Even later komen we aan land. Ik snuif de geuren op en ik luister naar de dieren. Caitlyne staat vlak naast mee. Mijn vader had besloten dat ik met haar moest gaan jagen. "Kom Caitlyne, ik ruik een paar beren." Ik ren naar het bos maar Caitlyne blijft staan. Ik loop naar haar toe "Wat is er?" Vraag ik. "Wat als Aro daar in het bos is?" Ik schud mijn hoofd. "Hij is daar niet, echt niet." Ik ren weer naar het bos en Caitlyne volgt me aarzelend. Direct zie ik twee beren bij een klein meertje. Ik knik naar ze. Caitlyne knikt en we sluipen erheen. De beren merken niks. We sluipen dichterbij en vallen dan aan. De beren hadden geen tijd om te vluchten. Snel bijt ik in zijn nek. In een paar seconden is de beer helemaal leeg. Bij Caitlyne ook. Opeens reuk ik de meest heerlijke geur die ik ken... "Caitlyne niet ruiken of ademen." Zeg ik snel. Maar het is te laat. Haar hoofd gaat omhoog en ze richt haar hoofd naar de geur. "Nee! Caitlyne!" Ze kijkt mij dorstig aan. "Het spijt me." Zegt ze moeilijk. Ze rent snek weg. Ik ren achter haar aan. Ondertussen roep ik mijn familie. Mijn vader komt direct naast me redden. Net als mijn moeder. "Wat is er?" Vraagt ze onder het rennen. "Ruik maar eens." Beide ruiken ze. "We moeten haar tegenhouden." Zegt ze. 23 jaar geleden zou ze met deze geur nog moeite gehad hebben. Nu kan ze er gewoon tegen. Ik had al jong te maken met deze geur door mijn opa Charlie. Ik kan er dus ook goed tegen. Ik hoor dat we dichterbij Caitlyne komen. De hele familie rent ondertussen mee. Ik zie Caitlyne voor ons rennen. Edward rent nu op zijn hardst en hij komt vlak achter haar. Even is hij voor haar. Hij grijpt de kans en tekkelt haar. Ze komt met een harde klap op de grond. Meteen wil ze opstaan, maar Jasper pakt haar vast. Ik help hem. Na een paar minuten laten we haar los. Ze zakt op de grond tegen een boom. "Ik ben gewoon te zwak...ik kan dit niet volhouden! Ik wil geen dier meer! Ik wil mens!" Schreeuwt ze. "Het komt goed, het is gewoon moeilijk." Zegt Jasper. Carlisle knikt "Als je na een tijdje besluit dat je dit echt niet wil respecteer ik dat en laten we je je gang gaan." Ze knikt. Langzaam komt ze overeind. "We gaan weer naar het eiland." Zegt Rosalie.
Even later meert de boot aan bij isle Esmeé. Jake komt naar me toegerend en omhelst me. "Ik heb je gemist." Zegt hij. "Ik jou ook." Zeg ik. Mijn moeders mobiel gaat af. Ze pakt hem uit haar zak en neemt op. "Hallo? Ja daar spreekt u mee. Wat!? Ja ik kom er aan. Bedankt voor het bellen. Ze staat direct bij de boot. "Ik moet nu naar Forks. Pap heeft een aanrijding gehad." Ze kijkt naar Edward en mij. "Komen jullie mee?" Ik knik en Edward staat direct al bij de boot. Jake kijkt zielig. "Mag Jake ook mee, mam?" Ze knikt zonder na te denken. "Passen jullie op Caitlyne?" Vraag ik aan mijn familie. Ze knikken allemaal. Ik knik en dan vertrekt de boot. Ik zwaai nog en dan zijn ze uit het zicht. Ik nestel me naast Jake en ik sluit mijn ogen. Als ik slaap gaat de tijd toch sneller voorbij.
Ik ontwaak door Jake die niet meer tegen me aanzit. Ik zie het vasteland al in zicht komen. "Hoelang heb ik geslapen?" Vraag ik. "20 minuten." Zegt Bella. Jake kijkt naar de zee en zit niet meer naast mij. Edward is aan het sturen. Bella zit stil voor zich uit te kijken. Ik sta op en ga naast mijn moeder zitten. Ik leun tegen haar aan. "Het komt goed met opa." Verzeker ik haar. Ze knikt "Vast wel." Edwards ogen kruisen even die van haar. Ze glimlacht naar hem. We komen steeds dichterbij. En dan zijn we er. "Gaan we rennen?" Vraag ik. Mijn vader knikt. Jake springt uit de boot en kleed zicht achter een paar struiken uit. Zijn kleding bind hij aan zijn achterpoot vast. Hij siddert een paar keer en dan verandert hij in een grote bruine wolf. Hij komt achter de struiken vandaan. "Er klaar voor?" Vraagt mijn vader. Ik knik. Net als mijn moeder. En Jake denkt het waarschijnlijk. Dan rennen we in de richting van Forks.
Na een tijd rennen komen we in Forks. We stoppen even bij ons kleine huisje. Jake trekt zijn kleren weer aan en we verkleden ons allemaal wat minder tropisch. Mijn moeder heeft zonder het door te hebben een zalmroze jurkje aangetrokken. Normaal draagt ze af en toe maar een jurkje. Ik doe een strakke jeans aan met een soort zandkleurige wandelschoenen. Ik doe erbij een roodkleurige houthakkers blouse aan. Ik stroop de mouwen op. Als iedereen klaar is lopen we naar de garage. We nemen de auto die iedereen een beetje gebruikt. Het is een zwarte auto met 5 plekken. Snel stappen we in de auto. Mijn vader zit achter het stuur. Als we allemaal zitten scheurt mijn vader weg. Mijn moeder staart alleen uit het raam. Ik kruip tegen Jake aan die naast mij zit. Rosalie heeft er altijd een beetje moeite mee als ze ons dit ziet doen. Ik vind het wel grappig, net als Jake. Maar dit keer glimlacht hij naar me...maar er is wat mis aan de lach. Het is niet Jake's lach. Deze lach is geforceerd. Ook mijn vader kijkt ongerust. Ben ik de enige die zeker weet dat het weer goed komt met hem? Ik wou dat ik nu de gave van mijn vader had om de gedachten van iedereen te kunnen lezen. "Mam, hoe erg was de aanrijding?" Ze kijkt naar mij. Ik kijk doordringend terug. Ze zucht diep "Het is ernstig. Ze weten niet of..." En dan stopt ze. Ze kan niks meer zeggen. "Mam hij redt het wel. Je weet hoe sterk opa is." Ze knikt.
JE LEEST
Twilight Life Of Renesmee
VampirosHij kijkt me aan met zijn vuurrode ogen. "Jou had ik hier zeker niet verwacht." Sist hij. Ik blijf in vechtpositie staan. "Ik jou anders ook niet." Ik kijk hem doordringend aan. Hopelijk had hij niet door dat ik stiekem erg bang ben. Ik had nooit in...