End

694 45 31
                                    

Hier had ik geen zin in. Samen met Jaik zaten we in de wachtkamer. Ik zou zo weer behandeld worden. Misschien gaat mijn haar er weer af.. Die pas zo weer iets lang was geworden. Nou ja lang, het was net een boblijn. Ik was al blij dat ik weer haar had.Ik tikte zenuwachtig op de tafel. Het duurde een tijdje voordat ik moest. Jaik pakte mijn hand en kneep er in. "Mevrouw Polet?" Ik schoot omhoog. Dit keer was het een andere doktor. "Dewi." schudde ik hem zijn hand. "Job, loop maar met me mee." Ik volgde Job samen met Jaik. Hij hield mijn hand nog vast. We volgde Job naar zn kantoor. Het was akelig stil. We namen plaats op de stoelen. Ze waren zacht. "Zoals je dus wist, is de kanker terug." begon Job. Ik knikte zichtbaar. Jaik hield mijn hand vast."We gaan zo naar boven, daar kun je je gaan omkleden, verder weet je wel  hoe het gaat volgens mij?" ik knikte. "Dan is het maar tijd denk." Job stond weer op en liep naar de lift. Ik zat weer vast. De scan begon. Het blauwe licht scheen in mijn ogen. Het maakte veel lawaai. Het duurde een tijdje voordat de scan klaar was.Ik wachtte geduldig. Todat het klaar zou zijn. Ik sloot mijn ogen. Ik dacht aan van alles en nog wat. Zo raasde mijn gedachten door. Ik concentreerde me boven me, het licht dat heen en weer ging, het geluid. Na een tijdje werd het geluid gestild. Het ging uit, ik werd er uit geschoven. De bestraling zat er weer op. Ik kon me weer gaan omkleden.Jaik zat op me te wachtte in de wachtkamer, waar het wel rustig was. Als laatste deed ik mijn jas aan, die me meteen verwarmde, omdat het nogal warm was. Ik pakte Jaik zijn hand en liep samen met hem het ziekenhuis uit. We gingen naar mijn huis, in die tussen tijd voelde ik me misselijk worden waardoor dingen vaag begonnen te worden. Het bonkte in mijn hoofd, een zwarte flits. Snel knipperde ik mijn ogen en kneep in het stuur en trapte hevig door. Het verdween. De wind waaide door mijn haren, waardoor ze naar achteren waaide. het voelde bevrijd.Thuis kreeg ik een telefoontje. Van het ziekenhuis. Bleek dat alles verspreid was. Ik was niet meer te redden.Ik had nog maar een paar maanden te leven. Op mijn kamer ging ik huilen. Ik wilde nog niet dood. Uit wanhoop belde ik naar Puck. "Met Puck." stilte. "Met mij, Dewi." Ik barste in huilen uit en kon niet meer stoppen. "Gaat Alles goed daar?" vroeg Puck met zijn bezorgde stem. Ik knikte. Dat kon hij niet eens zien. "Nee..." snotterde ik zacht. "Blij waar je bent." en hij hing op. Ik zat voor me uit te staren op mijn bed. Waarom moet mij zoiets weer overkomen? Ik wil niet dood.. Dat geld verdienen kan ik wel weer vergeten. Na een kwartier zo te hebben gezeten ging de bel. Het drong nog niet echt tot me door dat de bel ging.Pas na een paar keer stond ik op en liep naar beneden. Daar stond Puck. Hij omhelsde me, met zijn grote armen. Het voelde allemaal zo vertrouwd. Ik begon weer te huilen, ik was de laatste tijd zo zwak aan het worden. Ik voelde het. Ik keek Puck aan met mijn betraande ogen. "Ik ga dood." Ik keek weer weg. Ik voelde de greep van Puck versterken, hij zei nog niks. Misschien wilde hij niks zeggen, of hij wist niks te zeggen. We liepen naar de bank. Ik voelde me ook moe. Samen lagen we op de bank, ik leunde tegen Puck aan. Het voelde allemaal zo vertouwd aan dit. Ik mis hem. Zijn armen lagen om me heen. Stilte, dat was het enige wat er nu nodig was. Geen woorden. Ik sloot mijn ogen, en voelde de borstkas van Puck op en neer gaan. Ik wil dit niet vergeten.. Dit gevoel , dit hield ik vast, in mijn gedachten, in mijn hart.Ik werd wakker, niet op de bank maar in mijn bed. Verwarrend keek ik om me heen. Niemand, ik was alleen, zal ik straks ook alleen zijn? Zal ik in mijn eentje verdwalen als een geest, of zal ik naar de hemel gaan. Bestaat er wel een hemel? IK hoop het, ik wil wel dat ik mijn herinneringen bewaar, dat ik ze nog weet. Als dat niet het geval is, wat dan nog.. Dan is het leeg. Ik stond langzaam op, ik voelde me zwak. Maar probeerde toch van de trap af te lopen. Ik hield stevig de leuning vast, zodat ik niet onderuit zou gaan.Beneden aangekomen zag ik Puck, mama en James zitten. Ze keken op, in hun ogen zag ik verdriet. Die ik liever niet wilde zien. Dus glimlachte ik kleintjes. Gehaast ging ik op de bank zitten, ik voelde me al weer raar worden in mn hoofd. "Ik ga binnekort dood.." zei ik zacht met mijn ogen dicht. Ik voelde me misselijk. "Meisje toch." zei mn moeder Ik voelde haar aankomen. Met haar warme handen streelde ze mijn wang. Ik voelde de slaap opkomen. Dagen verstreken, ik sliep alleen maar. Want dat was immers het enige wat ik nog kon. Af en toe hoorde ik mensen praten. Mensen kwamen dus nog wel bij me op bezoek. Ik had dromen, mooie dromen. Dromen over het hierna. Misschien zou het toch nog mooi zijn, als ik dood ga. Ik deed mijn ogen open, het was al een paar weken geleden dat Puck er was, misschien was hij er wel elke dag langs geweest. Mama zat naast me op een stoel, ze zag er vermoeiend uit, maar gimlachte. "Je bent wakker." Ik knikte voorzichtig. "Wil je wat drinken? Wat eten?" vroeg ze. "Nee.."prevelde ik. Ik voelde dat mijn lippen droog waren, er zaten velletjes op.  James kwam nog de kamer in, met Puck en Jaik. "Haai." zei ik schor. Ik voelde me vaag gaan worden. Ik sloot weer mijn ogen. Ik hoorde ze nog naast me komen zitten. "Dewi" begon mam. "Je mag gaan lieverd, laat het los, laat ons los." "We houden van je." zei Puck gekweld. "Dag Dewi.." zei Jaik nog."We houden van je.." herhaalde James. Dat was het laatste wat ik hoorde, waarna een heleboel mooie herinneringen langsflitste. Ik voelde nog een hand in mijn hand bevestigd. Mijn laatste mooie herinnering was samen met Puck, dat we op de bank samen lagen. 

Je hebt het einde van de gepubliceerde delen bereikt.

⏰ Laatst bijgewerkt: May 11, 2014 ⏰

Voeg dit verhaal toe aan je bibliotheek om op de hoogte gebracht te worden van nieuwe delen!

Blijf van me af!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu