POV Amber:
Daar lag ik. De witte kamer was groot en leeg. Er zat niemand. Was ik alleen? Ik dacht na. Ik had een aanval gehad, en door dat mijn hart niet de sterkste was, heb ik een hartstilstand meegemaakt. Ik probeerde zo min mogelijk na te denken. Een zuster rond de 30 kwam de kamer binnen en toverde en lief glimlachje.
''Dag meisje, gaat het wat beter? Je hebt een erge paniekanval gekregen. Maar het is nu klaar, je moet het even rustig aan doen.'' Ze onderzocht me, maar ik keek alleen maar voor me uit. Ik was iedereen aan het verliezen, Net zoals Niels. Ik miste Niels.
Mijn moeder kwam binnen. Ik schrok van haar hoofd. Arme mama. Ze had het zo moeilijk. Ze was bang om iedereen kwijt te raken. Zwarte blauwe kringen zaten onder haar ogen, ze had veel gehuild, dat zag je zo. Ze keek me aan, en ik zag dat tranen weer begonnen te stromen.
''Liefje.'' Ze ging naast me zitten en pakte mijn hand beet. Het deed me goed. Alleen mijn moeder en ik. De zuster snapte het en ging de kamer uit.
''Wat is er toch met je aan de hand. Het was weer Niels he? Het is mijn fout, ik heb niet genoeg aandacht aan je besteed. het spijt me zo.'' Ik kreeg geen word uit ijn keel.
''Waar is papa.'' Vroeg ik schor. Moeder's gezicht betrok.
''Het gaat wel met hem schat, zorg eerst maar voor jezelf.'' Ze aaide met haar vingertopjes op mijn arm. En ik voelde mijn ogen zwaar worden. Ik was moe. Slaperig probeerde ik mijn ogen open te houden, maar viel uitijdenlijk toch in een diepe onrustig slaap.
''Goodmorning sunshine. David keek me lachend aan en viel naast me op bed. Ik voelde meteen irritatie, irritant joch. Ik moest toch lachen. Hij deed altijd zo luchtig over alles.
''Je mag morgen naar huis. De docters vroegen aan me of ik voorloopig met jou kon slapen, ik heb het maar geaccepteert.''
Ik lachte hard.
''Dat is zo niet waar, dan liever bij Sara.'' zei ik gemeen. David grinnikte. Ik zag zorg in zijn houding. Hij was aan het peuteren aan zijn rits van zijn vest en keek ongeconcentreert uit het raam.
''Is er wat Dave?'' Vroeg ik schor. David keek me aan, en even dacht ik dat hij ging huilen. Maar hij begon toen ondeugend te glimlachen
''Het gaat prima joh. ik ben blij dat je je weer goed voelt'' Zijn stem klonk raar. Ik schudde mijn hoofd. Ik ging maar niet verder vragen.
De dag ging lanzaam voorbij, elke keer als de deur van mijn kamer open ging hoopte ik dat het Edward was.'' Maar hij kwam niet. Belde niet, smste niet.
''Vrijdag is er een feestje, gaan jullie mee?'' David leunde tegen de groote zwarte kast van ons appartementje. Hij zat op zijn iphone en leek geintereseerd in wat hij las.
''Nee, ik blijf bij Amber.'' Zei Sara beslist. Ik zuchtte opvalend.
''Ik ga graag mee.'' Ik zag Sara verstijven en ze keek bezorgd naar Menno.
''Is het niet beter als je even rustig aan doet Am?'' vroeg Menno medelevend. Ik voelde irritatie opkommen.
''Stop, ik ben volwassen, ik kan dit zelf beslissen, we gaan er et zijn vieren heen, punt uit.'' Ik wou opstaan, maar mijn hoofd begon te draaien.
Sara schoot omoog en hield me vast.
''Maar Amber….''
''PUNT UIT.'' Zei ik hard. ik liep naar mijn kamer en horde Sara boos tegen David fluisteren.
''Kan jij dan ook nooit twee minuten je hersenen gebruiken? Ze komt net uit dat verdomde ziekenhuis sukkel!'' Ik horde David ongeintereseerd terug praten.
Gelukkig had ik hem. Hij beschoude me teminste niet als een gehendicapte. Ik kon dit wel. Echt.

JE LEEST
Ik wil je nog eens zien.
Romansa'' Kijk Mij is aan.'' Ik voelde tranen opkommen, snel keek ik naar de grond. Hoe kon ik ooit verliefd worden op zoo'n jongen? Kom op Amber. Je wist het al sins het begin dat dit niet ging werken. Ik was stom en blind. Ik voelde zijn warme handen op...