Hoofdstuk 19

673 18 0
                                    

Dewi P.O.V.
"Hoe laat is het?" murmelde Pommi. "Haal een dokter bij." riep ik enthousiast naar Puck. Puck snelde de deur uit. "Je bent wakker." zei ik zacht. Ik kon wel gaan huilen. Ik voelde de tranen komen. Ik pakte Pommi haar hand. Ze glimlachte. Ze was eindelijk wakker na een week. Oke misschien was dat niet heel lang. Maar voor mij waren dat de langste dagen. Na een paar minuten kwamen Puck en een dokter. "We houden Pommi hier nog een paar dagen om haar te laten rusten. Ze leid een beetje aan geheugenverlies. Ze kan snel dingen vergeten. Maar het kan ook zo zijn dat ze dingen niet herinnert. Dat gaat vanzelf weer weg." zei de dokter plechtig. We knikte. Ik liep nog even naar Pommi toe. "Het komt goed." zei ik. Toen liep ik met Puck naar school. We moesten onze rapporten ophalen. Ik fietste met Puck naar school. Het was rustig op het plein. Iedereen was natuurlijk al binnen.We snelde naar binnen. Puck ga me een kus en zei gedag. Toen liep hij naar zijn lokaal. Ik moest de andere kant op. Rennend kwam ik bij het lokaal aan.Ik stond voor een dichte deur. Voorzichtig deed ik de deurklik omlaag.Mevrouw Hoogveen keek me streng aan. "Ga snel zitten." zei ze. Ik haastte me naar een leeg plekje. Dat was naast Lorenzo. Ik keek strak voor me uit. De rapporten werden uitgedeeld. "Dewi kun jij deze aan Pommi geven wanneer ze terug is?" vroeg mevrouw hoogveen. "Ze is wakker." zei ik zacht. Ik keek naar mijn raport. Ik stond overal voldoende voor. Ik was over ! Ik keek naar het rapport van Pommi. Bij de meeste had ze zeer goed. Ze was zeker over. "Dewi." sprak Lorenzo zacht. Ik keek naast me. Mijn blik verhardde even. "Ja?" vroeg ik bot. "Wat was er met Pommi?" vroeg hij zacht. "Niks dat je aangaat." ik keek weer voor me uit. Wachtend tot we uit waren. Of beter vakantie hadden. Lorenzo schraapte zijn keel. "Wel, ik hoorde van anderen dat ze in coma lag?" vroeg hij voorzichtig. Ik knikte."Maar ze is wakker." zei ik maar. Ik zag twinkeling in zijn ogen. Of dat leek maar zo. "Kan ik langs gaan?" vroeg hij hoopvol. Ik dacht na. Waarom ook niet. "Oke." Ik overhandigde hem een briefje met het ziekenhuis en kamernummer. Hij straalde. Alsof je een klein kindje snoep gaf. De bel ging. Ik stond meteen op. Ik gaf mevrouw Hoogveen een hand en wenste haar een fijne vakantie. Toen liep ik naar buiten. Het was lekker weer. De zon was warm. Er was een klein beetje wind. Dat was lekker. Ik wachtte op Puck bij de fietsen.

Lorenzo P.O.V.
Ik stond voor de deur. Ik checkte het briefje. Met zenuwen deed ik de deur open. Pommi lag te slapen. Ze zag er vredig uit. Haar haren sprongen overal heen. Ik ging zitten op een stoel naast haar. Langzaam werd ze wakker. "Wie ben jij?" vroeg ze peinzend. Ze dacht na. "Lorenzo, je vriendje." zei ik zacht. Ze nam me zich in haar op. Ik zag herkenning in haar ogen. Ik gaf haar voorzichtig een kus. Ik had spijt. Spijt dat ik vreemd ging. Dat ik een ander zoende voor haar gezicht. Ik ben ook een klootzak. Ze keek me weer aan. Haar blik verduisterde.

Blijf van me af!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu