Hoofdstuk 5: Liselotte is weg

425 14 5
                                    

Bram ligt op bed. Hij ligt bovenop zijn deken en kijkt naar het plafond. Liselotte is weg. Hij heeft geen idee hoelang ze al weg is, of waar ze heen is. De hele middag heeft hij zich rot gezocht. Maar nee, mevrouw van Kempen was nergens te vinden. Ergens hoopt hij dat ze gewoon ziek is en dat ze dit vergat door te geven. Maar stiekem weet hij dat Liselotte zoiets nooit zou vergeten. Nóóit. Zijn verstand zegt dat er iets veel ergers is aan de hand is, iets waar hij met zijn hart niet bij kan. Liselotte kan ontvoerd zijn, net als al die andere vrouwen. Het team gelooft dit nog niet. De woorden van Fenna spoken door Brams hoofd: "Bram, jij bent gewoon verliefd. En dat is leuk, maar je maakt je nu veels te druk. Liselotte heeft mij vertelt dat haar hobby's boksen en hardlopen zijn. Dan kan zo'n man haar echt niet zo maar ontvoeren hoor." Bram had braaf geknikt, maar zijn gevoel zei wat anders. Liselotte mag dan wel op boksen zitten, ze is wel minder groot en sterk dan een gemiddelde man, denkt hij zo.

Huilend ligt Liselotte op de grond. Ze is doodsbang en durft nog steeds niet te slapen. Haar polsen doen pijn van de snijdende touwen. Haar rug doet pijn van het eindeloos liggen op de vloer. Haar hoofd bonkt door het huilen. Haar ogen vallen bijna dicht door de vermoeidheid. Nog nooit heeft Liselotte zich zo eenzaam gevoeld. "Een... Twee... Drie..." Liselotte betrapt zich erop dat ze hardop aan het tellen is. Dat deed ze vroeger ook altijd, als ze zich alleen voelde of bang was. Zodra ze bij duizend was, voelde ze zich vaak weer beter. "Zeven...Acht...Negen... Tien...Elf..." Liselotte merkt dat haar ademhaling al rustiger wordt. Ze telt verder, maar nog voor ze bij veertig is, valt ze als een blok in slaap.

De volgende dag is Bram al vroeg op het bureau. Hij is vastbesloten dat hij vandaag alleen maar naar Liselotte gaat zoeken. Mag dat niet van Carla, dan neemt hij wel wat vrije dagen op. Liselotte is nu zijn prioriteit.
Normaal gesproken is Liselotte degene die als eerste op het werk is. Bram merkt dat hij haar aanwezigheid nu al mist. Ze werkte hier nog maar één week. Één kleine week en nu dit al. Het eerste weekend heeft ze nog niet eens bereikt. Waarom moest Liselotte nu per se op dit moment in het team komen? Waarom niet gewoon een maand later, als deze zaak al een tijdje was opgelost? Al haar botte opmerkingen van de afgelopen week maken hem helemaal niet uit. Liselotte is Liselotte. Ze neemt alles gewoon vrij letterlijk, en snapt niets van sarcasme of ironie. Bram zucht. Hij mist haar. Ondanks dat ze nog geen relatie hebben, mist hij zijn Liselotte.

"TOET! TOET! TOET!" Liselotte wordt wakker van een autotoeter. Ze merkt dat ze heen en weer schudt en bedenkt zich dan dat ze in een auto zit. "Godverdomme, Teun! Hoeveel slaapmiddel heb jij haar gegeven? Ze is nu al wakker! Let nu toch gewoon eens op de facking dosering!" Liselotte hoeft niet eens te kijken waar het geschreeuw vandaan komt, want achterin de laadbak waar ze zit, zit ook een man. Een van die drie van gisteren. Een stem klonk ergens, maar Liselotte kon niet zien waar het vandaan kwam. "Ja, Jezus Wes, jij snapt toch ook wel dat ik haar niet te veel van dat spul kan geven? Dan gaat ze dood en hebben we niets meer aan haar." Ergens is Liselotte opgelucht. Ze gaan haar niet doodmaken. Tenminste voorlopig. Ze heeft zelf ook wel door dat deze mannen geen lieverdjes waren.
Met een harde klap komt de vrachtwagen een uur later tot stilstand. De man in de laadbak -Wes of Wesley- glimlacht naar haar en spreidt zijn armen. "Welkom", zegt hij glimlachend, "welkom in Polen". Polen? Hoorde Liselotte dat nou goed? Ze fronst met haar wenkbrauwen. Als Wes/Wesley en een andere man -misschien wel Teun- haar uit de auto dragen, probeert ze te ontsnappen. Nadat haar armen los waren gemaakt, probeert ze weg te rennen. Maar de poging mislukt, want de andere twee mannen hebben haar vrijwel direct te pakken. Liselotte spuugt een van de mannen in zijn gezicht en trapt hard in zijn buik. Daar blijkt hij tegen bestand, want hij tilt haar, zonder een kik te geven, naar binnen. Rustig zet hij haar op een kleedje op de grond. Hij pakte haar armen, bindt ze vast en tapet daarna ook haar enkels aan elkaar. Liselotte valt achterover en haar hoofd knalt tegen de muur. Er loopt een klein straaltje bloed langs haar hoofd. Het maakt haar niet uit. Ze heeft teveel pijn om zich nu om zich over een schrammetje druk te maken...

Bram heeft een dag gekregen om Liselotte te zoeken. Daarna is ze officieel vermist, en mag het hele team naar haar uitkijken. Opgelucht loopt hij van Carla's kantoor naar zijn auto. Hij is van plan om eerst maar een een rondje door de omgeving te rijden. Hij haalt de auto van zijn slot. Als hij wil instappen ziet hij dat er een brief op de bijrijdersstoel ligt. Als rechercheur weet hij dat dit geen brief is die hij even alleen mag openen. Misschien is het wel poederbrief. Hij haalt de brief voorzichtig uit de auto en loopt weer terug naar binnen. "Wat doe jij hier?", vraagt Fenna verbaasd. "Jij zou toch Liselotte gaan zoeken?" Bram laat de brief zien en Fenna heeft geen uitleg meer nodig. Samen lopen ze naar de rest van het team. Voorzichtig opent Bram de brief. De inhoud verbaast hem zo erg dat zijn mond openvalt. Trillend legt hij alles op tafel, om vervolgens bijna versteend te gaan zitten. In de brief zit iets verschrikkelijks...

Bedankt voor het lezen! Ik ben benieuwd wat jullie ervan vinden! Viel het op dat Bram hetzelfde dacht als Liselotte verwoordde in de brieven aan het begin?

Moordvrouw: Dansen In De RegenWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu