Aro

1.1K 45 6
                                    

"Dus je wilt weer terug gaan en doen alsof je spijt hebt, en dan moet ik jou en de anderen komen redden?" Zegt hij nadat ik het plan heb uitgelegt. "Inderdaad. Als het avond is sluip jij met wat andere vampieren door dat gat in de tuin naar binnen. Jullie schakelen iedereen uit totdat jullie mij vinden. Ik zorg ervoor dat de anderen bij me zijn. We gaan dan via dezelfde weg terug." Hij knikt. "En met die andere vampieren bedoel je dus jouw familie die in een hotel verderop zitten?" Ik knik. "Ja, ik stuur ze een bericht dat ze naar jouw huis toegaan." Hij glimlacht. "We hebben een deal. Succes, en tot vanavond." Ik geef hem een knuffel. "Dank je voor je hulp." Hij knuffelt terug. "Graag gedaan." Ik laat hem los en loop het huisje uit. De hakken doe ik weer aan. Ik loop Volterra binnen en zie mensen naar me staren. Zou ik ook gedaan hebben,,, Ik zucht en loop naar het enorme gebouw met de kerktoren. Daar loop ik naar de grote houten deur. Met veel gekraak maak ik hem open. Als ik naar binnen sluip doe ik snel de deur weer dicht. "Hebbes!" Zegt Felix. Hij tilt me op en gooit me over zijn schouder. "Oke... Ik heb het verdient."Mompel ik. "Aro zit al te wachten, hij dacht al wel dat je terug zou komen," Zegt Felix. "Zet me neer, dan loop ik zelf wel naar hem toe." Hij lacht een beetje maar zet me niet neer. Hij loopt weer naar de tuin en zet me dan pas neer. Aro komt al direct naar ons toegelopen. "Het was je bijna gelukt. Ik moet toegeven, ik dacht even dat je echt nooit meer terug zou komen. En dat je je familie en vrienden hier alleen zou achterlaten." Hij glimlacht naar me. Al weet ik niet of het een oprechte glimlach is. "Dat zou ik nooit doen." Zeg ik een beetje geïrriteerd. Hoe kon hij denken dat ik dat zou laten gebeuren? "Wat aardig van je. Ik weet zeker dat de anderen je ook graag weer zouden zien, denk je ook niet?" Ik haal alleen mijn schouders op. "Ik breng je wel naar ze. Felix, bedankt voor het brengen. Je kunt weer verder gaan met wat je aan het doen was." Felix knikt en loopt het gebouw weer in. "Deze kant op." Ik volg hem door de deur heen die het gebouw weer ingaat. "Je kunt wel snel rennen. Dat heb je vast van je vader." Ik knik maar. Ik stop. "Je gaat me wel echt naar ze toe brengen, toch?" Aro lacht een beetje. "Tuurlijk. Volg mij nou maar." Ik blijf stil staan. "Ik vertrouw het niet." Aro stopt met lachen en kijkt me serieus aan. "Volg me nou maar." Hij loopt weer verder en ik loop stilletjes achter hem aan. Dit klopt gewoon niet... Zou hij me misschien opsluiten? Was hij bang dat ik misschien al een plan had bedacht om de anderen te redden? Ik moet niet zo paranoia doen... Straks heeft hij het nog door. Als hij het al niet doorheeft. Hij opent een grote deur, achter die deur zie ik een kamer met een bank, boekenkast en een andere deur. "Waar zijn ze?" Zeg ik. "Niet hier." Zegt hij met een glimlach. "Ik wist het! Waar zijn ze!?" Ik kijk hem woedend aan en pak hem bij de voorkant van zijn cape vast. Ik voel hoe adrenaline door mijn lichaam raast. Ik til hem op en gooi hem tegen de muur aan. Hij blijft daar even liggen en staat daar dan snel op. Hij komt naar me toegerent. Maar ik ontwijk hem net optijd. Naast de boekenkast hangen er een paar kaarsen aan de muur. Ik ren er heen en pak één van de kaarsen. De anderen gooi ik in de boekenkast die na een paar seconden in brand staat. Aro begint te lachen. "Denk je echt dat je mij kunt vermoorden? Je bent een halfvampier, begrijp dat dan. Je kunt niet van mij winnen." Zegt hij terwijl hij opnieuw lacht. "Dat zien we nog wel." Sis ik. Ik hoor opeens voetstappen op de gang. "Renesmee!" Hoor ik Alice zeggen. "Hier Alice!" Schreeuw ik. Alice komt de kamer binnen met mijn ouders en de anderen. Ze ziet Aro en kijkt hem woedend aan. "Dit is allemaal jouw schuld Aro, dat weet je toch wel?" Aro lijkt nu een beetje in paniek. Hij was in zijn eentje, zonder ook maar enige hulp.

Twilight Life Of RenesmeeWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu