Hoofdstuk 28

3K 154 52
                                    

'SOUMAYA! SOUMAYA! WAT IS ER GEBEURD!?' Schreeuwde mijn moeder. Ik voelde een paar zachte kletsen op mijn gezicht. Ik opende mijn ogen lichtjes en zag mijn moeder geschrokken boven me hangen. Ik lag op mijn bed. Rustig probeerde ik me recht te zetten.
'Wat is er gebeurd?' vroeg ik verward aan mijn moeder.
'Ik riep je om te komen eten en je antwoordde niet. Ik was bang dat er iets met je was, dus ben ik naar boven gegaan en toen zag ik je op de grond.'
'Dan ben ik waarschijnlijk flauwgevallen.' Mijn moeder knikte. Ik probeerde op te staan, maar mijn moeder hield me tegen. 'Waar ga jij naartoe?' Vroeg mijn moeder.
'Ik ga naar beneden. Ik wil eten.'
'Oh nee! Je bent daar nog te zwak voor. Ik breng het eten wel naar boven.' Mijn moeder verliet mijn kamer voor ik nog iets kon zeggen.

Niet veel later kwam mijn moeder mijn kamer binnen. Ze had een dienblad bij waar het eten en drinken oplag. Ik begon onmiddelijk met eten. Het was echt lekker. Mijn moeder was ondertussen al naar beneden gegaan.

Ik pakte mijn gsm erbij en zag dat ik een berichtje had. Het was van een nummer dat ik niet kende. Ik opende het bericht en al snel wist ik van wie het was.

MET WIE WAS JE IN DIE WINKEL AAN HET PRATEN?!
Mijn vrouw mag met geen enkele man praten!!

Ik was zijn vrouw niet eens! Hij maakte me zo boos! Ik besloot om het berichtje te negeren en legde mijn gsm op mijn nachtkastje. Ik sloot even mijn ogen en droomde weg.

Ik werd wakker gemaakt door mijn gsm. Ik pakte hem van mijn nachtkastje en zag dat ik weer een berichtje had. Met trillende handen opende ik het:

Jij gaat NU antwoorden! Anders kom ik naar je toe! Je weet in welke dingen ik in staat ben!

Ik moest wel antwoorden. Wat zou hij anders doen? Ik schreef:
Die persoon in de winkel is mijn collega. Wil je me nu met rust laten?

Ik drukte op het knopje verzenden en wachtte gespannen af. Even later ging mijn gsm weer af. Ik keek op mijn gsm, maar het was geen bericht....hij belde me.
Ik wist niet wat ik moest doen. Ik wilde niet opnemen, maar ik moest wel.

Ik: Hallo?

Yassin: Die jongen in de winkel kan niet je collega zijn! Jij werkt ergens anders!

Ik: Ja, maar dat is de winkel van zijn vader en hij helpt daar soms.

Yassin: Soumaya, niet liegen tegen me!

Ik: Ik lieg niet! En wat interesseert jou dit allemaal?

Yassin: Ik ben je man en ik wil niet dat je met anderen mannen praat!

Ik: Jij bent mijn man niet! Ik ben niet met je getrouwd! En ik ga ook niet met je trouwen! LAAT ME NU MET RUST!

Ik legde af voordat hij nog iets kon zeggen. Ik had er echt genoeg van! Yassin belde me nog een paar keer, maar ik negeerde het. Ik moest nu aan mijn moeder vertellen dat ik niet met Yassin wil trouwen.

Voorzichtig liep ik de trap af. Ik voelde me nog steeds niet goed. Ik zocht mijn moeder beneden, maar ik vond haar niet.
'Waar is mama?' Vroeg ik aan mijn vader.
'Boven.' Antwoordde mijn vader kort. Ik zuchtte. Nu moet ik weer de trappen op.
Ik ging de trappen weer op met veel moeite. Eindelijk was ik boven. Ik ging naar mijn moeders kamer en sloot de deur achter me. Ze keek me vragend aan.

'Uhm..'begon ik,' Yassin.'
Mijn moeder keek me vrolijk aan. 'Heb je een besluit genomen?'
Ik knikte. 'Ja, ik wil niet met hem trouwen...' ze keek me een beetje boos aan.

'Waarom?! Yassin is een goede jongen! Soumaya, je bent al 23. Je wordt over een maandje 24 en je zit hier nog thuis. Wordt het niet tijd om te gaan trouwen? Je hebt Rachid afgewezen. Je gaat Yassin afwijzen.. Met wie ga je dan trouwen?'
Ik keek haar droevig aan. Het wordt inderdaad tijd om te trouwen. Mijn moeder heeft gelijk!
'Ja, mama. Je hebt gelijk. Het wordt tijd om te trouwen, maar niet met Yassin.'
'En vertel me dan eens waarom niet met Yassin! Je gaat spijt hebben!'
Ik schudde mijn hoofd. 'Ik ken Yassin. Hij is niet de "perfecte" man. Hij doet zich alleen zo voor!'
'Vanwaar ken je hem dan? Hij lijkt een hele goede jongen.' Vroeg mijn moeder weer.
'Uhm.. ik weet niet hoe ik het moet vertellen.' Mijn moeder keek me vragend aan. 'Soumaya, je hebt toch geen verkeerde dingen gedaan?!'
'Nee! Waarom denk je dat zelfs? Vertrouw je me niet?' Zei ik boos.
'Jawel, jawel dochtertje. Ik vertouw je met heel mijn hart! Maar jij moet mij ook vertrouwen. Vertel het me. Ik ben je moeder. Je kan me alles vertellen!' Ik kreeg tranen in mijn ogen. Ze had gelijk! Ik moet het haar vertellen.
'Oké, dus Yassin... hij was degene die me had geslagen en waardoor ik in het ziekenhuis lag. Hij heeft me ook een keer willen vermoorden met een mes.' Mijn moeders ogen werden groot. Ze keek vol afschuw. 'Hij zei ook dat als ik niet met hem zou trouwen, hij me zou vermoorden.' De tranen stonden in mijn ogen. Mijn moeder nam me als een klein kind in haar armen. Ik begon te huilen. 'Snap je nu waarom ik niet met hem wil trouwen?' Mijn moeder knikte. Ze sprak me lieve woorden toe. Ik bleef nog even in haar armen.

Ze liet me los en keek me serieus aan. 'We moeten naar de politie gaan. We moeten aangifte gaan doen.' Ik schudde mijn hoofd. 'Waarom niet? Heb je liever dat hij je vermoord?'
Dat wilde ik al helemaal niet!
Mijn moeder heeft weer eens voor de zoveelste keer gelijk.
'Oké, we gaan naar de politie. Maar niet nu, morgen pas.'
Ik ging weer terug naar mijn kamer en zag dat Yassin me een paar keer heeft gebeld. Hij maakte me zo boos! Ik haalde mijn batterij uit mijn gsm. Ik ging op mijn bed zitten en las Koran. Ik kalmeerde weer. Ik kwam tot rust. Als ik aan Allah denk, kom ik tot rust. Als ik de Koran lees, kom ik tot rust. Als ik aan iets denk of iets doe wat met de Islam te maken heeft, kom ik tot rust! Wat is ons geloof toch mooi!

Al MaktabWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu