46

453 11 1
                                    

We zitten op het bankje Sander ligt met zijn hoofd op mijn schouder en onze handen zijn in elkaar verstrengeld. Mijn gedachten gaan terug naar alle momenten die we samen hebben beleefd. Natuurlijk waren er slechte, maar er waren ook hele goede. Nu hij heeft verteld waarom hij me leuk vind en ik soort van waarom ik hem leuk vind is er geen weg meer terug. We gaan vanaf dit punt verder of we stoppen.

Mijn hart zegt dat ik hem een kans moet geven en mijn hoofd zegt van niet. Als ik niet van iemand hou doet het ook geen pijn als hij bij me weg gaat, maar wat nou als ik maar een maand met hem krijg en dat de beste maand van mijn leven blijkt? Maakt die maand dan niet alles goed voor de dagen of misschien jaren die ik zonder hem moet doen.

"Kom we gaan" zeg ik. We staan allebei op en samen lopen we terug naar mijn auto "jij kunt zeker nog niet rijden?" vraag ik "nee helaas niet" zegt hij. Ik pak zijn hand en wikkel onze vingers in elkaar "dat geeft niet. Dan breng ik je thuis in plaats van jij mij" grap ik. Gelukkig lacht hij om mijn grapje.

Ik hou de deur voor hem open en help hem instappen "stapt u maar in" zeg ik "wel dank u wel, dat is erg aardig van u sir" zegt hij. Ik doe de deur voor hem dicht en loop om mijn auto heen naar de andere kant. "Waar kan ik u naartoe brengen?" Hij kijkt me aan en brengt zijn gezicht dichterbij "naar de sterren" fluistert hij.

Ik start mijn auto en rij weg van 'ons plekje' ik weet zeker dat er misschien nog honderd mensen zijn die dat als 'hun plekje' beschouwen, maar dat maakt me niet uit. Ik heb er nog nooit iemand gezien en dat wil ik graag zo houden. "Meneer?" Ik glimlach als ik mijn hoofd naar Sander draai. "Waar brengt u ons naartoe?" vraagt hij. "Naar de sterren" zeg ik " dat was wat u wilde toch?"

"Meneer, u weet dat ik niet zo lekker ben toch? Dus u kunt me wel kidnappen, maar u heeft niks aan mij" zegt hij waardoor ik in de lach schiet "nou nou meneer, ik kan u verzekeren dat ik dat niet van plan ben" laat ik hem weten. "Dat andere bespreken we later" zeg ik nog.

Ik rij naar zijn huis en parkeer mijn auto op de oprit. "Kom meneer u bent thuis" hij doet de deur open en wilt uitstappen, maar begint dan te kreunen van de pijn "Sander?" Ik ren om de auto heen "gaat het?" hij knikt "er ging een steek door mijn zij" zegt hij "help me even" ik help hem omhoog en breng hem naar zijn voordeur "redt je het vanaf hier? ik moet gaan.

Zijn blik veranderend van vrolijk naar teleurgesteld "ja ik red het wel" zegt hij. Ik geef hem een zachte kus op zijn wang "ik kom snel terug" laat ik hem weten. Hij knikt en loopt het huis in. Wanneer de deur dicht is ga ik terug naar mijn auto. Er is zoveel gebeurd de laatste tijd dat ik moet nadenken over wat ik precies wil en of ik het wel aan kan.

Thuis loop ik bijna mijn vader om ver "hoi pap" zeg ik. "Hey jongen, hoe is het?" vraagt hij. "Ik weet het niet, er is een hoop gebeurt de laatste tijd" zeg ik. Hij knikt "ja dat is zo, wil je er over praten?" Ik knik "ja ik denk het wel" zeg ik. Hij wijst naar de bank "ga zitten ik ben zo terug" ik doe wat hij zegt en wacht tot hij terug komt.

"Dus wat is er?" vraagt hij wanneer hij terug komt lopen met 2 flesjes bier "Sander is verliefd op me" zeg ik "dat weet ik" zegt hij "dat is hij al een tijdje." Ik kijk naar hem"waarom zegt iedereen dat toch steeds?" vraag ik "weet je nog dat mam en ik jullie aan het plagen waren?" Ik knik "we dachten toen echt dat jullie een stelletje zouden worden" zegt hij "jullie waren zo close, maar toen kwam Jake en daarna al het andere" zegt hij.

"Waarom denk je dat we een stelletje zijn?" vraag ik "omdat jij ook verliefd bent op hem" zegt mijn vader. Ik trek een wenkbrauw op "kom op Joost, dat ben je al jaren" zegt hij. "Hoe weet je dat?" Hij glimlacht "omdat elke keer als je zijn naam noemt je ogen oplichten en je heel lichtjes bloost. Het is schattig" zegt hij.

"Wat nou als hij bij me weg gaat pap, als ik niet ben wat hij verwacht?" vraag ik zacht "ik kan het niet aan als hij weg gaat. Ik ging er bijna aan onderdoor de laatste keer" zeg ik. "Joost, die jongen is zo waanzinnig gek op je, die gaat echt nooit meer weg. Bovendien pikt hij je bullshit en stomme grappen al jaren" zegt hij "dat stopt echt niet zomaar."

"Ik ben zo bang pap" zeg ik "dat weet ik jongen. Dat ben ik ook elke dag voor jou en je moeder, maar tegelijkertijd maken jullie me zo gelukkig dat dat veel meer voor me betekend dan al het andere. Er kan altijd iets gebeuren, maar je moet je geluk niet door je angsten laten verpesten" zegt hij.

"Ik denk dat je gelijk hebt" zeg ik "je kent de regels hè" grijnst hij "ja pap, er zijn er twee. Nummer 1: jij hebt altijd gelijk
Nummer 2: als je het niet hebt dan heb je het alsnog" zucht ik. Hij grijnst "precies, nou ga gelukkig worden met die jongen" zegt hij.

Ik sta op, loop naar mijn kamer en bel Koen op. Ik heb een plan maar hij moet me ermee helpen. Ik bel hem op en daarna bel ik Luuk, Max, Levi, en maikel ook met mijn plan. Ze willen me allemaal helpen dus nu moet ik het alleen nog gaan regelen.

Mijn beste fout. 18+ ✅Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu