Luanna II

54 7 0
                                    

Fluisteringen volgden haar toen ze tegen de stroom van leerlingen in naar het lokaal van Cuper liep. Het was een kwestie van dagen geweest voor de hele school wist wat ze had gedaan. Niet alleen de leerlingen, maar ook de docenten wisten ervan. Ze had nooit geweten dat een briefje van tien euro blikken zo kon veranderen. Dat het een paar weken later haar voeten zo zwaar zou doen voelen. Had ze het nog steeds gedaan als ze dit had geweten? Ze zuchtte en klopte langzaam op de deur van meneer Cuper. Hij was de enige die haar nog fatsoenlijk behandelde. Niet dat het haar beter liet voelen.

'Kom binnen!' zong de stem van meneer Cuper. Dit gebeurde elke keer. Hij deed alsof hij geen idee had wie het was en zodra Luanna binnen zou komen, zou Cuper zeggen: "Oh, Luanna, wat leuk je te zien!" En dat is ook precies wat er gebeurde, toen ze naar binnen stapte.

'Oh, Luanna, wat leuk je te zien!' riep meneer CUper uit.

'Ook hallo,' antwoordde ze zuchtend. Ze zette haar tas op de grond en ging bij het tafeltje naast zijn bureau zittend, starend naar de smalle kieren tussen de zonnewering, die de middagzon buiten moest houden. Ze haatte hoe donkere de dingen het lokaal maakten.

Meneer Cuper schreef nog iets op een papier, dat leek op een toets van de derde klas, vouwde toen zijn agenda en boek dicht en keek haar aan. 'Zo, Luanna. Hoe gaat het deze week met je?'

'Prima,' antwoordde ze kort. Het was geen eerlijk antwoord. 'En hoe gaat het met u?' Ze stelde de vraag niet omdat het haar iets kon schelen. Maar anders zou hij doorvragen.

Hij haalde diep adem. 'Och, druk met nakijken. Zo gaat dat he, als je docent bent.' Hij glimlachte licht.

Ze lachte zacht. 'Ik wil nooit docent worden.' Wat wel wist ze niet. Misschien moest ze maar in de beveiliging werken ofzo.

'Het is erg voldoenend, zeker als je al je leerlingen ziet groeien. Maar met jouw temperament is het misschien beter als je een beroep kiest dat minder te maken heeft met mensen.' Hij lachte, alsof hij zojuist de beste grap van de week had gemaakt. 'Maar goed, daarvoor zitten we nu niet hier. Heb je al een baan gevonden?'

'Ik ben nog aan het zoeken.' Het was hetzelfde antwoord als vorige week en die daarvoor.

Hij knikte. 'Dat zei je vorige week ook. Waar ben je aan het kijken?'

'Het zwembad zoekt nog badjuffrouwen ik heb vanmiddag een sollicitatie.' Een goede leugen was het niet, origineel wel.

Hij schudde zijn hoofd en klikte zijn tong. 'Dat is toch niks voor jou? Als jong meisje in een zwembad te kijken naar andere mensen,' zei hij.

Ze haalde haar schouders op. 'Wat moet ik anders doen?'

'Je kan altijd voor mij werken. Je hoeft weinig te doen, anders dan nakijken van proefwerken van jaar een tot en met drie. Dat heb jij al gehad, en misschien leer je er nog wat van.'

Ze schudde haar hoofd langzaam. Ze gubg niks doen wat er voor zou zorgen dat ze ook maar een minuut langer in dit rotlokaal moest blijven. 'Dat is ook niks voor mij. Ik zoek wel verder.' Haar ogen glijden naar de deur. Hoe lang moest ze dit volhouden voor hij genoeg nam met haar antwoorden.

Meneer Cuper legde zijn hand op haar schouder en kneep er een keer in. 'Ik doe dit om je te helpen,' zei hij met een strenge, lage stem, terwijl hij wat voorover boog. 'Als je volgende week nog geen werk hebt gevonden, krijg je de keus. Je werkt tot aan het eind van het jaar voor mij, of ik zal dit moeten bespreken met autoriteiten boven mij. Het is jouw keus.'

Ze beet op haar lip. 'Meneer dat is chantage.' Het komt er niet zo vastbesloten uit als ze zou willen. Misschien kwam het door de warme hand die te stevig op haar schouder drukte, misschien was het zijn ijzige blik.

At Gun Point duologie: Boek 1 -  Room 301Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu