50. Worrying about a friend

22 0 0
                                    

Mijn mond bleef akelig lang openhangen. Mijn moeder is zwanger?! Haar gezicht keek me nog steeds stralend aan en toen ik zag dat haar glimlach aan het verdwijnen was, glimlachte ik snel terug. "Wow...", zei Daniel aarzelend, "dat is uh... geweldig." Hij keek me aan en ik herkende meteen wat hij voelde in zijn gezicht: oh mijn god, dit is gestoord. Ik had nooit gedacht dat ik ooit nog een broertje of zusje zou krijgen, zeker niet op mijn moeder haar leeftijd. Maar blijkbaar voelde ze zich nog jong genoeg om negen maanden lang een kind te dragen. En dan begint het nog maar echt, dan begint het opvoeden van het kindje. Ik moest er even van gaan zitten. Een zusje of broertje dus. En hoe meer ik erover nadacht, hoe leuker ik het begon te vinden. "En, vinden jullie het leuk?", vroeg mijn mama onzeker, "we wisten niet goed hoe jullie zouden reageren." Snel sprong ik recht en vloog weer in haar armen. "Ik vind het reuze leuk mam, ik ben zo blij voor je", zei ik en ik gaf haar een kus op haar wang. Ze knuffelde me stevig terug en toen ik recht kwam, zag ik dat ze een traan wegveegde, waardoor ik haar nog eens vastpakte. Ook Daniel kwam hen feliciteren, en de rest van de avond draaide enkel rond de baby. "Weten jullie al of het een jongen of meisje is?", vroeg ik. Ze schudde hun hoofd. "Ik ben nog maar twee en een half maand zwanger, dan kan je het nog niet zien." "En waar gaat zij of hij slapen in ons huis?" "Goh, we hebben nog geen idee." "En hebben jullie het al aan de rest van de familie verteld?" "Nee, jullie zijn de eerste die het horen." En zo ging het maar door en door, en toen ik thuis in bed plofte, kon ik enkel maar denken aan mijn toekomstig broertje of zusje. 

De volgende maandag had ik meteen het nieuws aan Anaïs verteld, en ze was net zo opgewonden als ik. Ze hield zielsveel van kinderen en dat moest ik met haar delen. "En wat heb jij in het weekend gedaan?", vroeg ik haar na een tijdje. Plots leek ze helemaal van de kaart. "In het weekend?", zei ze verbaasd, "Niets, helemaal niets. Zo saai als altijd." Ze lachte kort. Ik lachte verward terug. "Oke dan", reageerde ik fronsend op haar antwoord. De schoolbel rinkelde schril. "Btw", zei ik, terwijl we richting het schoolgebouw stapte, "heb je zin om met mij en Harry af te spreken na de examens? Want ik wil me daar nu vooral op focussen om te slagen, maar ik vind dat we toch nog eens samen iets moeten doen." Het was natuurlijk de bedoeling om hen te verrassen, ze hadden zoveel voor me gedaan de laatste maanden. Weer leek Anaïs heel geschrokken om mijn vraag. "Wat? Samen afspreken? Is dat niet wat raar, dan ben ik het derde wiel enzo..." Ze keek haastig om zich heen. Ik fronste weer. Wat scheelde er toch met haar? Ik gaf haar een vertrouwd klopje. "Ach nee, vorige keer toen we met drie waren, was het toch leuk? Kom op, ik zou het erg appreciëren." Ze keek nog steeds heftig om zich heen. Daarna keek ze weer met grote ogen naar mij. "We zien nog wel. Hé, ik moet naar les geschiedenis, je kent mevrouw Gridd wel, doei!" En ze rende de hoek om. Wat deed ze vreemd, ze leek wel drugs genomen te hebben. Ik haalde mijn schouders op en liep naar mijn eigen les.

Na de laatste bel, slenterde ik naar buiten in de warme zonnestraaltjes. De lente begon stilaan al te veranderen in de zomer, en de stralen die op mijn huid vielen, beurden me helemaal op. Ik zag Anaïs staan aan de schoolpoort, al pratend met een jongen van haar klas. Toen ik naar hen toe liep, zag ik de jongen naar me kijken, en snel afscheid nemen, voor hij de benen nam. Ik fronste terwijl ik aankwam bij Anaïs. "Oh sorry, heb ik hem weggejaagd? Ik heb toch niet jullie gesprekje onderbroken?", en ik gaf haar giechelend een por. Ze leek helemaal niet door te hebben wat ik bedoelde, want ze haalde casual haar schouders op. "Neen, Richard moest gewoon nog wat spullen halen die hij was vergeten." Ik dacht even na. Hmm, misschien was ze toch niet geïnteresseerd in hem, als ze iemand leuk vond, liet ze dat meestal wel merken. Misschien is het echt menens nu, en wil ze er niet al te veel over kwijt. We liepen samen naar de fietsenstalling. "Zeg, gaan we nog samen even iets doen in de stad?", vroeg ik. Ze kwam geschrokken overeind. "Neen, ik kan niet, ik moet ergens anders heen." Haastig probeerde ze haar fiets uit het rek te krijgen maar haar fietsslot zat klem. "Rustig Naïs, wat scheelt er toch met je? Heb je stiekem een date met iemand, met Dylan ofzo?", en ik liep naar haar toe om het slot los te krijgen. Dylan was een jongen in haar klas die altijd stonk. Hij peuterde ook in zijn neus en schoot ze dan af op iedereen die rond hem heen zat. "Date?", zei ze schril, "neen, nee nee nee. Iets... anders." Ik keek haar weer aandachtig aan, iets dat ik vandaag al veel had gedaan. Er zat gewoon iets niet pluis, wat voerde ze in haar schild? Ik begon me lichtjes ongerust te maken. "Naïs, is alles oké? Je  bent toch niet met gevaarlijke dingen bezig hé? Je kan altijd met me praten. Anders fiets ik even met je mee tot je veilig da-" Ze onderbrak me schril: "Neen!", en ze greep het slot dat ik net had losgekregen vast, sleurde haar fiets weg waarbij ze mijn been schraapte, hopte op haar fiets en racete weg. Ik had haar achtervolgd, maar mijn eigen fiets zat nog vast met een slot. Pijnlijk veegde ik over de schaafwond op mijn scheen. Ze is echt met iets niet goeds bezig, als het iets leuks was dat ze zat te verzwijgen, zou ze nog lachen. Nu leek ze als de dood als iemand er ooit iets van zou weten. Ik maakte me zorgen, ik wilde niet dat ze hetzelfde pad in zou gaan waar ik ooit in was geslagen. Dat zou vreselijk zijn. Ik stuurde haar nog snel een sms om te vragen of alles echt goed was, en thuis zou ik bedenken wat ik kon doen.

Waves (ft. Harry Styles 1D)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu