Part 23

1.1K 39 1
                                    

-Daan Zwierink-

Ze trekt haar arm uit mijn greep. Ze schiet achteruit en valt met een harde klap met haar hoofd op de tafel. Haar lichaam ligt stil op de grond. Een plas bloed verspreidt zich rond haar lichaam. "Daan! Godver doe iets! Dit is jou schuld!" ik wil bewegen maar ik kan het niet. Mijn voeten zijn vast genageld aan de grond. Mijn ogen staren naar het levenloze lichaam. Ik zie hoe Owen richting Megan loopt en zich naast haar knielt. Tranen stromen over zijn wangen terwijl hij onverstaanbare dingen tegen haar mompelt. Simone was aan het bellen terwijl Nils het bloeden probeert  te stoppen met zijn shirt. Over zijn wangen stromen ook tranen. Achter Owen probeert Rein hem rustig te houden. Rein houdt het ook niet meer en hij laat de tranen nu ook over zijn wangen stromen. Geen van de jongens kan zich meer stil houden. Over mijn wangen stromen nu ook langzaam tranen. Op een gegeven moment springt Owen overeind en komt richting mij lopen, Rein probeert hem nog tegen te houden maar hij staat nu vlak voor me. "Als je haar nog met een vinger aan raakt, vermoord ik je. Ik meen het Zwierink! Een vinger en je zult niet voor lang leven!" Zijn ogen waren rood van het huilen maar staan toch woedend. Met zijn handen drukt hij me een stuk aan de kant en opent de deur voor als de ambulance broeders komen. Niet veel later komen ze ook binnen lopen, iedereen stapt aan de kant voor de mannen die gelijk richting Megan rennen. "Hoe is dit gebeurd?" ik bijt op mijn lip, bang dat een van de jongens de echte waarheid gaat zeggen. "Ze is gevallen." de ambulance broeder knikt en legt samen met de andere man Megan op de brancard. "Een van jullie mag mee, wie wordt het?" Iedereen wijst gelijk naar Owen en de broeders knikken. "Familie of vriend?" Owen kijkt op. "Familie." De mannen knikken en Owen rent met de mannen mee naar de ambulance waarna ze gelijk weg rijden. De jongens grijpen hun jassen en lopen richting de voordeur. Als ik mee wil lopen wordt ik tegen gehouden. "Jij gaat niet mee! Denk aan wat Owen heeft gezegd. Zorg maar dat dit opgeruimd is voor dat wij terug komen." Sist Nils boos richting mij en gooit de deur achter zich dicht. Ik zag nog net Simone een bezorgde blik op mij werpen, maar het maakte niet meer uit. Ik had het verpest en erg ook.

Iedereen was weg en ik zat met mijn hoofd in mijn handen. Ik mag niet bij haar zijn, ik had het verpest. Ik sta op en begin rondjes te ijsberen. Hoe is het zover kunnen komen, waarom ben ik zo jaloers op Nils. Waarom heb ik hem als mijn vriend verbannen. Ik sluit mijn ogen en neem een grote hap lucht. Ik moet haar zien. Ik ren naar de gang, doe mijn jas aan en houd de eerste beste taxi aan als ik buiten ben. Ik mompel het adres van het ziekenhuis en binnen een kwartier komen we daar ook aan. Ik betaal snel en ren het ziekenhuis in. Hijgend kom ik bij de balie aan. "Waar ligt Megan Lorin Playfair?" de vrouw mompelt kort iets en gaf toen het kamer nummer. Ik glijd met mijn ogen over de bordjes zoekend naar kamer 224. Ik moet een verdieping omhoog. Ik loop de trap op. Wanneer ik bijna bij haar kamer ben stapt een verpleegster op me af. "Daan Zwierink is het niet?" Ze was een blonde verpleegster, die zichzelf iets te sexy vond in dat pakje aangezien ze haar tieten tien meter naar voren drukt. Ik knik naar haar. "Ja, maar ik moet nu echt gaan."Ze komt dichter bij me staan en grijpt mijn pols vast. Het beeld van Megan schiet door mijn hoofd en ik kan mijn pols niet uit haar greep trekken. "Ik moet nu echt gaan." mompel ik als ze wel heel dicht bij komt staan. "Kun je niet wat langer blijven?" Fluistert ze en ze wil haar lippen op die van mij drukken als ik een bekende stem hoor. "Mijn zusje ligt op dat bed daar, en dat is jouw schuld. En jij denkt dat het oké is dat je met een of andere verpleegslet gaat lopen zoenen?" Ze had me los gelaten en ik iep op Owen af. "Ik kon mijn arm niet uit haar hand halen, Megan schoot gelijk door mijn hoofd, Ik wou dit niet eens." stamel ik moeilijk. "Hmpf.. Geen idee hoe hij mij heeft kunnen weerstaan." Mompelt de blonde bimbo achter mij. "D-Dat komt omdat hij voor iemand anders gevallen is." ik zie Nils moeilijk kijken, hij weet over wie Rein het had, hij wist het maar al te goed. "Als ik niet bij haar mag, vertel me dan alsjeblieft hoe het met haar gaat." Ik smeekte bijna op mijn knieën en als het zou moeten zou ik dat ook doen. "Owen, laat hem bij haar kijken." Nils zijn stem was zacht maar duidelijk voor iedereen te horen. "Je mag naar haar toe, zolang je haar maar met geen een vinger aanraakt" mompelt hij waarschuwend. Ik loop rustig de kamer binnen. Als mijn blik op het bed valt blijf ik stokstijf staan. Haar lichaam is bleek, haar hoofd is verwikkeld in verband en haar arm zit in het gips. Als het apparaat naast haar niet aan het piepen was had ik gedacht dat ze dood was. "Is dit mijn schuld?" stamel ik moeilijk tegen de jongens achter mij. Ik hoorde een paar zachte ja's en ik zak door mijn knieën. Ik verberg mijn handen in mijn gezicht  terwijl de tranen over mijn wangen stromen. "Hoe kon ik zo'n klootzak zijn." ik wil nog meer woorden uitspreken maar het lukte me niet. Het aanzicht van haar bewegingsloze lichaam werd me te veel. Ik spring op en loop de kamer uit, rennen lukt niet meer. "Waarom liet je hem kijken?" Simone was boos dat was duidelijk te merken. "Het moest, Simone. Hij kan nu beter verwerken wat hij gedaan heeft, ik ken hem." Ik liet me op een van de stoelen in de wachtkamer vallen en staarde naar het raam, waar nog net een stukje van Megans bed te zien was.

Er waren al vier dagen verstreken en nog steeds waren er nauwelijks veranderingen bij Megan. De dokters hadden verteld dat als ze na een week niet wakker zou worden er een kans was dat ze niet meer de oude werd. Owen had me verteld dat als het niet goed zou komen met Megan, hij me direct zou weg sturen en me nooit meer hoeft te zien, wat ook betekent dat ik uit de band moet. Nils bleef tegen me praten ook al zag ik dat hij er moeite mee had. Simone bleef het maar voor me opnemen, ook al wist ze dat het meeste wat ze zei gelogen was. En Rein heb ik al twee dagen niet meer gezien, hij is of op zijn kamer of in het ziekenhuis. Ik mocht niet meer tegelijk met Owen naar het ziekenhuis. Daarom was ik er bijna niet, niet dat ik van plan was om het tegen te spreken. "Wil een van jullie eten? Ik bestel zo wat." Simone stond op uit haar stoel. "Bestel maar pizza." Ze knikt en even later komt de pizzakoerier ze brengen. "Rein, naar beneden komen!" vaag gemompel klinkt vanaf boven en even later komt Rein de trap af strompelen. Hij ziet er verschrikkelijk uit. Zijn haar is niet gedaan en er zijn grote wallen onder zijn ogen, zijn ogen waren bloeddoorlopen van het vele huilen. "Wat eten we?" zijn stem klinkt nog heser dan normaal, en zijn blik glijdt door de kamer heen. Als zijn ogen bij mij terecht komen kijkt hij nors weg. "Ik heb al geen honger meer." snuift hij. "Ik eet wel boven." mompel ik en pak de bovenste pizza en neem hem mee naar boven. Ik weet wel dat Rein me niet meer mag, tot dat het allemaal goed komt met Megan. En als dat niet gebeurd kan ik vertrekken uit de band. Dat is beter voor ons allemaal. Ik weet nu al zeker dat Rein, Owen en Nils nooit meer tegen me zouden willen praten. Simone zou het blijven doen, ook al zou ze er op tegen zijn. Ik weet dat ook al zijn, of beter waren Nils en ik de beste vrienden, dit zou hij me niet kunnen vergeven. Rein heeft me al dagen ontweken en eerlijk gezegd ben ik er blij om. Als hij me ziet negeert hij me en praat over me alsof ik er niet ben. Hij blijft herhalen dat het mijn schuld is, dat hij me een klootzak vind en ga zo maar door. Rein had me van mijn en Nils zijn oude kamer gehaald en sliep ik nu in een of andere kleine kamer aan de andere kant van het huis. Hij had in de gaten gehad dat het Nils sloopte dat hij nog steeds met me praatte en stuurde me weg. Eerlijk gezegd, I don't blame him. "Daan! Kom naar beneden! We gaan nu naar het ziekenhuis!" Reins stem klinkt opdringerig. Ik bijt op mijn lip en ren de trap af. Ten eerste omdat Rein tegen me praatte en ten tweede omdat het zo opdringerig klinkt. Iedereen staat al buiten en we rijden naar het ziekenhuis. Eenmaal daar stond er al een dokter voor Megans kamer. "Ze kan elk moment wakker worden." waren zijn woorden voordat hij weg liep.

It's not ok, Owen Playfair.Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu