Deel 1 - Hoofdstuk 17.

625 31 0
                                    

~Flynn~

Ik werd wakker van het geklop op de deur. Ik stond op en stapte naar de deur. Wie was er hier zo vroeg? Ow, wacht het was al 12 uur. Ik opende de deur en werd omsingeld door drie sukkels. 'Wat zit je hier nog in je pyjama?' vroeg Noah. Carter, Lewis en Noah liepen naar binnen en gingen in de zetel zitten. Ik zuchtte. Wat komen zij hier in godsnaam doen?

'Is het mijn verjaardag?' vroeg ik aan hen toen ik voor hen stond. 'Wat? Is het je verjaardag?' vroeg Lewis. 'Het is 11 mei. Je verjaardag was op 8 februari,' zei Carter betweterig. 'Yeah, I know. Wat doen jullie hier dan?' vroeg ik geïrriteerd. 'Mogen we niet bij onze favoriete gitarist langskomen? We zijn toch vrienden,' zei Noah tegen me. Hij stond op en ging naar de keuken. 'Kom op. Kleed je om,' beval Carter me. Hij stond ook op en volgde Noah. Lewis deed hetzelfde maar klopte eerst op mijn schouder. 'Het komt goed,' zei hij.

Ik liep naar mijn badkamer en pakte een T-shirt. Hij rook naar parfum. Waarom rook mijn T-shirt naar vrouwenparfum? Oh, dit was 1 van de T-shirts die ik aan Chyna heb gegeven. Ik bleef er naar staren en dacht aan gisteren. Aan ons vreselijke gesprek.

~

"Ik ging zitten op de bank en keek haar raar aan. 'Waar wil je over praten?' vroeg ik. Ze zat voor me met een sip gezichtje. Zou er iets gebeurt zijn, dacht ik. 'Over gisteren en over ... ons.' Het duurde even voordat 'ons' eruit kwam. Ik keek naar haar gezicht en haar ogen. Ze keek naar onder. Daar gaat het dus over. Onze kus.

'Ik heb me wat laten gaan,' zei ze. Ik begreep het niet. 'Hoe bedoel je?' vroeg ik. Ze zuchtte. 'Ik weet niet hoe jij over de kus staat. Waarschijnlijk betekende het voor jou niets. Maar ik wil dit toch even zeggen voor het geval dat je het toch verkeerd ging begrijpen.' Het betekende wel iets. Het betekende heel veel. Ik wou haar al kussen vanaf het moment dat ik haar in de gang zag staan en ik haar herkende van het ongeluk. Als zo'n prachtig meisje voor je staat met een stuk pizza op haar lip, kan je jezelf niet meer tegenhouden. En dat kon ik inderdaad niet.

'Wij kunnen nooit samen zijn. Het is niet dat ik je niet leuk vind of dat ik iemand anders leuk vind. Het gaat om jou status die ik nooit mag binnendringen. Als iemand doorheeft dat je met mij aan het daten bent, dan slaan ze mij in elkaar. Zelfs als we het probeerden geheim te houden, zou het nooit lukken. Wij passen totaal niet bij elkaar. Ik zal nooit bij jouw fancy leven met penthouses en concerten horen. Jij zal ook nooit in mijn high school leventje met honderden jobs passen. In dit universum horen jij en ik niet bij elkaar. Hoe graag ik het ook wil proberen.'"

'Ben je klaar?' Ik sprong wakker uit mijn gedachten. 'Alles oké?' vroeg Carter die in mijn badkamer stond. Hij keek naar het T-shirt dat ik vast had. Ik knikte. 'Ja, hoor.' Ik trok het aan en veranderde mijn broek. Ik ging bij de rest in de keuken zitten. 'Zo, hoe was het in Londen?' vroeg Lewis. Ik werd kwaad. Ik werd razend kwaad. Londen? Als ik nog maar aan Londen dacht, kwamen de zinnen die Chyna zei terug in mijn hoofd. Waar ik ook aan dacht, alles kwam terug bij haar.

Ik moest iets slaan. Ik moest me afreageren. Ik zag de keukentafel staan. Hij was gemaakt van glas en stond in een goede positie voor mij. Ik stapte er op af en gooide de tafel op zijn kop. Het glas brak in duizend stukjes maar alles wat ik kon horen waren de woorden van Chyna.

'Wij kunnen nooit samen zijn.'

'In dit universum horen jij en ik niet bij elkaar.'

Ik werd teruggetrokken door Lewis en Carter. 'Wat scheelt er met je, gast?!' riep Noah. Ik was nog steeds kwaad. Het ergste was dat ik niet eens op Chyna boos was. Ik was boos op mezelf. Diep van binnen wist ik gewoon dat ze gelijk had. We kunnen niet samen zijn. In mijn leven hoor ik bij bekende actrices of zangeressen. Maar dat is niet wat ik wil, verre van.

Ik liep de keuken uit en ging uit mijn kamer. Ik moest nog meer afreageren. Ik liep naar buiten. Ik spurtte naar een plaats waar ik me kon uitleven. Dat had ik even nodig. Ik bleef lopen tot ik mijn bestemming zag. Het huis waar ik vroeger in woonde verscheen in mijn zicht. Ik liep naar binnen. Ik kende de weg nog prima. Alles stond nog op z'n plaats alsof ik hier gisteren nog was.

Ik nam de trap naar boven tot vaders kamer. Toen ik er binnen kwam, zag ik allemaal beelden van mijn vergiftigde vader en mijn moeder. Ik begon de spiegel kapot te maken. Het bed waar mijn moeder deed alsof ze hem graag zag gaf ik ook een paar stompen.

Eens ik begonnen was, leek het niet moeilijk om te stoppen. 

I Can See You ✔️ (DUTCH)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu