Hoofdstuk 5

1K 31 0
                                    

'Iedereen heeft het altijd over tiramisu, maar naar mijn mening is een panna cotta met een goede grappa een veel betere manier om een Italiaanse maaltijd af te sluiten', hij kijkt op van de menukaart en ziet dat Eva helemaal niet naar hem zit te luisteren. Hij volgt haar blik tot deze bij het aanzicht van een vrouw tot rust komt. Hij heeft meteen door waarom Eva naar de vrouw staart en voelt een brok in zijn keel. 'Hé', wederom legt hij zijn hand op de hare, 'jouw tijd komt nog, Eef', belooft hij haar. Ze wendt haar blik af van de vrouw die trots naar het baby'tje in haar armen kijkt. Ze kijkt hem aan, haar mond vormt een glimlach maar haar ogen staan droevig. Ze denkt er tegenwoordig zó vaak aan. Hoe het zou zijn als ze een relatie zouden hebben. Een kindje zouden hebben. Een gezinnetje zouden vormen. Ze wil niets liever. Hij heeft heel goed door dat ze hier de laatste tijd veel mee bezig is. Het heeft ook het waakvlammetje in zijn hart weer doen oplaaien. Hij wil het beste voor Eva en als dat een gezinnetje is, dan wil hij haar dat geven. Sterker nog, hij wil dat al jaren, maar wist niet of zij er net zo over dacht. Hij wilde zich niet opdringen. In het begin kon het niet omdat ze met Frank was en toen hij overleed had ze uiteraard wel iets anders aan haar hoofd. Natuurlijk had hij haar gesteund, getroost, vastgehouden, maar hij heeft altijd een bepaalde afstand bewaard. Maar nu... Nu lijkt ze er klaar voor. Ze wil een gezin, daar is hij zeker van. Maar of ze dat gezin ook met hem wil, daar is hij nog niet van overtuigd. Hij denkt van wel, of hij moet de signalen die ze afgeeft wel heel verkeerd interpreteren. Hij besluit het er maar op te wagen. 'Eef, ik wil je iets vertellen...', op dat moment komt er met veel kabaal een man binnen. Joviaal wordt hij begroet. De vrouw waar ze een ogenblik geleden nog naar keken drukt een kus op zijn mond en hij neemt het kindje uit haar armen. Eva is inmiddels opgestaan, terwijl Wolfs nog aan tafel zit. Hij beseft dat hij weer een kans om zijn gevoelens te uiten is misgelopen en staat dan ook op. 'Thomas Beljaars?', vraagt ze de man. Hij knikt, maar richt zijn aandacht weer op de baby in zijn armen. 'Eva van Dongen en mijn collega Wolfs, recherche Maastricht. Kunnen we u even spreken?', dit lijkt zijn aandacht te trekken. 'Recherche?', hij haalt zijn wenkbrauw op. Eva knikt. Hij geeft de baby weer aan de vrouw en knikt naar een tafeltje in een rustig hoekje. 'Thomas?', de vrouw kijkt hem angstig aan. 'Het is goed Lil, ga maar naar boven, ik kom zo', hij drukt nog een kus op haar wang en aait het kleine meisje in haar armen over haar bol. 'Wat kan ik voor jullie betekenen?', hij gaat tegenover de rechercheurs zitten.

'Wat een verhaal...', de man lijkt oprecht van streek door wat ze hem vertellen. 'Mijn oudste dochter zit op dezelfde basisschool als Benjamin, ik moet er niet aan denken als...', hij zucht eens diep. 'U heeft meerdere kinderen?', vraagt Wolfs. 'Ja, Merle, de oudste is 8. Levi is net 4 en Vlinder is bijna een halfjaar oud', hij glundert van trots. Wolfs ziet dat Eva even moet slikken. Het zit haar echt heel hoog. 'En uw vrouw?', het liefst zou hij nu zijn hand even op haar bovenbeen leggen, maar dat zou in deze situatie hoogst onprofessioneel zijn. 'Lilian', antwoordt hij met een glimlach, 'zij zorgt voor de kinderen en springt soms bij in het restaurant als dat nodig is'. Wolfs knikt. Hij kan zich niet voorstellen dat deze familieman vanochtend nog twee mensen bruut vermoord heeft. Maar schijn kan bedriegen natuurlijk. 'Hoe is uw relatie met de rest van uw familie? Uw broer, zussen?', vraagt Eva. Ze lijkt zich herpakt te hebben. Zijn glimlach verandert in een grimas. 'Mijn broer en zussen spreek ik niet. Wel de dochter van mijn broer. Hij is de oudste en ik de jongste, dus zijn dochter en ik schelen maar vijf jaar', legt hij uit. 'Mijn moeder is helaas vorige maand overleden, maar dat wist u vast al', gaat hij verder. 'Ik heb verder niets te maken gehad met die ruzie tussen mijn vader en Bernard', hij kijkt de rechercheurs een voor een aan, 'daarbij komt dat die strijdbijl volgens mij met mijn vader mee het graf in is gegaan, drie jaar geleden. Bernard de Crassier komt hier zelfs wel eens wat eten'. Wolfs en Eva kijken elkaar aan, ze hebben genoeg gehoord. 'Bedankt voor uw tijd', ze geven de man een hand en willen afrekenen. 'Blijft u niet voor een dessert?', vriendelijk kijkt hij de twee rechercheurs aan, 'van het huis', dringt Thomas aan. 'Sorry, dat mogen we niet aannemen', Eva wil zich omdraaien, maar wordt tegengehouden door Wolfs. 'Graag', zegt hij tegen Thomas, 'kan best toch'. Eva rolt met haar ogen. 'Meneer is geen verdachte ten slotte', probeert hij haar te overtuigen. Ze haalt haar schouders op en loopt weer naar het tafeltje, ze gaat het toch niet van hem winnen.

'Wat wilde je nou zeggen toen Beljaars binnen kwam?', vraagt Eva tussen een paar happen van haar tiramisu door. Wolfs verslikt zich in een hap van zijn panna cotta en moet even op adem komen. Hij had niet verwacht haar dit vanavond nog te moeten vertellen. 'Gaat het?', bezorgd kijkt ze hem aan. Hij knikt en neemt een slok van zijn koffie, maar gaat dan weer verder met eten. 'Wolfs', ze kijkt hem onderzoekend aan, haar hoofd gekanteld, 'wat is er?'. Hij sluit zijn ogen en haalt diep adem, 'doe eens niet zo eng, man', hij voelt hoe ze zijn hand pakt. Hij wil haar niet ongerust maken, hij moet het haar gewoon vertellen. Hij opent zijn ogen en kijkt recht in haar prachtige ogen. 'Eef, ik ben bang dat... nou ja niet bang... ik moet je gewoon vertellen... ik wil dat je weet...', hakkelt hij. Haar blik wordt met elk woord ernstiger, dit onzekere gedoe is niets voor Wolfs. Hij zucht en gooit het er dan maar gewoon uit, 'ik heb gevoelens voor je, Eva'.

Ik ben voor anderhalve week in NL! Ik heb het dus druk met vrienden en familie opzoeken maar zal nog steeds proberen elke dag te posten. Weet alleen niet of ik genoeg hoofdstukken klaar heb voor 10 dagen 🤔

LittekensWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu