijk was,' zei Henry.

'Als mogelijk was,' lachte hij minachtend. 'Het begint langzamerhand tot me door te dringen wat er net allemaal gebeurd was. Het is allemaal jullie schuld! Door jullie zijn mijn vrouw en dochter gestorven! Zijn jullie nu blij, hm? Als ik had geweten dat Bradley achter jullie aanzat, had ik jullie nooit onderdak gegeven!' riep hij uit zijn doen. Ray ging beschermend voor me staan, alsof hij verwachtte dat Massimo ieder moment naar me toe kon stormen om me iets aan te doen. Zijn woorden deden pijn, en het schuldgevoel groeide alleen maar. 'Bradley heeft ook mijn familie vermoord, dus ik weet hoe je je nu voelt,' zei ik zacht, maar hij had me gehoord. 'O, moet ik nu medelijden met je hebben? Ik wil niet met jullie meegaan. Ik blijf hier!' maakte hij duidelijk.

Hell on earthWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu