Ik ging nog even bidden en daarna zou ik gezellig bij mijn ouders beneden thee drinken. Na mijn gebed ging ik naar onder en maakte ik de thee klaar en zette koekjes op de tafel. Mijn ouders keken blij en bedankte me. Samen dronken we gezellig thee en luisterden we naar Koran. Ik werd er rustig van en vergat alles van wat er vandaag gebeurd was. Ik reciteerde een beetje mee, maar ik heb niet zo'n mooie stem. Jammer...
De athan (oproep tot het gebed) ging. We stonden met z'n allen op en mijn vader leidde het gebed. Ook Khadijah bad mee. Ze weet nog niet helemaal wat ze moet zeggen, maar de bewegingen kent ze wel. Ik leer haar het gebed stap voor stap.
Tijdens het gebed, het Isha gebed trouwens, voelde ik me gekalmeerd en voelde ik de liefde van Allah! Hoe blij moeten we zijn dat we Alhamdoulilah als moslim geboren zijn. Dat Allah ons deze kans heeft gegeven, omdat hij ons in het Paradijs wil zien.
Alhamdoulilah! Alhamdoulilah! Alhamdoulilah! Dat wij zo gezegend zijn met de Islaam!Na het gebed ruimde ik de tafel af en gingen Khadijah en ik slapen. We poetsten beide onze tanden en ik legde haar in haar bedje. Daarna ging ik naar mijn kamer en kroop ik in bed. Ik las een paar suwaar (meervoud van soera) en viel daarna in slaap. Al snel werd ik wakker gemaakt door Khadijah. 'Soumaya, word wakker. Ik kan niet slapen.' Ik opende mijn ogen. 'Kom maar bij mij slapen vannacht.' Ze kroop in mijn bed en ik legde mijn arm om haar heen en zo vielen we samen in slaap.
De volgende dag ging ik wandelen. Ik had veel aan mijn hoofd. Ik voelde me slecht, maar wist zelf niet waarom. Ik wandelde naar het bankje waar ik gisteren met Leyla en Sarah had afgesproken. Het was best ver van mijn huis, maar ik had vandaag zin om eens een lange wandeling te maken. Ik naderde het bankje en nam plaats. Niet veel later werd ik gestoord. Er kwam iemand langs me zitten. 'Hallo.' Ik herkende zijn stem. Ik keek opzij en zag Yassin zitten. 'Wat doe je hier? Stalk je me?!' Kwam er nogal boos uit mijn mond.
'Ik heb hier gewacht op je. Ik dacht al dat je terug zou komen.' Zei hij eng. Ik stond op en pakte mijn tas. 'Laat me gewoon met rust. Stalker! Ik ken je niet en ik wil je ook niet kennen, dus probeer niet nog eens contact met me te zoeken.' En ik liep weg. Ik hoorde dat hij me achterna kwam en ik versnelde mijn pas. Hij leek hetzelfde te doen. Ik begon nu te lopen, het zag er raar uit met een khimaar, maar dat maakt op dit moment niet uit. Ik ging een straat in en zag Yassin niet meer. "Gelukkig! Daar ben ik vanaf. Wat een engerd is hij."
Maar voor ik het wist stond hij langs mij. 'WAT MOET JE VAN ME! LAAT ME MET RUST!' Zei ik nu schreeuwend en met tranen in mijn ogen. Hij keek me arrogant aan en duwde me tegen een muur. Ik keek of er mensen voorbij kwamen, maar nee. Er kwam niemand voorbij. Het was een straat, waar zelfs geen muis te bekennen is op dit moment. Hij ademde nu in mijn gezicht en lachte vuil. Ik probeerde uit zijn greep te komen, maar het lukte niet. Hij was te sterk...
'Ik vroeg gisteren gewoon je telefoonnummer, maar je wou die niet geven. Dus hier ga je voor boeten. En hoe je tegen me praat, bevalt me ook niet.' En hij duwde me hard opzij, waardoor ik viel. Hij kwam naar me toe en trok aan mijn khimaar. 'Blijf van me af!' Schreeuwde ik en ik stampte hem hard tegen zijn schenen. In zag dat hij pijn had, maar Yassin negeerde de pijn en stampte me in mijn buik. Een kreun verliet mijn mond. Ik probeerde op te staan, maar het lukte niet. Yassin bleef me maar in mijn buik stampen en sloeg me vele malen in me gezicht. Ik proefde het bloed al. Tranen rolden over mijn wangen. Ik was machteloos tegenover hem. Het begon zwart voor mijn ogen te worden. Yassin kende geen genade en sloeg er maar op los. Dit is het dan, het einde. Ik zei de shahada vele malen. De Engel Des Doods kon me elk moment halen. De tranen bleven maar komen en de pijn was onbeschrijfelijk. Zo'n pijn had ik nog nooit gevoeld. Ik bleef de shahada zeggen en smeekte Allah of hij me in leven wou houden. Ik vroeg Allah mijn zondes te vergeven en mijn ouders en Khadijah niet te veel verdriet zouden hebben als ik er niet meer ben...
'Hé! Wat doe jij daar!' Hoorde ik een onbekende stem roepen. Ik zag Yassin geschrokken om zich heen kijken en hij verdween zo snel als hij kon. Ik zag een oude man naar me toe lopen. Hij zei nog iets tegen me, maar dat verstond ik niet. Mijn ogen vielen dicht en ik hoorde niet meer wat er rond me gebeurde. Dit is het, het einde van mijn leven, dacht ik.