Hoofdstuk 29

533 47 2
                                    

Nikki Marshal

'Angie... Denk je serieus dat ik hier over lieg?' Een ijzige stilte valt aan de andere kant van de lijn. 'Gisteravond heeft ze me bedreigd. Geloof het of niet. Zie je zo.'
En met dat gezegd te hebben, verbreek ik de verbinding. Ik grijp mijn jas van de kapstop en roep naar de andere studenten dat ik ga. Ik zucht en besef me ineens dat morgen de colleges weer beginnen. Ik stap in mijn auto en rijd net iets over het snelheidslimit naar Angie haar huis. Ik klop standvast op de deur en een onbekende doet open. Mijn blik schiet naar het huisnummer en ik kijk nog eens naar het meisje. Ik zit toch bij het goeie huis? Ik draai me om en kijk naar de straat... Ja, ik ben bij het goeie huis...
'Uh. Kan ik je helpen?'
Ik herstel mezelf meteen en schraap mijn keel.
'Ik zoek Angie.' Zeg ik nog steeds wat van mijn stuk gebracht.
'Ze zit boven. Ik roep haar wel even.' Ik zie haar lachen maar zie tegelijkertijd de verwarring in haar ogen.
Ik glimlach onbeholpen terug en dan verdwijnt het meisje de gang in. Ik krab de ongemakkelijkheid weg. Angie komt de trap af, met daarachter het meisje. Die loopt door als Angie naar de voordeur loopt. Ze ziet er moe uit...
'Hoi.' Zegt ze zacht.
'Klaar voor...?' Vraag ik.
Angie grijpt de jas van de kapstok en sluit de deur. Ze zucht diep en recht dan haar rug.
'Jep...'

Ik zet het gas af en klik mijn gordel los. Ik slik en staar naar het logo van de politie, daarna naar Angie.
'Dit is wat we doen.'
Angie kijkt me glazig aan.
'Je gaat naar binnen. Ze gaan sowieso vragen waarom jouw haar ín de computer kamer van Daan zijn huis lag. Je bekent metéén dat je daar bent geweest. Daarna leg je zachtjes en gebroken uit dat je zijn vriendin bent. Daarna pak je je mobiel en laat je de berichtjes zien. Snap je?'
Angie knikt en slikt. Ik wil uitstappen als haar koude hand om mijn pols sluit.
'Wat als ik niet meer weet wat ik moet zeggen?'
Ik bijt om mijn lip en zak weer onderuit in mijn stoel.
'Begin te huilen.'
Angie trekt haar wenkbrauwen op en ik leg uit: 'Ga maar huilen en ik zal voor je verder praten.'
Angie knikt en stapt uit. We lopen naar binnen en worden opgewacht.
Angie pakt als eerst de hand van de grote kale man.
'Smith.' Zegt hij nors.
Cliché...
'Angie.' Zegt Angie zacht.
Ik schrik heel even... Maar besef me dan ineens dat ze niet anders kan... Ze hebben haar telefoon nummer, DNA gevonden en haar adres opgespoord... Angie en haar vriendin...
'Kim.' Schud ik zijn hand.
Hij trekt zijn wenkbrauw op en zegt: 'Met jou heb ik aan de telefoon gepraat?'
Ik knik, maar lieg dat ik barst. We volgen agent Smith naar zijn kantoor en hij bied ons wat te drinken aan.
'Zo...' Zegt hij als hij plaats neemt achter zijn bureau.
Hij vouwt zijn handen in elkaar en schraapt zijn keel.
'Angie, zoals je misschien al weet, wordt Daan Adams vermist en we vonden sporen van jouw DNA in zijn kantoor.'
Ik kijk naar Angie en zie hoe ze haar blik neerslaat.
'Wat deed je daar Angie?' Vraagt Agent Smith.
Ik zie duidelijk hoe Angie slikt en daarna langzaam haar mond opent.
'Niet heel lang geleden ontmoette ik Daan.' Begint ze. 'Ik had hem een fake naam gegeven omdat ik me bewust ben van de gevaren van je naam blootgeven op het internet. Ik maakte een fake account en zocht Daan op Facebook. We raakte aan de praat en al snel spraken we af.'
Angie slaat opnieuw haar blik neer en schudt haar hoofd.
'Hij liet me zijn huis zien... En dat was de eerste en de laatste keer dan ik hem zag.'
Agent Smith zakt onderuit in zijn stoel en kijkt Angie diep in haar ogen aan.
'Kan iemand jouw alibi vast leggen? Iemand die ik nu kan bellen?'
Angie kijkt me aan en zegt: 'Ze zit eigenlijk hier...'
'Iemand anders.' Zegt agent Smith bot.
Angie hapt naar adem en ik hoest even.
'We hebben een vriendin. Ze heet Dianne.' Zegt ik vastbesloten.
'Haar nummer alsjeblieft.' Agent Smith schuift de telefoon naar mij en ik toets mijn eigen nummer in. Ineens wordt ik onzekerheid over het feit of mijn telefoon op trillen staat.
De telefoon gaat over en niet veel later weerklinkt de voicemail. Ik zucht en doe alsof ik teleurgesteld ben, terwijl ik juist niet opgeluchter kan zijn.
'We zullen haar later nog eens bellen. Angie, wil jij dit formulier invullen en onderteken ter bevestiging van je Alibi.'
Angie gehoorzaamt en vult hem precies en duidelijk in. Agent Smith kucht diep en staat op uit zijn stoel. Hij strekt zijn hand uit naar Angie en zij schudt hem flauw. Daarna schud ik zijn hand en lopen we het kantoor uit. In eens streep lopen we door naar de auto. Eenmaal in de auto, zet ik gelijk het gas erop en rij ik weg.
'Nik... Dat was jouw nummer... Is het niet?'
Ik knik en sla af naar rechts. Ik stop voor de telefoon zaak en haal mijn portemonnee eruit.
'Ga je een hele nieuwe mobiel kopen?' Vraagt Angie verward.
Ik schud mijn hoofd en zeg: 'Ik koop een oude Nokia en een nieuwe sim. Thuis wis ik mijn eigen nummer uit het telefoon register van de politie en zet daar de nieuwe in.'
Ik loop de telefoon zaak binnen en grijp het eerste beste goedkope mobieltje.
'Op welke naam mag ik deze zetten?' Vraagt de vrouw chagrijnig als ik het wil afrekenen.
'Dianne.' Zeg ik.

- Na

DoodzondeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu