44

1.5K 66 29
                                    

Maak je alvast klaar voor veel P.O.V's mensjes!

-Michael-

"Kan ik u onder vier ogen spreken, dokter?" Vroeg ik en hij knikte. Samen liepen we de kamer uit.

"Waar wilt u het over hebben?" Vroeg hij en ik wreef nerveus in mijn handen.

"Wat moeten we doen om Alana's been te kunnen genezen?" Vroeg ik, angst door mijn hele lichaam heen.

"We moeten haar been opereren. We moeten ervoor zorgen dat haar been weer genoeg zuurstof krijgt." Antwoordde hij terwijl hij zijn bril in zijn zak deed.

"Hoelang duurt het voordat Alana weer genezen is?" Vroeg ik weer.

"Nou, de genees-periode ligt rond de twee maanden." Reageerde hij en ik voelde blokken steen op mijn hoofd vallen.

"W-wat?" Stotterde ik.

"Luister, ik weet dat u veel van uw zusje houdt. Maar zo gaat dat. Het menselijke lichaam heeft tijd nodig om te kunnen genezen."

"Mijn zusje's toekomst staat op het spel. Ze weet het niet, maar er komen grote mensen kijken die voor haar een studiebeurs willen betalen. Als ze dit niet haalt, dan kan ze haar dromen niet volgen. Oké? Mijn andere zusje is al gestopt met Football, net de dag waar maarliefst drie mensen met studiebeurzen kwamen kijken! Het brak mijn hart toen ik hoorde dat Luna stopte. Het enige wat ik wil, is het beste voor hun.

"Het spijt me meneer, maar ik kan er niet aan doen." Zei hij. "Excuseert u mij." Hij liep weg. Ik leunde tegen de muur, tranen in mijn ogen.

-Alana-

"I-ik heb een muffin voor je?" Bad Luna mij aan. Ik heb het hele gesprek gehoort, en het hele gesprek mijn mond gehouden. Niet te geloven dat mijn been me weg houdt van de dingen die ik wil doen.

Ik heb een belangrijke voetbalwedstrijd deze week. We spelen voor het eerst tegen een jongens team, prof club. Als we dit winnen worden we gepromoveerd naar een profteam.

Met mijn hand op mijn voorhoofd bedekte ik mijn ogen. Ik wilde hun mij niet zo zien, het is een teleurstelling.

"Alana, praat tenminste met me."

"Waarover?" Vroeg ik.

"Dat maakt niets uit. Kom op, ik wil je zo niet zien." Zei ze. Ik durfde niet te reageren. Tranen rolden van mij wang naar beneden.

"Als je huilt, moet ik ook huilen. Dus alsjeblieft stop met huilen en praat tegen me." Zei ze snikkend.

"H-hoe was j-je week?" Vroeg ze stotterend, nog steeds snikkend.

Stop het Luna,

"Heb je...heb je nog pijn aan je neus?"

Hierdoor krijgen we meer pijn.

"Weet-weetje, Kuona heeft een nieuwe hond. Z-ze liet me hem uitlaten."

We voelen allebei onze verdriet.

"Ik kan dit niet, het spijt me." Zei ze en stond op. Huilend liep ze de kamer uit. Ik brak neer in tranen, verdriet is het enige wat ik voel.

-Luna-

"Ik kan dit niet, het spijt me." Huilend liep ik de kamer uit. Ik kan dit gewoon niet, de manier hoe ik Alana's pijn kan voelen, plus nog mijn emoties samen.

HET IS TEVEEL!

Ik liep de ziekenhuis uit, de tranen willen maar niet stoppen. Hoe vaak ik het ook weg veeg, er komen steeds nieuwe bij.

"Luna?" Vroeg een stem. Ik keek om en zag Jacob op zijn Pennyboard naar me toe komen. "Wat is er?" Vroeg hij terwijl hij van zijn board sprong. Ik liep naar hem toe.

"Jacob," Zei ik met een traan. Ik plaatste mijn armen om zijn torso heen. Hij was verrast, ik voelde het. Maar langzamerhand legde hij zijn armen om mij heen.

"Luna-"

"Jacob, kan-kan je me vast houden alsjeblieft?" Vroeg ik en maakte mijn grip om hem heen strakker.

"Je begrijpt het niet, kan je me gewoon vast houden?" Zijn shirt was nu doorweekt, maar hij liet het toe. Zachtjes tekende hij cirkels op mijn rug terwijl mijn oor tegen zijn borst gedrukt is. Ik luister naar zijn rustgevende hartslag, wat mij kalm maakte.

"Ik hou van je Jacob, maak niet uit wat ik tegen je zei maar ik hou nog steeds van je. Ik wilde je vergeten want je deed me pijn, maar ik kan het gewoon niet-"

"Luna-"

"Ik gebruik je niet voor fame of geld. Ik hou van je puur om de persoon die je bent. Je bent aardig, grappig, best -wel intelligent, je helpt andere mensen, je lief me geloven dat ik een echte Eenhoorn ben, je hield van me ookal ben ik misvormd, je was er voor me wanneer mijn ouders er niet voor me waren-"

"Luna luister-"

"Ik kan niet zonder je Jacob. Ik kan niet zonder de persoon die me mijn problemen laat vergeten. Ik kan niet zonder de persoon die mij verliefd laat voelen keer op keer, keer op keer, keer op...keer."

"Ben je klaar?" Vroeg Jacob en duwde me naar achteren. Zijn zachte handen hielden mijn schouders vast en keek me diep in de ogen aan. "Ik hou van je Luna, hoor je me?" Hij keek om zich heen en liep naar een fonteintje toe.

"IK HOU VAN LUNA DELGADO! DIT MEISJE HIER! IK HOU VAN HAAR HOREN JULLIE MIJ? IK HOU ZOVEEL VAN HAAR, MEER DAN DAT ER STERRN IN DE HEMEL ZIJN, ZANDKORRELS OP AARDE, HAREN OP ALLE MENSEN DE HOOFD BIJ ELKAAR WANT IK, JACOB SARTORIUS, HOU FUCKING VEEL VAN LUNA DELGADO!" Schreeuwde hij. En kon niet helpen, dan te lachen.

"Jacob, kom naar beneden." Zei ik en trok hem naar beneden. Hij stond nu recht voor me.

"Luna, mag ik-" ik onderbrak hem door hem te zoenen. Man, wat heb ik zijn lippen gemist zegt. De manier hoe zijn lippen beweegt op die van mijnes.

"Kom hier, eenhoorn!" Zei hij wanneer hij terug trok. Hij gaf me een grote knuffel, eentje waarvan ik hoopte dat het nooit zou stoppen.

#Juna is weer terug ❤️

-Hayes- (lol 😂)

Haastig ren ik naar Harry's huis toe. Hopelijk is zijn moeder er nog, tenminste een moederlijk figuur.

"Harry! Doe open!" Zei ik terwijl ik maar op zijn deur bonk.

Hij deed open, en meteen veranderde zijn blik.

"Wat moe-"

"Geen tijd hiervoor. Alana ligt in het ziekenhuis. Is je moeder daar?" Vroeg ik.

"Wat! Mam! Alana ligt in het ziekenhuis!" Zei hij en rende terug naar binnen. Paar seconden later kwam Harry terug met zijn moeder.

"Hayes, kom met ons mee naar Alana." Offerde hij me aan. Zwakjes lachte ik naar hem, voordat ik knikte en bij hun in de auto stapte.

"Klasgenoten"~ Jacob Sartorius | Boek 1Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu