Als Evert richting het bureau is vertrokken, kijkt Fenna rustig rond in het huis. Er is weinig veranderd sinds de vorige keer dat ze er was. De foto's op de muur tonen nu een ietsje oudere Nynke en Brecht, en er staat een nieuw koffiezetapparaat, maar verder is alles hetzelfde. Het geeft haar een rustig gevoel vanbinnen. De omgeving is vertrouwd, dat helpt bij het creëren van rust in haar gedachten. Even glimlacht ze. Ze is nog geen twee uur terug hier, en gelijk denkt ze al na over tot rust komen. Dat zegt wel iets over hoe zeer ze zich hier nog op haar gemak voelt. De situatie met Evert vindt ze aan de ene kant een beetje ingewikkeld, aan de andere kant is ze heel blij dat hij heeft aangeboden haar in huis te nemen, en voelt het heel goed om terug te zijn hier, bij hem.
Gedurende de ochtend voelt Fenna hoofdpijn opkomen. Dat heeft ze wel vaker als ze slecht slaapt en haar gedachten zo op hol zijn geslagen. Dan is het allemaal net iets te veel. Sowieso heeft ze sinds haar ongeluk met het busje vaker last van hoofdpijn. Meestal is het genoeg om even rustig aan te doen, maar vandaag lijkt het alleen maar erger te worden. Om half drie besluit ze twee aspirines in te nemen, en eventjes te gaan liggen. Nynke en Brecht zijn over een uurtje thuis, en Fenna wil graag weer een beetje fit zijn als ze komen. Evert heeft haar verzekerd dat de meisjes blij zijn om haar te zien, maar toch ziet ze er wel een beetje tegenop. Fenna gaat op de bank liggen en sluit eventjes haar ogen. Haar hoofd bonkt, ze hoopt dat de aspirines snel gaan werken.
"Fenna?" Heel zachtjes aait Evert over haar – niet-gewonde – linkerschouder. Ze ligt op de bank te slapen. "Fen?" Hij hurkt naast de bank en aait een pluk haar uit haar gezicht. Haar oogleden trillen, en ze kreunt zacht. Langzaam opent ze haar ogen. Slaperig kijkt ze om zich heen, haar blik blijft hangen op Everts bezorgde gezicht. "Hey," mompelt ze tegen hem. "Hey," hij kijkt terwijl ze zich wat opricht, "ben je oké?" Ze kijkt hem aan, even voelt ze frustratie in zich op komen. Ze hadden die ochtend nog afgesproken dat hij dat niet steeds zou vragen. Dan ziet ze op de klok dat het al zeven uur is, en na nog een blik op Everts gezicht snapt ze het. Hij is bezorgd, en in dit geval snapt ze het. Ze gaat rechtop zitten en glimlacht even naar hem. "Ik had hoofdpijn," vertelt ze hem, "ik wilde even gaan liggen, wachten tot de aspirine in zou werken. Blijkbaar ben ik in slaap gevallen."
Evert knikt, en gaat even naast Fenna op de bank zitten. Hij wil haar vragen of het nu weer beter met haar gaat, of de hoofdpijn weg is, maar hij houdt zich in. Hij had de frustratie net al op haar gezicht gezien toen hij vroeg of ze oké was, en hij herinnert zich nog de afspraak die ze die ochtend gemaakt hadden. Hij kijkt naar haar, aait even over haar bovenbeen, en dan staat hij op. "Eten is klaar. Ik ga de meisjes boven halen, ga jij vast aan tafel zitten?" Fenna knikt. Ze kijkt naar Evert terwijl hij richting de trap loopt. Hij draait zich nog even om, en kijkt naar haar. Weer ziet ze de bezorgdheid op zijn gezicht. "Evert, de hoofdpijn is weg." Ze glimlacht naar hem. Evert glimlacht terug. Als hij de trap oploopt, blijft de glimlach op zijn gezicht. Dit was een stap. Hij weet nog niet hoe dit gaat werken, met Fenna in huis, maar dit was de eerste stap richting vertrouwen.
Een paar minuten later zitten Evert, Fenna, Nynke en Brecht aan tafel. Fenna probeert te eten met alleen haar linkerhand, en tegelijkertijd vuren de meisjes vele vragen op haar af. Na een tijdje kijkt Fenna naar Evert, en lacht ze zacht. "Heb jij ze die verhoortechnieken aangeleerd?" Vraagt ze dan. Ook hij lacht. De meisjes trekken zich er weinig van aan, ze hebben Fenna zo lang niet gezien, en er is heel veel wat ze moeten weten. "Ben je verliefd op iemand anders dan papa?" Begint Brecht na een tijdje over het pijnlijke onderwerp. Everts gezicht verstrakt gelijk, en hij opent zijn mond al om er iets van te zeggen, maar Fenna blijft heel rustig. "Nee. Ik ben op niemand anders verliefd." Brecht knikt, tevreden met het antwoord, maar Nynke gaat er nog een stapje overheen. "Ook niet meer op papa?" Even kijkt Fenna Evert aan. "Papa en ik zijn goede vrienden, Nyn." Antwoordt ze dan. Dat is het eerlijkste antwoord wat ze kan bedenken. Haar gevoelens voor Evert zijn nooit weggegaan, maar dat kan ze niet toegeven nu. Nynke knikt. "Blijf je lang bij ons wonen?" Vraagt ze dan. Fenna glimlacht. "Ik blijf tot ik weer zelf kan wonen." Nynke kijkt haar nadenkend aan. "Ik hoop dat dat dan lang duurt. Je moet hier blijven." Zegt ze, en Brecht knikt instemmend.
YOU ARE READING
Laat Me Gaan
FanfictionJust because I let you go, doesn't mean I wanted to. Just because I left, doesn't mean I didn't love you.