Hoofdstuk 31: Kalmeren

1.1K 53 19
                                    

Updated: 02-02-2014

Bella's POV

Ik probeer mijn armen te verplaatsen, omdat ik redelijk ongemakkelijk lig, maar was ondertussen alweer vergeten dat die nog vastgebonden liggen boven mijn hoofd. De woede komt weer in me op, maar het blijft redelijk wazig. Jasper. Ik zucht hardop, misschien maar beter ook, anders komen er nog meer problemen bij.

“Hoe gaat het nu Bella?” vraagt Carlisle redelijk afstandelijk, meer als een dokter nu.

“Prima.” zeg ik chagrijnig.

“We hadden afgesproken dat je niet meer zou liegen, Bella.” herinnert Carlisle me.

“Ja, maar in ruil daarvoor had ik niet verwacht dat als ik een uitval zou hebben ik zou worden vastgebonden.” zeg ik boos. Jasper doet zijn best om het vaag te houden, maar het komt steeds sterker naar boven. Ineens staat Jasper in de deuropening en komt hij naast me op het bed zitten. Hij legt zijn hand op mijn schouder en de woede wordt een stuk weggevaagd. “Bedankt.” zeg ik tegen hem. Ik moet een rustig hoofd hebben op het moment om goed te kunnen discussiëren. Ik ben het hier niet mee eens en dat komen ze te weten ook.

“Het is het beste voor je.” zegt Carlisle.

“Op welke manier! Godverdomme.” ik heb nog nooit zo veel gescholden in 24 uur.

“Dat heb ik je al meerdere keren uitgelegd Bella.” zegt Carlisle zuchtend.

“Ja en iedere keer weer begrijp ik er niks van. Wat boeit het als ik mezelf pijn wil doen. Het is MIJN leven!” zeg ik boos. En ondanks Jaspers hand op mijn schouder komt de woede toch weer naar boven. Jasper concentreert zich heel hard en ik voel mezelf langzaam weg zakken uit mijn bewustzijn.

Ik val weer in slaap, maar niet voordat ik Alice hoor zeggen “Wat moeten we toch met haar aan Carlisle?” vraagt ze wanhopig. Niks. Helemaal niks. Denk ik bij mezelf.

Als ik weer wakker word staat alleen Carlisle in mijn kamer “Waar is die andere verraadster?” vraag ik boos, nu Jasper er niet meer is om het tegen te houden.

Carlisle negeert me “Ik heb wat eten voor je, maar beloof je dat je niet gaat tegenstribbelen? Dan maak ik je los.” zegt Carlisle. Ik zucht en denk even na.

“Goed.” zeg ik dan. Carlisle loopt rustig naar me toe en ik wil al bijna gaan grommen naar hem of het nog langzamer kan, maar ik weet me net op tijd in te houden. Als ik dat had gezegd dan zou hij me nu waarschijnlijk niet loslaten. Carlisle maakt het touw los en ik wrijf over mijn pijnlijke polsen. Er zitten afdrukken van het touw in en het bloed stroomt weer langzaam naar mijn armen toe.

Carlisle zet een dienblad met eten op mijn schoot neer als ik ben gaan zitten. Het ziet er erg lekker uit, maar op het dienblad ligt ook iets waar ik van in de war raak “Ik heb geen medicijnen.” zeg ik tegen Carlisle. Ik ben niet allergisch of zo, dus waarom die medicijnen?

“Die zijn voor het intoom houden van je emoties.” zegt Carlisle. Ik kijk hem geschrokken aan.

“Dat kan Jasper toch ook prima?” vraag ik geschrokken en boos tegelijkertijd.

“Jasper kan hier niet altijd zijn.” zegt hij.

“Ik weiger ze te nemen.” zeg ik boos. Carlisle zucht.

“Het kan of op deze manier of via een IV.” zegt hij dreigend. Hij weet wat voor een hekel ik heb aan naalden. “Ik heb alle onderdelen hier liggen die ik nodig heb. Maar ga nu eerst maar eten.” zegt hij rustig. Ik knik en neem een paar happen. Er zit een vreemde smaak aan.

“Heb je hier medicijnen in gedaan?” vraag ik geschokt. Carlisle zucht “Ja, dus.” ik schuif het dienblad weg en weiger nog te eten. Ik hoop dat ik nog niet genoeg heb gegeten om het te laten werken en aan Carlisle's gezicht te zien is dat de zaak, want hij wilt duidelijk dat ik nog meer eet.

Mijn geheim (Twilight Fanfictie) | CompleetWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu