Hoofdstuk 31

74 2 1
                                    

{ Dewi }

Ik ben alweer in het ziekenhuis. Het is alweer een dag geleden dat dit allemaal is gebeurd. De operatie is goed gegaan volgens de moeder van Daan. Dat moet ik dan maar geloven.

Max en ik zitten op Daan's ziekenbed. Ik streel steeds Daan's hand en Max kijkt naar mij. Ik vind het heel fijn dat Max me zoveel steunt. Hij zet zijn gevoelens voor mij opzij en dat vind ik zo lief van hem.

Ik loop even naar de gang om wat water te halen. Als ik de gang op loop, hoor ik twee doktoren praten.

'Ik weet niet of meneer Dijkstra het wel gaat halen.' hoor ik een man zeggen.

'Ik weet het ook niet. Misschien kunnen we beter de stekker eruit halen?' De andere man knikt en ze lopen weg. Er gaat een schrik door mijn hele lijf. De stekker eruit halen? Dat betekend dat Daan dood gaat? Snel haal ik wat water en dan ren ik weer de kamer in. Max zat al op me te wachten.

'Ik hoorde twee doktoren praten en ze zeide dat ze de stekker er wilde uithalen.' zeg ik.

'Dat was misschien wel helemaal niet voor Daan bedoeld.' zegt Max om me gerust te stellen.

'Hij zei meneer Dijkstra. Zo heet Daan van achternaam.' mompel ik.

'Er heten super veel mensen van achternaam Dijkstra. Positief denken, Dewi.' Ik knik en kijk naar Daan. Hoe hij daar ook ligt. Met zijn ogen dicht en zijn haar helemaal door de war. Ik voel allemaal kriebels hoe hij er nu uit ziet. Ookal ziet hij er slecht uit, hij blijft knap. Ik heb de neiging om hem te zoenen maar dat kan ik beter maar niet doen.

'Dewi,' hoor ik iemand zeggen. Ik draai me om en zie de moeder van Daan weer staan.

'Hallo. Heeft u hier overnacht?' vraag ik vriendelijk. Ze knikt.

'Ja, in een hotel hier veder op. Maar heb je het gehoord? De doktoren zitten erover na te denken om het op te geven.' Ik knik somber. Zij weet het dus ook.

'Maar dat gaan we niet doen, hé?' zeg ik.

'Dewi,' begint ze. Ze gaat naast me zitten op Daan's bed en legt haar hand op de mijne. 'Als de dokters iets zeggen, moeten we het ook doen hoe moeilijk het ook is.'

'Maar Daan kan ontwaken uit zijn coma.' probeer ik duidelijk te maken.

'Weet ik schat, maar Daan heeft heel veel pijn en als hij wakker word is het een grote kans dat hij jou helemaal niet meer herkent.' Er gaat een schrik door me lichaam heen. En al die momenten met hem dan? Ik weet nog wel een keer toen Daan me uit school haalde en me overal kusjes gaf en toen iedereen ons raar aankeek. Toen hebben we zo hard gelachen. Er rollen tranen over mijn wangen. Wat nou als dit echt is. Daan gaat dood. Mijn lieve vriendje, gaat gewoon dood en dat door mij.

'Dewi?' zegt Max. 'Gaat het wel?' Ik schrik uit mijn gedachten en schud mijn hoofd. Hij komt naar me toe gelopen en slaat een arm om me heen. Ik barst uit huilen uit en sla mijn ogen neer.

'Mevrouw, zouden we even met uw over meneer Dijkstra kunnen praten?' De moeder van Daan knikt en loopt met de doktoren mee. Er is nog hoop. Misschien vergissen de doktoren zich wel en komt het allemaal weer goed.

'Mevrouw van Bommel, kan uw erook even bijkomen?' zegt een dokter. Ik knik en loop met ze mee naar een kamertje. De moeder van Daan zit erook en nog een paar dokters.

Ik neem plaats en bekijk de kamer. Alles is wit en somber.

'Goed. Zoals iedereen al weet is meneer Dijkstra geopereerd en er is daaruit gebleken dat er een mes in zijn rug is gestoken. Weet iemand meer informatie?' Ik haal mijn hand op. Ik moet het gewoon vertellen.

'Mevrouw van Bommel?' Ik knik.

'Hij is helemaal niet op een rots gevallen. Een goeie vriend van mij heeft een mes in zijn rug gestoken want ze hadden ruzie.'

'Waarom loog uw?'

'Ik wilde niet dat iedereen wist dat dit gedoe allemaal mijn schuld is. Maar ik wil helemaal niet dat de stekker eruit word getrokken! Daan is mijn vriendje en ik kan niet zonder hem leven. En onze foto's dan samen? Onze momenten samen? Dat kunt uw toch niet ineens opgeven?'

'Mevrouw, ik weet dat uw veel van hem houd maar denk ook aan hem. Als meneer Dijkstra wakker word heeft hij misschien wel heel veel pijn en kan hij niet meer recht op lopen. Of hij weet niet meer wie uw bent.'

'Maar uw haalt toch alleen de stekker eruit als het heel erg is? Maar zo erg is het toch niet? Als een kogel je raakt is het toch veel erger?'

'De mes is heel diep in zijn rug geraakt.' Ik zucht en sta op.

'Weet uw? Haal de stekker er maar uit! Ik zou mijn vriendje nooit meer kunnen zoenen, aanraken of wat dan ook. Alle herinneringen met hem is voor niks geweest, alles is voor niks geweest. Dit is allemaal mijn schuld en ik heb er enorm veel spijt van. Ik had nog hoop, maar dat ik nu wel voorbij.' Ik loop de kamer uit en loop naar de kamer van Daan. Max zit op zijn telefoon maar als ik binnen kom lopen geeft hij de volledige aandacht aan mij.

'En?' vraagt hij. 'Wat zeiden ze?'

'Ze gaan de stekker eruit halen. Er is geen hoop meer, Max.' Er valt een traan uit mijn ooghoek maar snel veeg ik hem weg. Ik loop naar Daan en ik ga naast hem liggen. Ik plaats een kus op zijn haar en haal mijn hand door zijn haar. Dit is dan misschien wel de laatste keer dat ik hem zie. Dat ik bij hem kan liggen.

'Dewi, kan ik iets voor je doen?' zegt de moeder van Daan die binnen komt wandelen. Ik schud mijn hoofd.

'Hij gaat toch dood. Het boeit niemand meer' mompel ik.

'Natuurlijk wel, maar het leven gaat door.'

'Niet zonder Daan.' zucht ik. Het is zo. Zonder Daan zie ik mijn leven niet meer. Ik weet dat we heel vaak ruzie hebben gehad, maar dat boeit me niks meer. Daan een ik zijn heel vaak uitelkaar gegaan om domme redenen. Maar het kwam altijd weer goed en dat is zo bijzonder aan onze relatie. Ik zou niks liever willen om kinderen met Daan te krijgen, en om met hem te trouwen.

The Skate GirlWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu