7. Aanval

307 18 6
                                    

Hoofdstuk 7 - Aanval

Die maandagochtend ging ik verward naar school. Ik had de rest van het weekend alleen nog maar over mijn gesprek met David nagedacht. Miljoenen vragen hadden zich weer in mijn hoofd opgestapeld over wat ik nou eigenlijk wel niet van David moest denken, en wat er anders aan hem was. 

Ik wist nog maar zo weinig van hem, dat ik het op een hand kon tellen. 

Hij was begonnen met werken bij mijn oom en tante ongeveer toen ik daar ook kwam, hij had een talent om mijn vragen te kunnen ontwijken, en hij was erg fel over het feit dat mensen altijd namen afkorten. O, en ik had niet het gevoel alsof hij mij erg mocht.

Dat was alles, alles wat er over David te vertellen viel.

En toch merkte ik dat ik heel graag in zijn buurt was. Om zijn aanwezigheid te voelen en even al mijn andere zorgen opzij te kunnen zetten. 

Maar tegelijkertijd bracht hij alleen maar verwarring en nieuwe zorgen. Als hij dan eenmaal in de buurt was, probeerde ik juist weer zo snel mogelijk weg te komen, omdat ik me niet veilig voelde bij hem. Ik kon zijn aanwezigheid niet aan, ook al had ik het zo nodig. 

Het voelde alsof hij zoveel controle over mij kon krijgen, dat ik mezelf in hem zou verliezen als ik hem zou laten, en dat was iets waar ik zeker bang voor was. 

Ik wist dat ik David pas drie weken kende en dat we elkaar pas drie keer waren tegengekomen, maar er was iets aan hem dat alle regels veranderde. Mijn reactie op hem was zo heftig, en ik wist niet waar het door kwam.

En dan was er nog iets. Hij zei zulke vreemde dingen, en waarom ontweek hij mijn vragen? Ik kreeg steeds sterker het idee dat hij iets achterhield en ik werd steeds nieuwsgieriger naar wat er onder al het afstandelijke en stoere van David zat.

Ook besefte ik dat hoe vaker ik aan hem dacht, hoe meer ik weer verlangde naar zijn aanwezigheid, en ik begon me af te vragen waarom ik me zo tot hem aangetrokken voelde. Ja, hij was knap en gespierd en wist precies de juiste dingen te zeggen, maar buiten dat voelde ik iets anders. Iets anders wat me als een soort magneet naar hem toe trok.

In de pauze halverwege de dag kon ik dan ook niet mijn ogen van de tafel met David afhouden. Ik bekeek elke beweging en luisterde naar ieder woord wat er aan de tafel gezegd werd. Ik hoorde de gedachtes van iedereen om hem heen en focuste me het meest op die van Rosalie. 

Ze deed me denken aan Jason en mij. Ze was net zo wanhopig als ik ooit was geweest, alleen het enige verschil was dat ik uiteindelijk kreeg wat ik wilde en Rosalie nog steeds achterbleef. Tenzij David opeens van gedachte zou veranderen. Misschien was hij dat al, ik zou er nooit achter komen. Zijn gedachten bleven een raadsel voor me. 

Die van Rosalie echter niet. Tegen het einde van de dag wist ik ongeveer alles over haar en wat ze van andere mensen vond. Zo kwam ik erachter dat ook zij me uitmaakte voor freak bij haar vriendinnen. Niet dat ze verder iets te zeggen hadden, daar was ik niet interessant genoeg voor. Ik was het nieuwe, vage meisje waar niemand mee om wilde gaan. 

Het was duidelijk dat ze me niet mocht, maar dat was wederzijds, dus ze mocht van mij denken wat ze wilde. Ze kende me verder toch niet.

Misschien had ik haar haatgevoelens vandaag met gym ook wel een beetje verergerd toen ik beter was dan zij met volleybal. Ik kon het ook niet helpen dat mijn reflexen nou eenmaal beter waren dan die van andere, normale mensen.

Elke keer als ik de bal weer perfect over terug over het net sloeg, keek ze me nijdig aan met een blik die ik haar had zien uitdelen aan ieder meisje dat het ook maar waagde om met David te praten, of zelfs maar naar hem durfde te kijken. 

(NL) Falling DawnWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu