Dag 4 - 10:58

69 8 0
                                    

De stilte is luider dan hij ooit geweest is. Niemand spreekt. Het enige wat te horen is is, zijn de luid bonzende harten en een pen die over papier krast.

'Waarom is het zo stil?' vraagt Aline. 'Ik hoor helemaal niks.'

Maar er komt geen antwoord op die vraag. Allemaal proberen ze te verwerken wat er is gebeurd. Pas na een paar seconden nemen de leerlingen hun plekjes op de grond en stoelen weer in, starend in het niets.

Iedereen lijkt te luisteren voor pistoolschoten. Hij had het gezegd het niet te doen, maar ja... hoe kan je het woord van man een die kinderen vermoord voor de lol geloven?

Amelia kijkt naar haar droge handen en trekt een velletje van haar nagel af. Een bloeddruppel ontstaat, maar het is niet genoeg om de pijn in haar hart te doven. Het zou niet eens in de buurt komen van wat Sage en Fynn moeten doorstaan.

Luke laat zich naast haar op een stoel zakken. 'Doe voorzichtig met jezelf.'

Ze kijkt op. 'Dit is mijn schuld. Ik kwam met het idee. Ik was niet sterk genoeg om te bellen.'

Hij schudt zijn hoofd. 'Het maakt niet uit wie met het plan kwam.'

'Maar als ik had gebeld, had hij mijn stem gehoord. Dan was ik het die de val had kunnen nemen.' Ze trekt nog een velletje van haar vingers af. 'Ik hoor hier toch niet.' Het komt er uit als een fluistering, maar de woorden raken haar diep. Dit is haar klaslokaal niet. Dit zijn haar vrienden niet. Ze hebben haar waarschijnlijk uit medelijden opgenomen in de groep. Waarom anders?

'Dat wil ik niet horen. Je bent een van ons.' Hij legt zijn hand op de hare.'Waarschijnlijk hij had hen alsnog gepakt omdat hij je daarmee meer pijn doet.'

Ze wil het zo graag geloven, maar ze durft het niet. Hoe meer mensen je hebt om wie je geeft, hoe meer je het om te verliezen. Hoe meer pijn het doet. 'Ik haat dit,' fluister ze. 'Ik haat hem en die verschrompelde druiven die achter hem aanlopen. Ik haat dit lokaal. Ik haat...' Maar het laatste woord blijft in haar keel steken.

'Ik ook.' Luke zucht. 'Ik haat dat hij niet degene pakt die echt verantwoordelijk is, maar spelletjes met ons speelt.'

'Ooit,' zegt ze zacht. 'Ooit krijgt hij wat hij verdient, maar daar hebben wij waarschijnlijk niks aan.'

Hij knikt. 'Hij kan dit niet voor eeuwig volhouden, tenminste dat weiger ik te geloven.

'Ik geloof dat iedereen uiteindelijk krijgt wat hij verdient. En hij verdient niks goeds.'

Daar heeft Luke niks meer op te zeggen. Hij kijkt naar de onbereikbare wereld aan de andere kant van het raam, terwijl de woede in zijn ogen groeit.

Het lijkt een eeuwigheid te duren voordat de deur eindelijk weer geopend wordt. Alle ogen zijn naar de deuropening gericht, hopend dat Fynn en Sage heelhuids terugkeren. Een gniffel klinkt op de gang en dan wordt Fynn als eerst zichtbaar. Zijn neus bloed, zijn lip is opgezwollen en er zitten kleine sneetjes in zijn huid die bedekt zijn met opgedroogd bloed. Een schok gaat door Amelia heen. Ze bijt hard op haar wang om de tranen binnen te houden, wetend dat dit door haar komt.

Hij strompelt het lokaal binnen. Lily grijpt hem vast, zodra hij echt het lokaal in is en ondersteund hem als hij zich een paar meter van de deur naar de grond laat zakken. Zijn gezicht is lijkbleek en zijn ogen schieten schichtig naar de deur, als een bang hert in de klauwen van een wolf.
Pas na een paar seconden wordt ook Sage het lokaal in geduwd. Er zit een grote blauwe kring om zijn oog en zijn kleding zit onder de bloedvlekken. In tegenstelling tot Fynn kijkt hij woest naar de twee mannen die de deur met een klap dicht gooien alsof er niks gebeurd is.

De deur wordt dichtgegooid, maar de stilte in het lokaal blijft hangen, alsof de woorden met de mannen verdwenen is.

'Wat?' sneert Sage. 'Nog nooit bloed gezien?' Hij kijkt iedereen aan, behalve Fynn, Dave, Luanna, Luke en Amelia. Er zit schaamte in zijn ogen, angst misschien wel, verbloemd door woede. Uiteindelijk laat hij zich tegen de muur op de grond zakken en trekt zijn knieen op.

At Gun Point duologie: Boek 1 -  Room 301Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu