Op vrijdagavond ging ik zoals altijd gewoon naar bed. Ik was die avond zo moe dat ik met kleren aan in slaap was gevallen, iets wat nog best handig bleek te zijn, ook mijn bril stond nog op mijn neus.
Om een uur of 4 's nachts werd ik gewekt door een verstijfd gevoel: ik was getroffen door een vloek. Daardoor kon ik mijn ogen niet openen, mijn toverstok niet pakken en niks zeggen. Ik voelde hoe ik werd opgetild en meegenomen uit de kamer. Mijn bril viel van mijn neus, iets wat me nog een groot probleem ging geven, waarschijnlijk. Ik raakte in paniek. Was dit gewoon een grap van Fred of Sophie? Of was er meer aan de hand? Ik kon niks doen en hoorde niemand praten, dus wist ik het ook niet. Ik hoopte dat het Fred, liet het alsjeblieft Fred zijn! In de leerlingenkamer legden ze me op een bank en hieven de vloek op. Ik nog steeds niks doen natuurlijk: er waren drie toverstokken op me gericht en zelf had niks. Wel wist ik nu dat het niet Fred was, maar hoogstwaarschijnlijk Dooddoeners. Mijn zakmes, slotenprikkers, staf, bril en mobiel lagen allemaal nog op de kamer. Net als mijn schoenen trouwens. Ik kon dus helemaal niks.
Ik herkende ze niet, kon hun gezichten niet scherp zien, maar kon wel raden dat het dezelfde waren als degene die Sophie hadden ontvoerd.
'We gaan je dadelijk vast binden,' zei een van de mannen met een Iers accent, 'Maar jij blijft héél stil, ja? Anders zal dit veel pijnlijker worden dan nodig.'
Ik kon alsnog schreeuwen, maar dat deed ik niet. Ik was een lafaard, ik wist het, maar ik had geen keus. Nee, dat was niet waar, ik had wel een keus. Je hebt altijd een keus, dat had Sophie me wel geleerd... en dat betekende dat ik ervoor koos een lafaard te zijn. Iets wat het niet beter maakte, al wist is best dat als ik wel had geschreeuwd ik nu dood op de grond lag.
Ze bonden me vast en zetten me voorop een bezem. Vervolgens bonden ze me een blinddoek voor, zodat ik geen idee had waar we heen gingen. Niet dat dat veel uithaalde, we landden al vrij snel, waarschijnlijk zodra we de grens over waren en Verdwijselden, iets wat echt vreselijk was. Waarom deden mensen dit?
Ik kon niet zien waar ik heen werd gebracht, maar voelde hoe ik op een matras werd geduwd en hoe een naald zich in mijn nek drong.
Toen ik weer wakker werd deden mijn ogen pijn van het licht dat recht in het kleine raampje viel. Het was te klein en er zaten tralies voor, onmogelijk om door te ontsnappen dus. Zodra mijn ogen gewend waren aan het licht en mijn hoofd iets minder bonkte van die stomme vloeistof stond ik op. Het duizelde me, maar ik bleef staan. Het raam was hoog, maar als ik op mijn tenen ging staan kon ik erdoorheen kijken. Niet dat dat veel opleverde: ik zag een achtertuin met veel gras, een paar bomen en struiken, die werd omringt door een hoog hek. Daarbuiten lagen zo te zien weilanden en er was niks van een herkenningspunt om te zien waar ik was, of dingen die ik überhaupt kon zien. Nu kwam ik er pas achter hoe blind ik eigenlijk was.
Ik rekte me een paar keer uit, nog steeds duf van die akelige nacht en probeerde in te schatten hoe laat het was. De zon was al ver het hoogtepunt, maar ging nog niet helemaal onder. Als ik nog steeds in Engeland was zou het waarschijnlijk een uur of 4, 5 in de middag zijn.
Ik bestudeerde het slot even, het waren er twee en zagen er een stuk ingewikkelder uit dan de sloten waar ik op geoefend had. Bovendien had ik mijn slotenprikkers niet bij, dus kon ik niks. Verder was er niks van een uitgang en ook niks bruikbaars in de kamer. Alleen een oud matras. Hier had Sophie waarschijnlijk ook gezeten toen zij ontvoerd was, was dat waarom ik hier zat? Omdat dat krantenartikel er was? Waarschijnlijk. Ik hoopte dat ze me niet gingen martelen, zoals ze bij haar deden. Ik probeerde een stokloze "alohomora" maar faalde.
Na een half uur rond kijken of ik weg kon en mokken dat het niet lukte, ging de deur open. Meteen stond ik op, maar ze hadden stokken op me gericht, dus veel kans had ik niet.
'Je moet mee naar de baas,' zei de Ierse met rossig haar.
Ik zag geen andere optie en volgde hem zwijgend terwijl anderen me onder schot (staf?) hielden.
'Aha, de Potter,' zei degene die Scar moest zijn. Hij had tenminste een groot litteken (zelfs voor mij niet te missen) en leek de leider van het stel, zoals Sophie beschreven had, 'Weet je waarom je hier bent?'
'Voor losgeld?' antwoordde ik.
'Nee, en dat weet je. Je bent hier omdat je vriendinnetje haar mond niet kon houden. Het maakt ook niet uit, niemand vind ons hier ooit,' Scar lachte smalend, wat een creep, 'en ze zullen jou ook niet vinden.'
Ik reageerde niet, ik wist niks om te zeggen, geen weerwoord. Ik was er erg teleurgesteld om. Ik kon hoogstens zeggen dat ze mijn vriendinnetje niet was, maar dat leek me niet erg relevant op dit moment.
'Sophie geeft volgens mij echt om jullie. Het is me een raadsel waarom ze zich niet bij me aan gesloten om jullie te beschermen,' hij schudde even zijn hoofd, 'verder niet meer over haar. Maar over jóu.'
Ik had nog steeds niks meer om te zeggen, dus hield ik wijselijk mijn mond.
'Want weet je wat het is? Sophie is erg machtig, krachtig, in magie en mensen aanspreken en zo. Maar nu jij: kan je zonder stok toveren?' vroeg hij, kon Sophie dat dan? Ja, ja dat kon ze. Vast wel, maar nog steeds: hoe?
'Nee, nee dat kan ik niet,' antwoordde ik.
'Interessant... probeer het eens,' beval hij.
'Accio...' begon ik.
'Nee,' onderbrak de dooddoener me, 'non-verbaal.'
Accio pen. Dacht ik, maar de pen op het bureau bewoog niet.
'Teleurstellend,' zei Scar met een onbewogen gezicht, 'Ach ja, nu weet ik in ieder geval dat hij zoontje van Potter niet zo getalenteerd is als sommige denken. Gelukkig maar. Dat betekend dat we niet veel last van je gaan hebben.'
'Waarom houdt u me hier?' antwoordde ik, ik was bang dat hij boos zou worden als ik "jij" zei.
'Angst, vernedering, losgeld. Angst voor je familie en vrienden. Vernedering voor de Schouwers. Losgeld voor mij!" antwoordde Scar.
Dat klonk allemaal logisch, behalve dan dat Albus makkelijker te pakken is omdat hij jonger is en dat pap altijd meer van Albus heeft gehouden. Maar dat ging ik natuurlijk niet zeggen, anders pakten ze hem ook nog.
'Waarom heb je me hier gebracht?' vroeg ik verbeten.
'Ik wilde kennis met je maken, je inschatten. Nu ik dat heb gedaan, kan je gaan. Ik heb je niet meer nodig tot de verhoring. Eerst wil ik je laten uithongeren, dan praten ze altijd beter, heb ik geleerd. Of je moet me nu meteen de geheimen van het ministerie vertellen,' zei Scar met een grijns.
'Ik weet niks van het ministerie,' antwoordde ik waarheidsgetrouw. Ze vertelden ons nooit iets interessants. Ineens kwam er weer een beeld in me op: Ron die ontkende dat hij iets belangrijks had gedaan. Ik had toen willen weten wat dat was, maar ineens was ik blij dat ik dat niet gedaan had. Anders was Scar het waarschijnlijk ook te weten gekomen.
'Je kan je gedachten niet blokkeren?' vroeg Scar verbaasd. Waar had hij het over?
'Nee?' antwoordde ik.
'Interessant, aan jou heb ik dus niks meer. Breng hem terug naar zijn cel,' zei de dooddoener en ik werd weer meegenomen.
Terug in de cel bedacht ik me wat ik allemaal had gehoord. En mijn conclusie? Sophie is echt veel beter in magie dan ze normaal laat merken. Ze kan non-verbaal en zonder toverstok toveren, hoe? Ze kan haar gedachten verbergen, ze kan van alles. Plus zich sterk en brutaal opstellen tegen deze dooddoeners, terwijl zij niet de garantie had van losgeld. En dus leven.
Maar toch... ik wist niet dat Sophie het kon, niemand kon dat, toch? Ik zou het moeten vragen als ik haar weer zag. En toen drong het pas door tot me door: ik zat hier vast, niet zeker of ik hier weg zou komen. FUCK.
JE LEEST
hp: next generation, next adventures
FanficEen nieuwe generatie Potter en Weasleys komen op Hogwarts. Oude voorwerpen worden opnieuw gebruikt en verbeterd, achternamen komen terug en oude vijanden liggen op de loer... Maar, ook nieuwe mensen, nieuwe geheimen en veel, heel vee...