Hoofdstuk 24

2.7K 137 39
                                    

Met betraande ogen keek ik naar Hamza. Hoe had hij me gevonden? Ik draaide me terug om. 'Soumaya, wat is er?' Zei hij. Even bleef ik stil, maar daarna antwoordde ik:'Laat me gewoon met rust!'
Uit mijn ooghoeken zag ik dat Hamza dichterbij kwam. Hij kwam langs me zitten. 'Luister Hamza, je wilt toch niets meer met me te maken hebben? Waarom ben je dan hier?' Zei ik snikkend.
'Soumaya... ik, ik wil je wel in mijn leven, maar jij wilt mij niet in je leven!' Zei hij stil. 'Dat heb ik nooit gezegd! Je hebt me nooit de kans gegeven om mijn gevoelens te verklaren!' Riep ik nu een beetje. Hamza keek me verward aan. 'Heb je...ook...?' Hij maakte zijn zin niet af. 'Ja, Hamza. Ik heb ook gevoelens voor jou. Ik was er kapot van, toen je niets meer met me te maken wilde hebben. Ik huilde de hele tijd. Je brak mijn hart letterlijk in twee.' Hij keek me met vochtige ogen aan. 'Sorry, Soumaya. Het was echt niet mijn bedoeling om je te kwetsen. Ik dacht dat je beter af was zonder mij.'
Ik schudde mijn hoofd,' Nee, helemaal niet.' Hij keek me zielig aan. 'Sorry! Echt waar. Kan je het me vergeven? Ik voel me hier echt slecht door. Ik wou je dit echt niet aandoen!'
Ik zei even niets. Daarna liet ik een zucht horen.
'Natuurlijk! Het was niet je bedoeling.' Hamza glimlachte en stond op. 'Zullen we dan weer normaal tegen elkaar doen? Want als ik eerlijk ben, ik voelde me echt slecht op het werk. Maar nu is alles weer zoals eerst. Toch?' Ik stond ook op en knikte. 'Oke dan. Tot maandag. Beslama!' Zei hij vrolijk. 'Beslama.' Kwam er zacht uit mijn mond.

Ik ging naar terug naar mijn auto en Hamza naar de zijne. Hij zwaaide me nog gedag en vrolijk zwaaide ik terug. Ik voelde me stukken beter! Dank U, Ya Allah!
Ik reed naar huis en deed daar de dingen die nodig waren. Het was vandaag vrijdag, dan zitten we altijd samen en lezen Koran. Ook vandaag deden we dit. Ik voelde me helemaal terug goed. Dankzij Mijn Heer! En met een goed gevoel ging ik slapen.

Ik lag nog maar net in bed en ik hoorde al geklop op de deur. Ik zag mijn moeder verschijnen. Ze deed het licht aan en kwam naar me toe. Ik zette me recht en keek haar vragend aan. 'Ik heb goed nieuws!' nog steeds keek ik haar vragend aan,' morgen komen er mensen om je hand vragen. Ze hebben pas vandaag gebeld.' Ik keek mijn moeder bang aan. En schudde mijn hoofd meteen. 'Nee, mama. Dat wil ik niet!'
'Zo doe je altijd! Dat is echt typisch jij. Wacht eerst af! En zeg dan wat je wilt!' Mijn moeder klonk boos. Ik knikte met vochtige ogen en ging weer liggen. Mijn moeder verliet de kamer en deed het licht uit.
Waarom moest dit nou weer? Net dat het zo goed met Hamza gaat, komt er weer iemand mijn hand vragen.
Waarom? Waarom? Waarom? Ik sloeg mezelf! Ik was boos. De enige met wie ik op dit moment wilde trouwen, was Hamza! Met niemand anders!

Ik probeerde te slapen. Ik draaide me wel honderd keer om. Toen pas viel ik in slaap.

Ik werd gewekt door mijn wekker. Het was tijd voor Fajr. Ik stond op en ging bidden. Ik vroeg Allah voor de zoveelste keer om hulp. Ik was radeloos!

Na het gebed, ruimde ik mijn gebedsmatje op en ging naar beneden. Daar zag ik dat mijn moeder al volop aan het koken was. Ze was aan het koken voor vanavond. Voor de mensen die mijn hand komen vragen... Ik had hier echt geen zin in!

'Soumaya?' Riep mijn moeder vanuit de keuken.
'Ja?'
'Kom me helpen!' Ik ging naar de keuken en hielp mijn moeder met koken. Het was moeilijk om mijn tranen in te houden. Ik wilde niet. Dit is net zoals de vorige keer met Rachid. Toen wilde ik ook niet, maar had toen wel "ja" gezegd. Deze keer, denk ik na! Mijn antwoord zal waarschijnlijk "nee" zijn, maar als het een goede Moslim is, dan mag ik niet weigeren!

Nadat we klaar waren met koken, moest ik me gaan omkleden van mijn moeder. Ik ging naar boven en zocht mijn bordeauxkleurige khimaar. Ik deed hem aan en ging weer naar beneden. Ik ging zitten op de zetel en samen wachtten we op het bezoek.

'Ding....dong....' mijn vader stond snel op en mijn moeder zei dat ik naar de keuken moest gaan en de nootjes en thee moest klaarzetten. Ik hoorde hoe de deur openging en hoe er hard gepraat werd. Er werd ook veel gelachen. Eén stem herkende ik, maar ik wist niet meer van wie die was.

'Soumaya! Kom en neem de nootjes en thee mee.' Riep mijn moeder vanuit de woonkamer. Zenuwachtig pakte ik de nootjes in de ene hand en thee in de andere hand. Langzaam ging ik naar de woonkamer en keek naar de mensen die er zaten. Ik liet alles vallen. Ik was in shock wie ik daar zag! Wat deed hij hier? Waarom is hij hier? Mijn handen trilden. Mijn moeder schreeuwde tegen me. 'Wat krijg jij nou opeens?!' Iedereen keek me geschrokken aan. Maar ik dacht nog steeds aan de persoon die daar zat. Wat deed hij hier?

Al MaktabWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu