Day 50 - Out of faint

365 9 2
                                    

De kamer was nog steeds net zo lelijk als voor dat ik wakker werd. Harry liep van de ene witte muur naar de andere. Dan pakte hij af ten toe mijn vieze gele deken van de grond en pakte wat te drinken. Zo tikte de tijd ons verder. Hoe graag ik ook naar huis wilde, dit liet ons inzien dat we altijd voor elkaar klaar stonden. Dat ik alles aan hem kon toe vertrouwen én op hem kon rekenen. Dat stelde me gerust. En hoe graag Harry me ook mee terug wilde nemen, we moesten geduld hebben. 

"Zal ik anders vragen of ze groene thee met honing voor je hebben?" vroeg Harry uit het niets. Ik had even mijn tijd nodig om het te laten bezinken. Harry stond bij mijn voeteneind, vasthoudend aan de stang die daar boven hing. 

"Ja, je kan het proberen?" zei ik maar. Ik ging er niet van uit. Waarom zouden ze voor mij zoiets hebben. Als iedereen zulke specifieke eissen stelden, zou het ziekenhuis eerder een hotel worden. Maar zelfs in een hotel kon ik geen groene thee krijgen. De honing miste altijd. 

Even later kwam Harry terug. Met een big smile ging hij op zijn stoeltje zitten. "Ze komen zo even lans om wat dingen te checken..." begon hij. Ik keek hem alleen maar aan. Waar bleef mijn thee nou? 

En inderdaad, een paar seconden later liep dezelfde verpleegster als altijd naar binnen. Met een paar papieren in haar hand, kwam ze naast mijn bed staan. "Goed we gaan even je bloeddruk opmeten en de hartslag. Als dat in orde is kun je jezelf klaar gaan maken om te kunnen vertrekken. Lijkt je dat wat?" vroeg ze. Ik knikte. Harry keek me aan stak zijn duim omhoog. Hij was veel te blij dat hij straks zelf thee voor me kan klaarmaken.

De vrouw sloeg een band om mijn bovenarm en begon te pompen aan een raar apparaatje. Het bleef onaangenaam voelen. Alsof iemand je in slaap probeerd te brengen en net voordat het lukt, hij los laat. 

"Alles is in orde. Ik zal zometeen nog even langs komen. Rust nog maar even uit," zei ze, de  vrouw verliet de kamer.

Harry volgde de vrouw, toen ze uit de kamer verdwenen was, keek hij me aan, "Dawn vroeg nog of je een taart wilde?" zei hij op een vragende toon. Nu was het waarschijnlijk de bedoeling dat ik antwoord zou geven. Ik knikte. "Ze mag hier wel heen komen als ze dat wilt?" vroeg ik. Harry stond op en belde haar nummer op. Dawn voelde zich altijd vereerd wanneer ze gebeld werd door hem. Dat zei ze altijd tegen mij. Dat ze tegen haar vriendin opschepte dat ze vrienden met ons was. Natuurlijk deels omdat ze ons kon bellen wanneer ze dat maar wilde. Wat in het oog van vele meiden een droom is. 

Na een uurtje kwam Dawn binnengelopen. De verpleegster stond ook in de kamer, een drukke boel. Dawn liep naar me toe en knuffelde me onhandig. Als liggend en knuffelen was niet het beste idee van mij. 

"Is Hilary uw dochter?" vroeg de verpleegster. Ik giechelde. En blijkbaar was ik niet de enige, Harry grinnikte. Maar Dawn vond het allemaal erg leuk. Ze keek trots naar, "zo voelt het wel ja..." gaf ze antwoord. Het ontroerde me. En hoe meer ik erover nadacht, hoe natuurlijker het voelde. "Ahw, dat is iets moois. Dat moeten jullie koesteren." De verpleegster haalde alle apparaten van mij los. Het waren er niet veel, maar het moest wel gebeuren wilde ik naar huis toe gaan. 

"Zal ik jullie thuis brengen?" vroeg Dawn aan Harry en mij. Hij knikte. 

In de autorit naar huis zaten Harry en ik naast elkaar. Dawn rijdde. "Dus uhm..." begon ze. Stiekem keek ze de hele tijd in het spiegeltje om ons te zien in plaats van op de weg te letten. "Hoe zit dat nu met Nathan? Is het een geheim of... uhm?" vroeg ze stotterend. Ik keek Harry even aan, maar hij keek uit het raampje. Nu was het woord wel aan mij.

"Niet specifiek, maar we proberen het uit de pers te houden. We willen dat Nathan zo snel mogelijk opgepakt wordt." Dawn knikte en ving mijn oogcontact op via het spiegeltje. 

Our Moment // Harry StylesWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu