Hoofdstuk 14

1K 24 0
                                    

'Wolfs, Eva! De ontvoerders hebben contact gelegd, kom even luisteren', Romeo komt enthousiast de verhoorkamer uitlopen waar de technici de afgelopen week gestationeerd zijn geweest. De twee rechercheurs kijken elkaar even aan en staan snel op. Romeo zit alweer met een koptelefoon op als ze binnenkomen, 'ze spreken Nederlands dit keer'. Net als Wolfs de koptelefoon over wil nemen schudt hij zijn hoofd. 'Opgehangen', zucht hij. 'En?', vraagt Eva, ongeduldig tikt ze met haar vingers op het bureau. Ze kijkt naar Romeo en de technicus die elkaar ongemakkelijk aankijken. 'Ze willen een half miljoen extra', begint Romeo. 'Wat?', Wolfs klinkt woest, 'Hoezo?'. 'Lees maar', de technicus geeft de uitdraai van het gesprek aan Wolfs. Eva kijkt hem onderzoekend aan terwijl hij de uitdraai leest. 'Wat is er?', ze ziet zijn wenkbrauw omhoog gaan en kan haar nieuwsgierigheid niet onderdrukken. 'We worden bedreigd', zegt hij enigszins verbaasd. 'Bedreigd?', ze trekt het blaadje uit zijn handen. Haar ogen schieten over de tekst. 'Bluf', zegt ze, ondanks dat ze een naar gevoel krijgt van wat ze leest. 'Ik weet het niet, Eef', neemt hij het blaadje weer uit haar handen. 'Ze beschrijven jullie tot in detail', merkt Romeo op. 'Dus ze houden ons in de gaten, dat is toch niets nieuws', Eva probeert luchtig te klinken. 'Laten we maar even bij ze langs gaan', vindt Wolfs. Hij wil even met de heer De Crassier praten na het lezen van het uitgetypte telefoongesprek. 'Hou je je wel een beetje in?', grinnikt Eva. De ontvoerders hebben gedreigd 'de wouten' iets aan te doen als ze zich nog met de zaak bemoeiden. Sterker nog, ze dreigen Eva wel eens te laten zien wat een echte man is. De Crassier heeft daarop geantwoord dat het hem 'zijn reet kan roesten', wat er met de rechercheur gebeurt. Zolang hij Benjamin maar terugziet. Daarop hebben de ontvoerders geantwoord dat Wolfs dat waarschijnlijk iets anders zou zien. 'En waarom spreken ze ineens Nederlands?', vraagt ze zich hardop af. 'Het kan een internationale bende zijn', suggereert Romeo. Wolfs schudt zijn hoofd, 'ze proberen gewoon verwarring te zaaien', denkt hij. 'Het is iemand uit Maastricht', hij lijkt zeker van zijn zaak. 'Hoe weet je dat?', zelfs Eva snapt niet waarom hij dat nu opeens zo zeker weet. 'Ja jullie lezen er heel leuk overheen, maar in de rest van Nederland noemen ze een tuut, gewoon een tas', knipoogt hij. 'Shit, je hebt gelijk', Eva kijkt nog eens naar de uitdraai, 'laat het geld achter in een tuut', leest ze voor. 'Precies, de ontvoerder heeft een fout gemaakt. Ga je mee, Eef?', hij houdt de deur van het verhoorkamertje voor haar open. 'Haje!', grijnst hij nog naar Romeo en de technicus voor hij achter zijn collega aan naar buiten loopt.

Als ze bij de villa van De Crassiers aankomen is er een hoop consternatie. Bernard heeft blijkbaar het advies van de ontvoerders ter harte genomen en probeert de hulpverlener die daar door de politie is gestationeerd, zijn huis uit te krijgen. Dat betekent wel dat het hek al open staat en Wolfs en Eva zo naar binnen kunnen lopen. 'Meneer de Crassier, laat u die mevrouw even met rust en komt u met ons mee naar binnen?', Eva vindt dat Wolfs nog redelijk rustig overkomt, terwijl ze weet dat hij kookt vanbinnen. 'Jullie moeten ook oprotten! Het kan me werkelijk geen reet schelen wat er met jullie gebeurt, maar jullie weten dondersgoed dat jullie Ben in gevaar brengen zo. Opgedonderd nou!', de man draait zich om en loopt richting het huis. 'Wolfs!', Eva ziet dat er een luchtbuks naast de deur staat en grijpt naar haar wapen. 'Bernard, doe nou geen domme dingen. Stoppen!', roept ze naar de man. Toch loopt hij gewoon door. 'De Crassier, stoppen!', Wolfs lost een waarschuwingsschot en de man krimpt in elkaar. Eva loopt snel naar hem toe en slaat hem in de boeien. 'Komt u maar even met ons mee', zijn vrouw is inmiddels op de commotie afgekomen en slaat haar hand voor haar mond. 'Sorry mevrouw, meneer gaat even mee naar het bureau', Wolfs probeert de vrouw te kalmeren terwijl Eva de man de auto inwerkt. Hij maakt even een praatje met de hulpverleenster en voegt zich dan bij Eva in de auto.

'Laat me godverdomme gaan! Jullie kunnen jezelf beschermen tegen die gekken, maar jullie jagen Benjamin zo de dood in! Stelletje klootzakken!', briest De Crassier als ze het verhoorkamertje inlopen. Wolfs en Eva kijken elkaar even aan, 'zullen we meneer nog even laten afkoelen?'. 'Ja, misschien een goed idee. Even lekker lunchen?', doet Wolfs er nog een schepje bovenop. 'Doen we', knipoogt ze, 'als u gekalmeerd bent praten we verder'. 'Wacht, nee! Ik ben rustig', de man kijkt hen smekend aan. De rechercheurs kijken elkaar nog een keer geamuseerd aan, binnen no-time hebben ze hem waar ze hem willen. Eva gaat zitten, terwijl Wolfs blijft staan. 'Die luchtbuks van u, hè, die is helemaal niet geregistreerd', begint hij. De man tegenover hem zucht. 'Geef me daar dan maar een boete voor. Ik wil Benjamin terug. Alsjeblieft. Ik doe er alles voor om Ben terug te zien', hij kijkt Eva nu hulpeloos aan. Zoals mannelijke verdachten vaker denken, lijkt ook hij ervan uit te gaan dat de vrouwelijke rechercheur op deze manier te beïnvloeden is. 'Als u nou eens gewoon met ons zou meewerken, dan is de kans dat u Benjamin snel terugziet veel groter', koel kijkt ze hem aan, zijn charmeoffensief heeft totaal geen invloed op haar. 'Je hebt de ontvoerders toch gehoord! Ze willen geen politie! Als hij hier niet levend uitkomt, is het jullie schuld', de man begint weer driftig te worden en wijst beschuldigend van de ene naar de andere rechercheur. 'Meneer de Crassier, heeft u enig idee wie u aan de telefoon heeft gehad vanmorgen?', Wolfs negeert zijn kleine uitbarsting. De man schudt zijn hoofd en slaat zijn armen over elkaar. 'Echt niet?', ze trekt haar wenkbrauw op en kijkt naar haar collega. 'Volgens mij heeft u wel een idee, of niet dan?', gaat hij verder. De man haalt zijn schouders op en kijkt nors de andere kant op. 'Zou het kunnen dat het om Louise Beljaars gaat?', vraagt Eva dan op de man af. Hier lijkt hij van te schrikken. 'Wat weten jullie daar nou van?', tevreden kijken ze elkaar aan, ze hebben beet!

LittekensWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu