48

420 42 5
                                    

'Eh - nog één ding

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

'Eh - nog één ding.'

Het was al donker buiten. Maantellingen waren voorbij gegleden en nooit was Kissa er aan gewend; op straat lopen in de nacht voelde gewoon verkeerd voor haar. De wind was koud en de sterren fonkelden aan de hemel. Kaarslicht flakkerde achter een paar ramen.

Elias hield haar tegen. Hij draaide zich naar haar toe, haalde zijn lint uit zijn haar en streek haar haar bijeen. Hij bond het naar achteren.

'Het is een... welgestelde plaats.' Zei hij. 'Ze vragen om je naam en kan- sorry dat ik het moet vragen, maar kan je doen alsof je een achternaam hebt? We komen daar anders niet binnen.'

Kissa vond die woorden niet zo leuk. Ze aarzelde omdat ze eigenlijk wilde voorstellen om dan ergens anders heen te gaan, maar durfde dat niet zo goed omdat ze hem niet teleur wilde stellen. Ze sloeg haar ogen naar de grond en knikte.

'Bedankt.'

Hij haakte zijn arm in de hare en liep richting één van de panden waar nog vrij veel licht brandde. Het was één van de hoge gebouwen. De deur was netjes beschilderd en de klopper leek van zilver te zijn. De geur van eten vermengd met een vage lavendelgeur vulde haar neusgaten.

'De mensen hier kennen me wel, dus-'

'Hallo, moet ik uw mantels aannemen?'

Kissa schrok van de ober die vlak na de deuropening op hen stond te wachten. De plaats was druk; er zaten hier overal handelaren en vrouwen in dure jurken. Het was er aangenaam warm.

Elias knikte en knoopte zijn mantel los. Kissa voelde zich niet helemaal op haar plaats; ze had het gevoel alsof ze in vermomming was en niemand mocht weten wie ze werkelijk was. Ze keek de ober niet aan toen ze hem haar mantel aanreikte.

'Uw naam?' Vroeg de ober.

Kissa schrok toen ze zag dat hij naar haar keek. 'Eh- Kissa...' Kissa raakte in paniek; elke achternaam die ze ooit gehoord had lekte nu weg uit haar hoofd.

De ober keek haar geduldig aan. 'Kissa...?'

'Fried.' Flapte ze eruit.

Elias zuchtte en wreef over zijn neusbrug.

De ober moest om haar lachen. Zijn ogen gleden naar Elias.

'Meneer Fried en mevrouw Fried hè?' Vroeg hij. 'Wist jij dat ook al, Elias? Of komt dit ook als een verrassing voor jou?'

'Ze is daar nog iets te vroeg mee.' Mompelde hij.

'Het is Yebin.' Zei Kissa. 'Mijn achternaam. Sorry ik- ik raakte in de war.'

De ober glimlachte vriendelijk. 'Dat is niet erg. Gekke naam - die heb ik nog niet gehoord.'

'Ik kom uit Op-'

Elias porde haar.

'Uit de Smaragtenburcht.'

'Ah.' De ober knikte. 'Dat verklaart het. Neem plaats.'

PerimusWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu