Hoofdstuk 27

2.9K 155 30
                                    

'Ik schrok me rot! Dat doe je nooit meer, oké?' Leyla kwam huilend van het lachen binnen. 'Je had je gezicht moeten zien!'
'Kom op! Dat was echt niet grappig! Ik dacht dat het Yassin was!' Zei ik serieus.
'Yassin? Wie is dat?'
'Owh, uhm... ja dat moest ik je nog vertellen.' Leyla keek me een beetje raar aan. 'Wat moet je me vertellen?'
Ik ging naar de woonkamer en nam plaats op de zetel. Leyla achtervolgde me en ging ook zitten. 'Wil je wat drinken?'vroeg ik nerveus. 'Nee, ik wil gewoon weten wat je me moet vertellen.' Zei Leyla een beetje geïrriteerd. Ik keek even naar de grond. 'Dus?' Zei Leyla. Ik keek haar aan en vertelde haar het verhaal:'Je kent toch nog Yassin? Die jongen waardoor ik in het ziekenhuis lag?' Leyla knikte en ik ging verder:' Hij is gisteren langsgekomen.' Leyla keek me raar aan. Ze begreep het niet helemaal. 'Hij is gekomen met zijn ouders...om mijn hand te komen vragen.' Mijn ogen begonnen te tranen. Leyla kwam langs me zitten en nam me in haar armen. 'Het komt allemaal wel goed, lieverd. Wat heb je gezegd? Je hebt toch geen "ja" gezegd?!'
'Ik heb nog geen antwoord gegeven, maar Yassin zei tegen me dat als ik niet met hem zou trouwen, hij me ging vermoorden. Ik wist niet wat ik moest doen.' Ik keek haar met betraande ogen aan. Ik vertelde haar ook dat ik het Istikhara gebed had gebeden en dat ik daarna een teken heb gekregen. Ze gaf me goed advies over hoe ik het tegen mijn moeder moest vertellen. Ik bedankte haar. Daarna bleven we nog even praten en lachten we ook.

Ik hoorde dat de deur openging. Ik zag mijn ouders en zusje vrolijk binnenkomen. Ze begroetten Leyla en mij.

'Ik ga er maar weer vandoor.' Zei Leyla ongemakkelijk.
'Nee, blijf nog even.'drong ik aan.
'Sorry, maar ik moet nog veel doen. Ik spreek je later wel.' Ik knikte en ging met haar mee naar de voordeur. Ze gaf me een stevige knuffel en stapte daarna in haar auto. Ik sloot de deur achter me en ging weer naar de woonkamer.

'We hebben het optreden gefilmd. Wil je het zien?' Riep mijn vader vanuit de keuken. 'Ja! Waar is de camera?'
Mijn vader kwam met een tas koffie de keuken uit en pakte de camera. Hij sloot het aan de TV aan en samen keken we ernaar. Mijn prinsesje had het echt goed gedaan!

Nadat we het hele optreden hadden gezien, ging ik even met Khadijah naar buiten. Ze pakte haar jas en schoentjes en deed die aan.
'Soumaya! Ik krijg mijn schoenen niet aan!' Riep ze vanuit de hal. Ik kwam lachend naar haar toe en hielp haar met haar schoenen. Ze gaf me een knuffel en bedankte me.

Samen liepen we de deur uit.
'Waar wil je naar toe gaan?'vroeg ik aan Khadijah. 'Uhm... ik wil naar de speeltuin gaan!' Zei ze opgewekt.
'Oké, schatje! Dan gaan we daar naartoe!'

Samen wandelden we naar de speeltuin, die dicht bij ons huis was. Toen we daar aankwamen. Liep Khadijah zo snel als ze kon naar de glijbaan. Ik liep achter haar aan, wat nogal moeilijk ging met een khimaar, en speelde samen met Khadijah. We hadden heel veel plezier! Het was echt een leuke dag, totdat...

'Kijk ,Soumaya! Is dat niet die jongen die zaterdag naar ons huis was gekomen?' Zei Khadijah stil. Had ze het over Yassin? Ik keek zenuwachtig om me heen, maar ik zag hem nergens.
'Waar zie je hem?'
Khadijah wees met haar vinger in de richting van Yassin. Ik draaide me om en zag Yassin naar ons kijken.
'Khadijah, kom snel! We gaan nu naar huis!' Zei ik paniekerig. 'Nee! Ik wil nog niet naar huis!' Khadijah begon te huilen. 'Kom, dan gaan we nog even naar de winkel. Dan mag je alles kiezen wat je wilt.' Khadijah veegde haar traantjes weg en stond op. 'Gaan we een wedstrijdje doen wie het snelste is?' Ik wou zo snel mogelijk weg en dit was de enige manier om Khadijah snel te doen wandelen. 'Oké! Ik ga toch winnen!' Ze liep zo hard als ze kon. Ik kon haar niet bijhouden.

'Ik heb gewonnen!' Riep Khadijah. Ik kwam lachend naar haar toe. 'Ja ja, jij hebt gewonnen.'
'Kijk! Daar is die jongen weer!' Zei ze tegen me. Ik keek bang om me heen en merkte Yassin op. Waarom achtervolgde hij ons? Snel pakte ik Khadijah op en liep zo snel als ik kon naar de dichtstbijzijnde winkel.
'Nee, Soumaya! Deze winkel heeft geen lekkere snoepjes! Ik wil naar die ene winkel waar een jongen een keer kwam praten met jou.' Zei Khadijah.
'Welke winkel?' Ik wist niet waar ze het over had. 'Waar een collega van jou werkt.' 'Owh, uhm. Oké, we zullen daar wel naar toe gaan.' Ze had het over de winkel van Hamza's vader. Zou Hamza er vandaag ook zijn? Hij heeft vandaag vrij denk ik.

Ik ging met Khadijah naat buiten en zag Yassin daar weer staan. Pff... kan hij me gewoon niet met rust laten?! Snel liepen we weer verder en gingen naar de winkel waar Khadijah naar toe wou gaan. De winkel van Hamza's vader...

We kwamen bij de winkel aan en gingen naar binnen daar mocht Khadijah kiezen wat ze wou. Ze nam veel snoep en chocolade. We gingen naar de kassa en raad eens wie we daar zagen.

'Salamwa3laykoem, Soumaya en Khadijah was het zeker?' Zei Hamza met veel vreugde. Khadijah knikte hevig. 'Wa3laykoemoe salaam, Hamza.' Zei ik verlegen. 'Zoveel snoep? Is dat allemaal voor jou, Khadijah?' Zei Hamza met grote ogen.
'Ja! Dat krijg ik allemaal van mijn lieve zus!'
We bleven nog even praten. Hamza liet me steeds lachen.
Ik keek naar buiten en zag Yassin staan. Ik werd lijkbleek. Yassin keek me boos aan. Hij kookte van woede. Hamza zag dat er iets scheelde en vroeg me:' Wat is er?' Hij was bezorgd, dat zag je aan zijn blik. 'Uhm, niks hoor. We moeten weer gaan. Kom Khadijah.'zei ik nerveus. Hamza keek me teleurgesteld aan. Ik nam Khadijah's hand vast en samen liepen we naar buiten. Ik maakte een zo groot mogelijke bocht om Yassin heen. Met snelle passen liepen we naar huis.

'Mijn voeten doen pijn! Wil je me oppakken?' Zeurde Khadijah. Zonder iets te zeggen pakte ik haar op en versnelde mijn pas. Steeds keek ik met angst achter me om te kijken of Yassin ons niet volgde.

Eindelijk naderden we ons huis. Ik keek nog voor de laatste keer om en zag Yassin gelukkig niet. Ik opende met trillende handen de voordeur en ging naar binnen.
'Jullie zijn er eindelijk!' Hoorde ik mijn moeder vanuit de keuken roepen. Khadijah liep naar de keuken en liet haar snoep zien aan mijn moeder. 'Soumaya! Waarom koop je zoveel snoep voor haar?'
Alles draaide om me heen. Ik werd duizelig. Met moeite liep ik de trap op, richting mijn kamer. Ik moest even op mijn bed liggen. Ik opende mijn slaapkamerdeur en probeerde naar mijn bed te wandelen, maar voor ik het wist viel ik op de grond. Alles draaide nog om me heen en toen werd het zwart. Yassin werd me even te veel.

Al MaktabWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu