Hoofdstuk 28

202 22 3
                                    

Ik kijk Sulvi aan. "Ik wil niet in dit huis blijven. Veel te veel nare herinneringen plakken aan dit huis." Sulvi legt haar hand op mijn knie. "Misschien willen vader en moeder hier wel wonen. Dit is een luxer huis, daar houd moeder wel van." Ik knik. Het is ondertussen woensdag, 2 dagen nadat Gerard van de trap viel. Ik voel me nog steeds raar. Jeroen, Sanne, Thom en Thomas hebben me enorm gesteund de afgelopen dagen. Ik zucht. "Ik moet zo veel doen! Ik moet de begrafenis regelen, dan met vader afspreken dat jullie hier komen wonen, kijken hoeveel geld ik nog heb en wat ik ga doen voor de rest van mijn leven. Oh god, ik weet niet eens wat voor werk Gerard deed! Wat deed hij eigenlijk? Hij hing alleen maar rond in het huis, te drinken." Ik sta op van de bank en begin nerveus heen en weer te lopen. "Maak je niet druk. Vader weet wel wat hij deed en tante Rosafiere regelt de begrafenis, daar is ze al dagen mee bezig, weet je nog?" Ik kijk mijn zusje verbaast aan. "Echt?" Mijn zusje knikt. "Vader komt zo, dus dan kan je het bespreken en ik blijf hier een poos logeren. Zo ben je niet alleen." Ik kijk Sulvi dankbaar aan en ga weer zitten. "Het komt allemaal goed." Troost Sulvi me terwijl ze zucht mijn schouder masseert.

Jeroen komt de kamer binnen en Sulvi staart hem even aan. "Jeroen! Dat is jouw naam!" Roept ze opeens en lijkt tevreden met zichzelf. Jeroen grinnik even en draait zich vervolgens naar mij. "Gaat alles goed?" Ik knik. "Sulvi blijft bij me, zo ben ik niet alleen. Tante Rosafiere regelt de begrafenis en vader komt zo om de financiële zaken te bespreken. Oh, en dan moet ik vragen of hij van huis wilt ruilen. Ik wil hier niet blijven." Jeroen knikt begrijpelijk en grinnikt weer. "Heb je daar nog paarden die verzorgt moeten worden?" Ik grijns. Sulvi kijkt ons raar aan. "Nee, we hebben geen paarden daar, in de stad... En trouwens, hoezo spreek jij mijn zus aan met je? Jij bent een knecht, jij hoort u tegen haar te zeggen." Ik kijk Jeroen vanachter Sulvi aan en rol met mijn ogen terwijl ik breed grijns. Jeroen houd zijn gezicht in plooi, draait zich om en loopt weg. Sulvi kijkt me stomverbaasd aan. "Nou ja zeg! Die hoef ik niet hier hoor! Als wij hier gaan wonen ontsla ik hem, wat een gebrek aan manieren." Ik houd mijn lach in en zeg met een serieus gezicht: "Ik neem hem mee." Mijn zusje kijkt me aan alsof ik gestoord ben. "Maar hij heeft geen manieren." Ik haal mijn schouders op en loop Jeroen achterna. "Oh, nu snap ik het. Jij hebt zelf ook geen manieren. Niet eens een: 'Excuseer, maar ik moet even weg.' Nee, hoor. Loop maar gewoon weg." Ik negeer mijn zusjes geschreeuw en loop naar Jeroen toe, pak hem bij zijn arm en trek hem een willekeurige kamer in.

"Trek je niets van Sulvi aan. Ze bedoelt het niet zo. Ze woont nog steeds bij moeder." Zeg ik tegen Jeroen. Jeroen grijnst. "Dus ik hoef geen u te zeggen?" Ik haal mijn schouders op. "Als je wilt, ik hou je niet tegen." Jeroen trekt een wenkbrauw op en zeg een stap dichter naar mij toe. Meteen stap ik naar achteren. "Dat kan niet. Mijn echtgenoot is net dood, hij is zelfs nog niet eens begraven!" Jeroen kijkt me geïrriteerd aan. "Jouw echtgenoot? Die man die jou probeerde te vermoorden, die man? Die man die elke dag met een ander meisje in bed lag, die man? Die man die je mishandelde, die man? Die man die, als jij in die kist zou liggen, dansend op de tafel zou staan met 2 flessen wijn in zijn handen, die man?" Ik kijk hem wanhopig aan. "Ja." Is het enige dat ik zeg. Jeroen zucht gefrustreerd en kijkt me aan. "Wat zie jij eigenlijk in de toekomst? Hoe zie jij ons?" Ik kijk naar beneden. Jeroen pakt mijn kin vast en duwt het omhoog. "Ik houd van je." Fluistert hij. Ik voel mijn ogen nat worden. "Ik houd ook van jou." Ik knijp mijn ogen dicht en doe een stap naar achteren. "Maar dit kan niet! Ik ben verdomme net weduwe." Ik wil de kamer uit lopen, maar Jeroen houd me tegen. "Ik kan wachten." Ik schud verdrietig mijn hoofd. "Mijn ouders zouden er niet mee akkoord gaan." Jeroen wordt boos. "Wat boeit jou dat? Jouw ouders hebben niet de allerbeste smaak, kijk maar naar Gerard!" Ik kijk boos terug. "Maar mijn broertje en zusjes dan? Die moeten een goede reputatie hebben om met een goed iemand te trouwen!" Jeroen lacht gemeen. "Een goed iemand? Net zo goed als Gerard?" Ik kijk hem aan. "Dat is niet eerlijk, ik wil gewoon het beste voor hun." Hij pakt mijn hand. "En ik wil het beste voor jou." Ik trek mijn hand terug. "En jij bent het beste voor mij?" Jeroen kijkt me gebroken aan en loopt, zonder nog iets te zeggen, de kamer uit. Ik sla mijzelf voor mijn hoofd. Dat was gemeen! Jeroen is er altijd voor me geweest, houd van me en wilt alleen het beste voor me. En zo behandel ik hem? Ik stap de kamer weer uit en loop gefrustreerd naar mijn slaapkamer. Ik ga op bed liggen en doe mijn ogen dicht. Wat een puinhoop is mijn leven.

😻😻😻😻😻😻😻😻

Even nog een extra hoofdstukje omdat ik 600 reads heb!
Jeej (ik vier im mijn hoofd een feestje)!!!!
Dank jullie wel!
I love hou guys.
Xxxxx

Duna - Bloedband - Boek 2Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu