Juul zat stil op de bank, de mouwen van Matthyas' trui bijna over haar handen hangend. De trui was veel te groot voor haar, maar dat maakte het juist zo speciaal. Ze kon zich helemaal in de zachte stof nestelen, omringd door de geur van Matthyas-een mix van frisse lucht en iets dat haar aan veiligheid deed denken. Ze glimlachte terwijl ze hem aankeek, haar hart vol van warme gevoelens die ze nog niet helemaal begreep, maar die haar tegelijkertijd heel gelukkig maakten.
Matthyas zat naast haar, zijn blik op haar gericht, en hij lachte toen hij zag hoe groot de trui voor haar was. "Je ziet er schattig uit," zei hij zachtjes, terwijl hij een hand op haar rug legde.
Juul voelde haar wangen warm worden bij zijn woorden. Ze wilde hem zo graag een kus geven, gewoon om te laten zien hoeveel ze om hem gaf. Ze boog zich een beetje naar hem toe, haar blik gericht op zijn gezicht, maar toen flitsten de harde woorden van haar vader door haar hoofd. "Je bent te jong voor dit soort dingen, te jong om een vriendje te hebben of om een jongen te kussen."
Juul stopte abrupt, haar blik onzeker. Ze trok zich terug en sloeg haar ogen neer. Matthyas merkte het op, zijn glimlach vervagend tot een bezorgde frons. "Is er iets, Juul?"
Ze schudde haar hoofd, niet zeker van hoe ze haar gedachten onder woorden moest brengen. Maar die twijfels knaagden aan haar. Ze hield van Matthyas, dat wist ze zeker. Maar wat als haar vader gelijk had? Wat als ze echt te jong was voor al die gevoelens?
Na een paar momenten van stilzwijgen, besloot Juul het te vragen. Ze stond langzaam op en liep naar de keuken, waar Raoul bezig was met het opruimen van wat kopjes. Ze trok voorzichtig aan zijn mouw om zijn aandacht te trekken.
"Raoul?" begon ze zachtjes, haar stem onzeker. "Mag ik je iets vragen?"
Raoul draaide zich om en glimlachte warm naar haar. "Natuurlijk, Juul. Wat is er?"
Ze aarzelde even, zoekend naar de juiste woorden. "Papa zegt altijd dat ik te jong ben om... om iemand leuk te vinden. Dat ik te jong ben om een vriendje te hebben of om iemand te kussen. Maar... is dat echt zo?"
Raoul keek haar even stil aan, zijn ogen gevuld met begrip. Hij ging door zijn knieën zodat hij op ooghoogte met haar was en legde een hand op haar schouder. "Juul," begon hij zachtjes, "jij bent de enige die kan bepalen wat je voelt. Er is geen 'juiste' leeftijd om verliefd te worden. Sommige mensen voelen het als ze heel jong zijn, anderen pas veel later. Het belangrijkste is dat je je goed en veilig voelt bij de persoon die je leuk vindt."
Juul knikte langzaam, terwijl ze probeerde de woorden van Raoul te verwerken. "Maar papa zegt dat ik te jong ben... Dat het verkeerd is."
Raoul slikte, zoekend naar de juiste manier om dit gevoelige onderwerp aan te pakken. "Je vader heeft misschien zijn eigen ideeën over wat goed is voor jou, maar dat betekent niet dat hij altijd gelijk heeft," zei hij voorzichtig. "Het is oké om te voelen wat je voelt, en het is ook oké om die gevoelens met iemand te delen, zolang je er maar gelukkig van wordt en het voelt alsof het klopt."
Juul keek Raoul aan, een beetje meer op haar gemak gesteld door zijn woorden. "Dus... het is niet slecht dat ik Matthyas leuk vind?" vroeg ze aarzelend.
Raoul glimlachte en schudde zijn hoofd. "Nee, Juul. Het is helemaal niet slecht. Matthyas is een lieve jongen, en ik weet dat hij ook veel om jou geeft. Zolang jullie eerlijk en lief voor elkaar zijn, is er niets mis mee."
Juul voelde een last van haar schouders glijden. Raoul's woorden gaven haar een geruststelling die ze hard nodig had. Ze wist dat haar vader het misschien nooit zou begrijpen, maar het was fijn om te weten dat er volwassenen waren die haar gevoelens wel serieus namen.
Ze keek op naar Raoul en gaf hem een kleine glimlach. "Dank je," fluisterde ze, waarna ze terugging naar de woonkamer, waar Matthyas nog steeds zat, wachtend op haar. Ze ging naast hem zitten, dichter bij hem dan voorheen, en liet haar hoofd tegen zijn schouder rusten.
Matthyas glimlachte naar haar, blij dat ze weer een beetje opgelucht leek. Zonder een woord te zeggen, legde hij zijn arm weer om haar heen, een gebaar dat meer zei dan woorden ooit zouden kunnen. Juul sloot haar ogen en zuchtte diep. Ze wist dat de wereld buiten deze muren soms hard en verwarrend was, maar hier, naast Matthyas, voelde ze zich veilig. En dat was alles wat ze op dat moment nodig had.