Omstreeks deze tijd begon Cees Fitzgerald zich verveeld te voelen. Wat hij ook probeerde, niets leek zijn aandacht nog te kunnen vangen, niets hield hem langer dan een uur geïntrigeerd bezig. Zelfs Olivia kon Cees' verveling niet verhelpen. En misschien was dat juist het probleem.
Toen hij op een dag na zijn werk door het park naar huis liep, in gedachten verzonken en met zijn handen in zijn zakken, zag hij een oude bekende.
Ze zag hem niet, want ze was druk bezig in haar tas te rommelen, op zoek naar onbelangrijke hebbedingetjes. Hij had haar echter wel degelijk gezien en stapte vastbesloten op haar af. Zijn hart begon te kloppen in zijn keel.
"Hey," zei hij en zijn stem klonk vermoeid en niet meer zoals hij in vroeger tijden had geklonken.
De vrouw klikte haar tas dicht en keek op. Haar blonde krullen vielen voor haar - nog steeds - begerige ogen, en toen herkende ze hem.
"Cees!" zei ze. Haar stem was zwoel en ze spreidde haar armen.
"Leuk je weer te zien, Tessa."
"Insgelijks," zei Tessa van Loon en ze glimlachte. Toen Cees haar open armen niet beantwoorde met een omhelzing, deed ze ze lichtelijk teleurgesteld weer dicht en klopte toen op de lege plek naast haar op het bankje.
Pas toen Cees naast haar zat en de geur van haar parfum door zijn neusgaten naar binnen drong, herinnerde hij zich die avond waarop hij een aanzienlijk blauwtje bij haar had gelopen. Zij scheen het zich ook te herinneren, en er verscheen een trieste lach op haar gezicht.
"Ik weet wat je denkt," zei ze, "en het spijt me. Die avond was ik nog iemand anders. Dat weet je, toch? Ik ben veranderd, Cees, echt waar." Voor elke andere man zouden die woorden totaal afgezaagd zijn geweest, maar Cees, die al eerder in een val van Tessa van Loon was gelopen, merkte het, alweer niet.
Toch waren haar woorden niet helemaal gelopen. Tessa had meerdere pogingen gedaan om haar leven te beteren. Sinds die avond waarin ze Cees bedroog, had ze haar levensstijl omgegooid, en was ze teruggegaan naar het strenge topsport-regime dat ze tot enkele jaren daarvoor had gehandhaafd. Ooit had een veel jongere Tessa gedroomd van een carrière als zwemster, maar ze liet die droom varen toen haar trainingsmaatje Charlie Jongsma haar een Olympische ticket door de neus boorde.
"Ik geloof je," zei Cees, en hij lachte. Voorzichtig legde hij zijn hand op haar knie, en ze duwde hem niet weg. Hij bekeek haar gezicht en zag dat ze nauwelijks veranderd was. Ja, haar huid telde enkele rimpels en haar ogen straalden een nooit eerder vertoonde wijsheid uit, maar op dat na was ze hetzelfde gebleven.
Tessa haalde opgelucht adem. "Gelukkig maar," zei ze. "Maareh, hoe is het jou vergaan in die twintig jaar. Ik bedoel, de tijd vliegt."
"Prima, eigenlijk. Ik ben getrouwd, heb drie prachtige kinderen, een leuke vrouw-"
"Drie?" onderbrak Tessa hem. "Wat een weelde. Hoe heten ze?"
Cees glimlachte door haar enthousiasme. "Joséphine is mijn oudste. Ze is recentelijk getrouwd. En dan heb ik nog een tweeling, Lennard en Olivier."
Tessa maakte een jaloers geluidje. Toen glimlachte ze. "Ik heb 1 kind. Een dochter, Jessica heet ze. Ze zal ongeveer even oud zijn als Lennard en Olivier, denk ik."
"Ben je getrouwd dan?" vroeg Cees, die die vraag eigenlijk overbodig vond. In zijn ogen kon je alleen een kind hebben als je getrouwd was. Noem het ouderwets, maar zo was hij nou eenmaal opgevoed.
Tessa liet haar "onomringde" hand zien. Ze wiebelde vrolijk met haar vrije vingers. "Nee," zei ze.
Ergens, diep in Cees' conservatieve binnenste, begonnen een paar cellen het uit te schreeuwen van afschuw. Hij suste ze echter snel door tegen zichzelf te zeggen dat trouwen helemaal niet meer de norm was tegenwoordig.
Hij wist niet hoe hij moest reageren, en zweeg dus maar. Tessa zweeg ook.
Na een paar minuten in stilten op het bankje te hebben gezeten, met Cees' hand op Tessa's knie, keek Cees plotseling op zijn horloge. Hij schrok zich een hoedje van de tijd en sprong abrupt overeind.
"Wat is er?" vroeg Tessa en haar stem klonk bijna overdreven bezorgd.
"Oh, niets ernstigs. Ik moet gewoon naar huis. Mijn gezin enzo, weet je. Ze wachten op me met het eten."
Tessa knikte begripvol. Haast onhoorbaar mompelde ze: "Dit is precies waarom het gezinsleven mij nooit zo getrokken heeft." Gelukkig voor haar was Cees al buiten gehoorsafstand, al draaide hij zich nog wel één keer om om te zwaaien.
En zo, beste lezer, kwamen twee oude bekenden weer met elkaar in contact. Ze spraken af elkaar elke week op dezelfde tijd te ontmoeten om bij te kletsen. Ze hadden het over van alles en nog wat, maar verder dan dat kwam het nooit. Vreemdgaan was het niet, vond Cees, want hij zou Olivia nooit bedriegen én hij had Tessa nog nooit gezoend.
Olivia had wel vermoedens dat haar man niet altijd op dinsdag moest overwerken - het was namelijk geen deel van zijn contract. Toch dacht ze dat hij geen affaire had, want anders zou het vuur in zijn ogen wel weer zijn opgelaaid.
Ze besprak haar zorgen met de jongens. Lennard en Olivier barstten toen ze het hoorden. Hun vader, een leugenaar? Nee, dat ging er bij de jongens niet in.
"Mam, ik denk echt dat je beren op de weg ziet. Pap is veel te schijterig om te liegen," zei Lennard.
"En waarom zou hij niet overwerken? Dat slaat nergens op. En trouwens, sinds jullie hier zijn gaan wonen, voor onze geboorte, hebben jullie eigenlijk met niemand contact gehad. Pap heeft niet eens een beste vriend!" deed Olivier een duit in het zakje.
Olivia haalde opgelucht adem en besmeerde een boterham met een dikke laag jam. "Ja, jullie hebben gelijk. Ik had er nooit aan mogen twijfelen. Mijn gevoel zegt echter gewoon dat er iets mis is..."
"Maar je gevoel zei ook dat je één meisje zou krijgen toen je zwanger van twee jongens was, mam," zei Lennard schouderophalend. "Dus of je nou helemaal op dat gevoel moet vertrouwen..."
Olivier proestte het uit van het lachen en Olivia keek een beetje zuur. "Oké, oké, jij wint," zei ze uiteindelijk. De drie aten glimlachend en zwijgend de rest van hun ontbijt op.
JE LEEST
De Geschiedenis van de Familie Fitzgerald ✓
Ficção HistóricaDit is een verhaal dat door middel van meerdere generaties vertelt over de familie Fitzgerald die van een aanzienlijke sociale positie in de stad, naar absolute straatschoffies waarvan men de naam niet durfde te zeggen, ging. Deel 1 verhaald hoe Co...