Epiloog

252 17 3
                                    

POV Tony
Fris en fruitig wordt ik wakker in het bed van het logeerhuis, waar ik samen met Will,, koning Arnaut en de rest slaap. Sil was gisteren op mijn schouder in slaap gevallen, dus ik en Goldur hebben haar naar haar kamer gebracht,m waarna we een heel gesprek hadden over wapens, de opleidingen en Araluen. Hij is heel aardig en grappig, en lijkt bovendien ontzettend veel op Sil, maar dan in jongensvorm. Toen ik ook moe begon te worden heb ik hem gedag gezegd en ben hierheen gegaan, waarna ik bijna direct in slaap was gevallen. Will heb ik niet meer gezien, maar volgens Madelyn was die met Arnaut aan het praten, dus die zal het hele verhaal ook wel gehoord hebben. Ik denk aan gisteravond, toen ik Sil had gekust. Ik was doodsbang dat ze het niet goed vond, maar ze kuste me terug, dus is het nu officieel 'aan'. Het gaf me een tevreden gevoel, net als het moment dat ik haar de armband gaf. Ze vond hem heel mooi, dus ben ik zeer tevreden met mezelf. Ik kleed me aan en ga naar buiten, met mijn boog en messen. We hebben gister alles opgehaald van mij en zwill, Goldur en ik. Danser, Bellado en Trek hebben we in de stallen geplaatst, naast alle andere paarden. Buiten tref ik Goldur weer, die oefent met een zwaard. Het ziet er goed uit, maar ik ben er geen expert in, dus weet ik niet of het goed is. Ik vond het goed. "Hoi." "Hoi." Ik span mijn boog en mis de roos net. Goldur kijkt me verbaasd aan. "Is dat wat jullie in jullie opleiding moeten doen? Jij en Sil?" Hm, hij noemt haar ook Sil. Ik knik. "Net als allerlei ander dingen is boogschieten ook een onderdeel van onze opleiding, hoezo?" "Gewoon, nieuwsgierig." Hij valt zijn pop weer aan. "Wat houdt de ridderopleiding in?" Ik kijk hem verbaasd aan. "Weet ik niet. Ik kan het aan een vriend van me vragen. Waarom vraag je dat?" "Gewoon, nieuwsgierig." Ik rol met mijn ogen. Als hij het niet zeggen wil... "Goedemorgen!" Silferina komt de trainingsplaats oplopen. Ze draagt haar jagerstenue, met haar haren in een paardenstaart. Het danst terwijl ze loopt. "Hoi Sil." zeg ik terug. "Lekker geslapen?" Ze bloost en kijkt de grijnzende Goldur boos aan. Ik begin ook te blozen, maar glimlach er wel bij. Ze gaat naast me staan en schiet een pijl, recht in de roos. Ik knik goedkeurend, en Goldur fluit bewonderend. We oefenen verder, waarin Sil het ook tegen Goldur opnam met een zwaard. Van hout natuurlijk. Ik was toeschouwer. Ik moet zeggen dat Sil het best gvoed deed. Elke keer als Goldur haar op haar handen sloeg, in haar buik of zij prikte, of haar ontwapende pakte ze het gewoon weer op. Ze bleef volhouden en zette bij elke tegenslag weer door. Het zweet parelde op haar voorhoofd, maar je kon niet zeggen dat ze geen doorzetter was. Na het oefenen en het ontbijt moesten we alweer vertrekken. Silferina beloofde nog honderden keren te schrijven, maar de echte verassing kwam vanuit Goldur. "Ik ga mee." De koning en koningin knikten, Silferina omhelsde hem vrolijk
en de haar andere broer, Tigerai heette hij volgens mij, glimlachte trots. Goldur had besloten de ridderopleiding te gaan volgen en heer Roderick was ermee ingestemd. Goldur gaat dus mee met ons, en de groep vertrekt. Ik heb de boog ook aan Sil gegeven, net als haar Saksische mes. Ze bedankte me, gaf me een kus en ging praten met een blondharig meisje die ze 'Hanna' noemde. Alle kinderen uit Araluen en buurlanden gaan ook met ons mee, dus hadden we een groot schip nodig. Gelukkig had koning Arnaut eraan gedacht en kon iedereen mee. Smiels vriendin moet hier vast bij zitten. Of wacht, 'Hanna'? Dat is Smiels vriendin! Oeps. Ik heb met Will gesproken, die inderdaad van koning Arnaut had gehoord dat Silferina haar ouders had gevonden. Hij zei blij te zijn met het feit dat Sil haar opleiding af mocht maken. Hij zei het zonde te vinden als dat niet mocht. Silferina komt weer bij me staan en pakt mijn hand vast. Aan haar andere kant gaat Goldur staan, die haar hand ook vastpakt. Ze knijpt in onze handen en trekt zichzelf omhoog, waarna ze lachend neerkomt als ik haar met mijn andere hand in haar buik prik. Ik denk dat we een hele mooie toekomst voor ons gaan hebben.

POV Silferina
Hanna en alle andere kinderen gaan hun familie en geliefden weer zien. Ik ben blij voor ze, al helemaal nu ik weet dat ze veilig zijn en het plan geslaagd was. John zit samen met alle anderen achter slot en grendel, Pollo heeft sorry gezegd en is in Emara met zijn ouders herenigd en Lapis is ook weer bij haar familie. Will vertelde me dat Anna, Hester en Stan in het weeshuis zijn aangekomen volgens baron Arald en dat ze hem en Toto inderdaad bereikt hebben. Ik ben blij dat ze veilig zijn. Als we weer thuis zijn ga ik ze even opzoeken. Nouja, in Araluen. Ik zit er nog wel mee dat ik nu eigenlijk twee plekken heb die ik thuis noem. Emara, bij mijn familie, en Araluen, bij mijn andere 'familie' en al mijn vrienden. Gelukkig gaat Goldur met ons mee om de ridderopleiding te volgen. Maurice heeft hem in kleuren en geuren verteld hoe dat is. Ik sta tussen Goldur en Tony in, mijn handen verstrengeld in die van hun. Dit was een leuk avontuur, die een heleboel heeft opgeleverd. Vrijheid voor de kinderen, een nieuwe vriend voor Araluen en mijn familie die ik nu eindelijk gevonden heb. Dit ga ik mijn hele leven onthouden, en ik denk dat vele avonturen nog gaan volgen. Tony prikt me nog een keer in mijn buik en begint me te kietelen, waardoor ik lachend op het dek lig, met hem erboven. Ik probeer hem terug te kietelen, maar dat is tot nu toe jammerlijk mislukt. Als hij eindelijk stopt kijken we elkaar in de ogen, ik op de grond en hij erboven. Een ding weet ik zeker, hoeveel avonturen en gevaren ik nog ga meemaken, ik heb een vriend naast mijn zijde. Een zeer goede vriend zelfs. Goldur trekt me overeind, waarna ik hem in zijn buik prik en het een twee-op-een aanval wordt, ik en Toto op Goldur. Die liep uit op een aanval van de jongens op mij, omdat Tony zich niet inhouden kon en mij weer in mijn buik prikte. Een zeer goede vriend en een broer dan. Will staat glimlachend naar ons te kijken. Een zeer goede vriend, een broer en een mentor. Die staan altijd aan mijn zijde. Ik kijk naar de zee, die het schip omringt als een moeder een kind omhelst. We gaan er gewoon voor.

De grijze jaagster, Boek 1: EmaraWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu