Hoofdstuk 2

1.1K 43 0
                                    

Gelukkig kwamen mijn ouders snel thuis. Mama was al begonnen met koken. Het rook lekker. "We gaan eten!" riep mama naar boven. Ik kwam als eerste naar beneden en ging aan tafel zitten. Alles stond al op tafel. Ik had geen trek. James kwam naast me zitten. Hij legde een hand op mn been en begon me te strelen, van boven naar beneden. Waardoor ik geen hap door mijn keel kreeg. "Wat is er lieverd? Ben je ziek?" vroeg mama bezorgd. "Nee, ik heb niet zo veel trek." Ik glimlachte zwakjes. Ik zat stil op mijn stoel. James ging met zijn hand steeds hoger. Ik verstarde."Mag ik naar de wc?" vroeg ik gehaast. "Tuurlijk." Meteen stond ik op en liep naar de wc toe. Ik voelde me niet goed. Ik kotste in de wc. Het was niet veel. Met een wcpapiertje maakte ik mn mond schoon. Ik liep naar de keuken om mijn handen te wassen. Toen liep ik weer de naar eetkamer. James keek me walgelijk klef aan. Ik had zin om Pommi te bellen. Gewoon lekker kletsen over van alles en nog wat. Ik zat weer aan tafel. Te wachten tot dat iedereen klaar was. Ineens zat ik aan Puck te denken. Hij had mooie bruine ogen. Zijn haar was donker bruin. Hij had kuiltjes in zijn wangen wanneer hij lachtte. Hij zag er lief uit.

Ik zat aan mijn huiswerk. De muziek stond hard. Gelukkig had ik het huiswerk bijna af. James kwam binnen. "Heb je ooit van kloppen gehoord?" zei ik droog. "Nope." Hij ging naast me staan. Hij keek mee met wat ik deed. Hij boog naar me toe om me te zoenen. Voordat hij dat kon doen gaf ik hem een klap op zijn wang. Ik schrok van het geluid dat mijn hand maakte op zijn wang. James zijn wang werd vuurrood. James zelf werd laaiend. "Hoe durf jij!" siste hij. Ik werd bang, bang van zijn toon. Vragend wat hij nu weer ging doen. "H.. het spijt me, het was niet de bedoeling." zei ik nep. Woede stond in zijn ogen. Boos pakte hij me op en legde me op het bed neer. Roerloos lag ik op mijn bed. Hij pakte een liniaal uit mijn la. Hij kwam op me afgelopen en deed mijn shirt omhoog. Zo werd mijn buik ontbloot. Hij gaf me harde meppen op mij buik met de liniaal. Ik hield me groot. Vanbinnen gilde ik het uit. Tranen sprongen uit mn ogen. Zijn handen tastte hebberig over mijn lichaam.
Wezenloos staarde ik voor me uit in de klas. Pommi was er niet. Ze was ziek. Ik voelde me beroerd. Ik had de hele dag al niks gegeten. Want ik kreeg geen hap door mijn keel. Soms keken docenten me even doordringend aan. Snel lachte ik dan. Ik probeerde de hele dag vrolijk te zijn. Ik ging alleen maar aan Puck denken.Op de gang botste ik tegen iemand op. Mijn boeken vielen op de grond. Snel pakte ik ze van de grond. Degene die tegen me opbotste hielp me. Het was Puck. Ik keek op. Recht in zijn ogen. Ik verdronk in zijn ogen. Snel keek ik weer weg. Ik kreeg mijn boeken van hem. "Bedankt." Zei ik verlegen. Hij lachte breeduit. "Je bent welkom." Zei hij lief. Ik was betoverd. "Hier dit is voor jou." Zei hij. Hij overhandigde me een briefje met een nummer. "Mijn telefoonnummer. Voor het geval je me nodig hebt." Zei hij aarzelend. Ik pakte hem aan. Ik stopte het briefje goed in mij zak. "Bedankt." Zei ik stuntelig. Toen liep ik naar de volgende les.

Blijf van me af!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu