~Hoofdstuk 15: De Vraag~

395 27 3
                                    

Ik weet niet meer wat ik wil

Deze afbeelding leeft onze inhoudsrichtlijnen niet na. Verwijder de afbeelding of upload een andere om verder te gaan met publiceren.

Ik weet niet meer wat ik wil. Mijn brein wel, maar mijn hart niet. Die doet de laatste tijd raar. Het gaat overal wat logisch lijkt tegenin. Waardoor ik twijfel, net als nu.

Ik vind Mitch leuk, nu ik het me eenmaal besef wordt het elke dag sterker. Ik heb me voorgenomen om het hem te vertellen, ooit. Nu nog niet, te bang dat ik onze vriendschap en bond ermee verniel.

Hoewel, ik voel de bond niet meer.

Ik weet niet hoe het voelt, Mitch heeft me verteld dat je iets aan je voelt trekken en dat als je 'verbonden ziel tot de dood' een hele sterke emotie vertoont, je het ook voelt. Maar alles wat hij over onze bond heeft verteld, voel ik niet.

Het maakt me ongerust, het voelt alsof ik een deel van mezelf ben kwijtgeraakt. Iets wat ik zo graag wil terughalen, er alles voor zou doen. Ik zou ervoor door vuur lopen, van daken springen.

Ik wil weten wat ik ervoor moet doen om dit, maar ook al mijn andere herinneringen, terug te krijgen. Als ik het weet heb ik me iets anders om me op te vestigen, dan weet ik wat me te wachten staat.

Wat het kost.

Maar nu zit ik levenloos voor me vooruit te staren. Een boek ligt met de titel op mijn schoot, ik heb het geleend uit de bibliotheek van de school. Toen leek het me een leuk boek, maar nu zitten mijn gedachten heel ergens anders. Met mijn benen over elkaar heen gevouwen zit ik in een aangebouwd deel van het huis.

Het is een bankje in de vorm van een halvemaan met kussens waar je op kan zitten. De ruimte is omringt met ramen, waar ik momenteel door buiten kijk.

Vanaf hier heb je een schitterend uitzicht op de zee en de zonsondergang. De grote rode bol, zo groot, zo krachtig, zo dichtbij, maar ook zo veraf.

Ik strek mijn vingertoppen, de grote bol proberend te pakken. Maar mijn vingers raken alleen het koude glas, dat meteen onder mijn aanraking warmer wordt. Glimlachend werp ik een blik op de zon, wat zou ik dat een keer graag willen aanraken.

Haar warmte op mijn huid voelen.

Mijn gedachten worden onderbroken door de deurbel die gaat. Langzaam, nog steeds in trance, kijk ik naar de deur van de hal.

Alsof hij daardoor magisch opengaat.

Mijn ogen scannen de woonkamer en keuken, een kookeiland, af die met elkaar verbonden zijn. Het is een grote open ruimte, alles is met elkaar verbonden. Alle muren zijn wit op de begane grond, wat het nog groter doet lijken maar tegelijkertijd ook kaal maakt. Er hangen geen schilderijen of foto's aan de muren, er liggen nergens papieren.

Het ziet er perfect uit, één en al perfectie.

Hoe zal mijn oude huis eruitzien? Met mijn halfzussen en moeder? Zou het omdat ook zo netjes, maar kaal zijn? Zou mijn kamer rommelig of juist weer opgeruimd zijn?

De Steen der VerwoestingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu