Hoofdstuk 10
Die vraag bleef zich maar herhalen in mijn hoofd. Waarvan herkende André Andric?
Die vraag deelde ik dan ook met de gevangene, degene waar ik het hoefijzer naar had gegooid. Zijn naam was blijkbaar Leo. Tenminste, als dat zijn echte naam was.
Maar zijn naam maakte ook niet zoveel uit, de informatie die hij ons vertelde was meer van belang.
Axel en de burgemeester James Hameswooth waren in mijn gezelschap en deden mee aan de ondervraging. De andere gevangene hadden we al ondervraagt, maar die wilde ons niks vertellen. Normaal mocht ik van mijn vader ook niet meedoen aan de ondervraging. Hij vond dat ik hier al te veel in betrokken was geraakt. Maar James vond dan weer dat ik nog wel eens zeer nuttige vragen kon gaan stellen. Aangezien ik heel de situatie had meegemaakt.
En ik was er toch al in betrokken, dus wat maakte het nog uit? In overleg met Janine, had Axel toch ingestemd.
Leo keek me enkel aan, maar zweeg.
Hier stonden we dan, in de schuur waar heel het tafereel had plaats gevonden.
Ik werd woedend als ik eraan terug dacht, maar ook bang.
‘Kom op! Vertel het me dan! Waarvan kent André Andric?’ vroeg ik op een dwingende toon.
‘Het fijne weet ik er ook niet van. Ik weet enkel en alleen dat we naar hier zijn gekomen om Andric te vinden en mee te nemen.’
Waarom zouden ze Andric willen meenemen? Waarom was hij van zo’n belang? Waren ze echt alleen maar naar hier gekomen voor hem?
‘En je stelt jezelf dan niet de vraag waarom ze hem willen hebben?’ bemoeide Axel er zich nu ook mee. Axel wist al mijn versie van het verhaal. Ik had hem alles al verteld. Hij wist ook dat Andric degene was die de caravan toen overhoop gehaald had. Maar hij wist ook dat hij mijn leven had gered in het bos.
‘Wij hebben ons geen vragen te stellen, we doen gewoon wat ons gevraagd wordt.’
‘Hiermee komen we geen stap verder!’ riep James. ‘Hij weet meer dan hij wilt toegeven, ik zie het in zijn ogen.’
Leo schudde zijn hoofd. ‘Ik weet niks meer dan dat ik jullie nu vertel! Maar één ding weet ik wel, jullie zijn dom om hier te blijven. Mij vragen te stellen. Jullie zouden beter wegvluchten voordat André de baas gecontacteerd heeft. Nu hij weet dat Andric in de buurt is zal hij een nog vele grotere groep naar hier sturen.’
Ik keek mijn vader even aan. Leo had hier wel een punt. Wat deden we hier eigenlijk nog?
Axel wreef met zijn handen gefrustreerd door zijn haren.
We hoorde voetstappen ,buiten , ze kwamen in de richting van de schuur. Wie hielden onze adem in en staarden naar de deur. Toen kwam Janine naar binnen. Er kon weer geademd worden.
‘Er zijn al 16 doden geteld, en 22 gewonden,’ zei Janine triest. ‘We hebben net een brand bij het gemeentehuis kunnen blussen. Er blijft niet veel van over. Al een geluk dat het een alleenstaand gebouw was en er geen omringende huizen waren. En Axel, gaat die ondervraging nog lang duren? Bram wil hier zo snel mogelijk weg.’
Axel keek naar Leo, die zijn blik gericht had op Janine.
‘Nog een laatste vraag, heb je spijt van wat je gedaan hebt?’ vroeg Axel.
Leo zijn blik ging naar Axel. Hij grinnikte, alsof hij net iets heel grappigs gevraagd had.
‘Nee, ik heb geen moment spijt gehad.’
‘Jij klootzak!’ riep ik.
Leo trok zich daar niks van aan en bleef maar glimlachen.
‘Kan ik jullie even buiten spreken?’ vroeg ze aan ons alle drie.
JE LEEST
Hell on earth
Mystery / ThrillerVrede. Het was zo’n simpel woord, maar er zat een grote betekenis achter. In mijn wereld bestond dat woord niet. Moordlustig en gewelddadig, zo kon je de wereld van nu omschrijven. Want wat ging er gebeuren als er geen politie bestond? Dan ging de...