Hoofdstuk 10

2.9K 128 7
                                    

Het was vandaag zaterdag. Ik moest vandaag dus niet werken. Ik besloot om Sarah en Leyla op te bellen. Dan konden ze eens kennismaken met elkaar. Eerst belde ik naar Sarah.

'Salamwa3laykoem!' Klonk er vrolijk.

'Wa3laykoemoe salaam, Sarah. Heb je zin ol vandaag wat te doen?'

'Ja hoor, is goed. Wat gaan we doen?'

'Uhm, ik dacht eraan om gewoon wat te shoppen.'

'Ja is goed. '

'En is het goed als ik ook een vriendin meeneem?'

'Ja natuurlijk! Ik wil graag eens kennismaken.'

Sarah was erg sociaal, ze voelt zich bij iedereen op haar gemak.

'Oke dan, doei.' En ik hing op.

Hierna belde ik Leyla en het gesprek ging net zoals bij Sarah. We spraken af bij een bankje in een parkje. Ik was er al, ik hou me altijd aan mijn afspraken, maar Leyla en Sarah waren er nog niet. Typisch...

Ik zag de auto van Hamza en Leyla stapte uit. Ik zag Hamza in de auto zitten en ik kreeg het warm en werd rood. Leyla had het opgemerkt en ze lachte. Ze keek naar Hamza en hij werd ook rood. Nu moest ze nog harder lachen.

'Moeten jullie jezelf nu eens zien! Zo schattig!'
"Oh nee, waarom zei ze dat nou waar Hamza bij stond? Nu kan ik echt wel door de grond zakken."

Leyla sloot de autodeur en Hamza reed weg. Ik keek nog hoe hij verdween en richtte me daarna op Leyla. 'Je bent laat.' Knipoogde ik naar haar. 'Nou ja, het duurt altijd lang om me klaar te maken.' Lachte ze zielig. 'Vooruit dan, ga zitten.'

We begonnen een gesprek tot dat Sarah eraan kwam. Ik stond op en knuffelde haar. 'Zo begroet je mij nooit.' Lachte Leyla. Ik glimlachte. Ook Leyla stond op en begroette Sarah. 'Salamwa3laykoem, ik ben Leyla.'

'Wa3laykoemoe salaam, ik ben Sarah.' En met zijn drieën begonnen we een gesprek. We bleven nog even zitten tot dat Leyla zei:' Kom we gaan shoppen!' We stonden op en gingen winkel na winkel binnen. Het was echt leuk. Na het shoppen, gingen we nog even eten. Daar werd het ook erg gezellig. 'En Soumaya, hoe gaat het met Hamza?' Zei Sarah. Ik zag Leyla glimlachen. Leyla antwoordde in mijn plaats: 'Ja, het gaat goed met hen. Maar ze durven beiden niet toe te geven dat ze verliefd op elkaar zijn.'

Sarah keek raar naar mij en dan naar Leyla. 'Hoe...?'

'Ik ben de zus van Hamza.' Ik zag dat Sarah het nu allemaal begreep. 'Ow, oke ik snap het.' Terwijl Sarah en Leyla druk aan het praten waren, hield ik me op de achtergrond.

Ik keek opzij en zag aan de tafel langs ons een kleine groep jongens. Eén van de jongens staarde me heel eng aan. Ik keek snel weg, maar voelde zijn ogen op me branden. 'Kunnen we hier weggaan?' Zei ik nerveus. 'Ja, maar waarom?' Zei Leyla. 'Een jongen daar aan die tafel, kijkt me de hele tijd aan.' Zei ik een beetje bang. Leyla en Sarah keken opzij en begrepen me. 'Is goed, kom we gaan.' Zei Sarah. Ik keek hen beide dankbaar aan en we vertrokken. We wandelden terug naar het bankje waar we afspraken, maar onderweg naar daar werd ik aangetikt. Ik draaide me om en zag diezelfde jongen, die me daarnet zo eng aankeek. 'Wat moet je van me?' Zei ik kwaad tegen hem. 'Ik ben Yassin. En ik wil gewoon je telefoonnummer. Je bent echt mooi.' Zei hij gladjes. Ik rolde met mijn ogen. 'Nee, dankjewel.' En ik draaide me om. Hij tikte me weer aan en deze keer werd ik echt boos. 'Heb je geen respect?  Hoe durf je me zomaar aan te raken. Een echte man vraagt niet om mijn telefoonnummer. Een echte man vraagt om het telefoonnummer van mijn vader. En wil je me nu met rust laten?' Ik draaide me fel om en zei tegen Sarah en Leyla:

'Kom we gaan!'

Die jongen, Yassin, had me daarna met rust gelaten. Gelukkig maar... Hij heeft mijn dag nu echt verpest! We wandelden naar mijn auto, die een beetje verder van het bankje stond. 'Kom, ik breng jullie naar huis.' Zei ik tegen Leyla en Sarah. Ze knikte beide en bedankten me. In de auto vroeg Sarah aan me of ik die jongen kende. 'Nee.' Antwoordde ik droog terug. Ik had nu echt geen zin in al dit gedoe.

Ik zette Leyla en Sarah af bij hun huis en reed daarna naar mijn eigen huis. Die Yassin had mijn dag echt verpest. "Waarom moest hij me nou aanraken?" Ik walgde ervan, geen enkele man, die geen mahram is natuurlijk, heeft me ooit aangeraakt. Al is het maar een tikje, dat vind ik al erg genoeg. Een vrouw hoor je niet aan te raken! Een vrouw hoor je niet aan te kijken! Je moet respect tonen door je blik naar de grond neer te slaan. Mannen én vrouwen horen dit te doen!

Al MaktabWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu