Deel 28♡

401 11 6
                                    

Met een genietende zucht draai ik me om. Ik heb zo heerlijk geslapen vannacht, wat ironisch is, aangezien ik naast een man lag die ik misschien 3 keer heb gesproken. Het is raar, maar alsnog voelde dit veiliger dan bij Enzo.

Toen Art me gistermiddag vertelde dat ik een dag bij hem kon blijven, kon ik wel huilen van opluchting. Ik zal niet ontkennen dat ik een klein traantje heb gelaten. Ik hoefde voor één dag niet bang te zijn voor Enzo. En dat voelde heerlijk. Art was zelfs zo aardig om mijn pyjama op te halen, zodat ik zelf niet Enzo hoefde te zien. Nouja, aardig.. Volgens hem mag ik hem niet zo noemen.

Ik weet ook niet wanneer ik in slaap ben gevallen. Ik kan me in ieder geval niet meer het einde van de film die we keken herinneren.

"Hey, goedemorgen." Hoor ik zacht. Art komt de kamer in met een dienblad in zijn handen. Waar halen ze toch die dienbladen vandaan?

"Wow, ontbijt op bed. Wat een service."

Art kijkt op. "Oh, wilde jij ook?"

Ik kan een lach niet onderdrukken. "Jaha."

"Grapje." Grinnekt hij. "Dit is voor jou. Enzo zei dat je van cappucino's houdt."

Ik knik ter bevestiging. "Dank je."

"Hij wil je wel zo terug."

Er schiet een huivering door mijn lichaam. Voor dat moment vrees ik al.. "Maar eerst ontbijten." Glimlach ik naar Art. En ik ga het zo lang mogelijk uitstellen.

"Lekker geslapen?" Vraagt hij plots.

Ik slik de slok koffie door. "Uhumm." Knik ik. "Je matras is wel iets harder dan die van Enzo, maar dat is niet erg."

Art schiet in de lach. "Krijg ik nog kritiek ook."

"Niet jij, je matras."

De deur wordt met een klap opengeslagen. Enzo staat in de deuropening. Hij heeft een angstaanjagende grijns op zijn gezicht. "Goedemorgen." Hij stapt de kamer binnen. "Ben je klaar?" Vraagt hij me.

Nee. Ik ben niet klaar om weer in zijn buurt te zijn. Mijn hart bonkt hard wanneer ik opsta. Ik wil niet terug.. Maar ik weet ook dat ik geen keuze heb. Laat ik voor nu maar gewoon naar hem luisteren. Ik wil niet dat hij boos wordt, zeker niet nadat ik hem gisteren per ongeluk een klap in zijn gezicht heb gegeven. Nouja.. Per ongeluk..

Met knikkende knieën en een flinke tegenzin, loop ik naar hem toe.

Hij knikt kort naar Art voor hij me de deur uit trekt. "Was het leuk bij Art?" Vraagt hij grijnzend zodra we in zijn kamer zijn aangekomen.

"Ja hoor." Knik ik. Art wordt níet boos om elk woord wat ik zeg, denk ik in mezelf.

Enzo loopt zonder iets te zeggen naar het nachtkastje. "Kijk eens wat ik van de boot heb gehaald."

Ik kijk naar de handboeien die rinkelen in zijn handen. "Wat ben je daarmee van plan?" Vraag ook al weet ik héél goed wat hij daarmee van plan is.

Hij loopt naar me toe. Automatisch loop ik naar achteren. "Blijf staan." Klinkt zijn autoritaire stem door de kamer. Als verstijfd blijf ik staan.

"Je hebt mijn vertrouwen geschaad." Zegt hij.

Zijn vertrouwen? Hij heeft letterlijk mijn gezicht open gebroken. Maar hé, zijn vertrouwen schaden is blijkbaar véél erger.

"Handen." Zegt hij terwijl hij de zijne ophoudt.

Zuchtend steek ik mijn handen uit. Hij krijgt de boeien toch wel om, dus waarom zou ik vechten? Het zorgt alleen maar voor problemen.

Ontkoppeld!!Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu