Hoofdstuk 12

985 35 4
                                    

Als ze vrijdagmiddag thuiskomen gaat Eva eerst een rondje hardlopen. Ze hebben heel de dag achter hun computer gezeten en ze moet haar energie kwijt en haar gedachten ordenen. Het is een rare week geweest. Maandag heeft ze Maurice uit de nesten moeten helpen, dinsdag werd de dubbele moord gepleegd en heeft ze Wolfs voor het eerst gezoend, donderdagmorgen hoorden ze dat hun baas was overleden en dezelfde avond werden ze nog betrapt door hun nieuwe baas. Het is allemaal in sneltreinvaart gegaan. Eva is dan ook blij dat morgen zaterdag is. Nog één dag werken, want als er verder geen ontwikkelingen in de zaak zijn, mogen ze zondag thuisblijven. Wel op oproepbasis natuurlijk. Ondanks dat het hardlopen best lekker gaat, heeft ze toch een vervelend gevoel. Ze heeft het idee dat ze in de gaten gehouden wordt, maar elke keer als ze omkijkt of even stopt is er niets te zien. Ik lijk wel paranoïde. Ze wijdt het aan de drukke week en trekt nog een laatste sprintje voor ze De Ponti weer in zicht krijgt. Ze kan het onbehaaglijke gevoel niet van zich afschudden en is blij als ze weer veilig thuis is.

'Hey', ze drukt een kus op Wolfs' schouder die druk aan het kokkerellen is. 'Ha sportieveling', hij draait zich om en kust haar op de mond, 'hoe ging het?'. 'Wel prima', ze pakt een flesje water uit de koelkast en drinkt het gulzig leeg. Ze gaat Wolfs niet over haar vreemde gevoel vertellen, want dan wordt hij alleen maar bezorgd, terwijl dat nergens voor nodig is. 'Kan ik nog douchen?', ze knikt naar het eten wat hij aan het bereiden is. 'Ja hoor', hij neemt haar gezicht in zijn handen en brengt zijn mond nog eens naar de hare. 'Zal ik mee gaan?', fluistert hij tegen haar lippen. Hij merkt dat Eva schrikt van zijn vraag, hij voelt gelijk hoe haar lichaam zich aanspant. 'Hé', hij beweegt zijn hoofd wat naar achteren, zodat hij haar aan kan kijken, 'het was maar een grapje'. Eva heeft haar ogen neergeslagen. Ze schaamt zich. Ik lijk wel 16. Ze wil het wel. Niets liever. Maar ze durft het niet. Ze wil niet dat hij de littekens in haar liezen ziet en dan allemaal vragen gaat stellen. Maar ze kan het ook niet uit blijven stellen. Ze moet het hem vertellen. Zo snel mogelijk. Voordat ze hem kwijtraakt. Want ook al zegt hij dat het een grapje is, ze weet wel beter. Hij wil net zo graag dichtbij haar zijn, als zij bij hem. Hij heeft alleen niets om zich voor te schamen, niets te verbergen. Met Frank heeft ze dit ook altijd lastig gevonden. Ze weet zeker dat hij wel eens iets gezien of gevoeld moet hebben, maar ze heeft het altijd zoveel mogelijk proberen te verbergen. Als ze al seks hadden moest het licht altijd uit. En als hij haar eens wilde verwennen wist ze het altijd zo te draaien dat zij hém uiteindelijk verwende. Zo onzeker is ze over haar eigen lichaam. Of nou ja, vooral over die lelijke littekens, die haar herinneren aan haar vader en wat hij haar allemaal aangedaan heeft. Sommige littekens zijn nog steeds goed zichtbaar, ze hebben diepe sporen nagelaten, net als zijn daden dat hebben gedaan op haar ziel.

'Eef', zonder dat ze het door heeft rolt er een traan over haar wang, 'praat met me, alsjeblieft'. Hij tilt haar kin voorzichtig op. Ze ziet de bezorgdheid in zijn ogen. 'Sorry', zucht ze, ze wil hem niet bezorgd maken. 'Nee, het geeft niet. Ik wilde je geen pijn doen, ik kan gerust wachten als jij er nog niet klaar voor bent om zo intiem te zijn', Eva schudt haar hoofd. 'Dat is het niet...', fluistert ze. Ze slaat haar ogen weer neer, maar als ze zijn duim zacht over haar wang voelt strelen kijkt ze hem toch weer aan. 'Ik moet je iets vertellen...', ze neemt hem bij de hand. Zelf gaat ze op de keukentafel zitten, terwijl hij op een stoel voor haar gaat zitten. Hij vouwt zijn handen om de hare en kijkt haar geruststellend aan. 'Ik... Maus en ik... Mijn vader...', ze barst in tranen uit. Hij staat op en slaat zijn armen stevig om haar heen. 'Ssssh', hij wrijft over haar rug en drukt een kus in haar haren, 'lieverd toch'. Ook al heeft ze eigenlijk nog niets gezegd, hij heeft toch al een vermoeden waar ze heen wil. 'Hij... hij...', hakkelt Eva, terwijl hij haar probeert te kalmeren. 'Eef, rustig'. Hij neemt haar gezicht in zijn handen en dwingt haar hem aan te kijken. Langzaamaan mindert het snikken, 'goed zo, rustig ademhalen lieverd'. Als ze gekalmeerd is begeleid hij haar naar de bank waar ze zich in een hoekje nestelt terwijl hij thee voor haar maakt. Als hij bij haar komt zitten kruipt ze dicht tegen hem aan. 'Ik werd misbruikt door mijn vader', fluistert ze tegen zijn schouder. Haar woorden bezorgen hem kippenvel. Hij trekt haar dicht tegen zich aan en drukt een kus op haar kruin. 'Het spijt me, Eef', fluistert hij. Ze haalt haar schouders op, hij kan er toch niets aan doen. 'Ik wil jou geen pijn doen, Eva. Nooit. Geef het alsjeblieft aan als ik iets doe wat je niet fijn vindt. Alles op jouw tempo', hij kijkt haar treurig aan. 'Dat is het niet...', fluistert ze. Ze wil het best. Ze wil alleen geen geheimen voor hem hebben. Ze wil zich volledig aan hem over kunnen geven. Bemoedigend kijkt hij haar aan en knijpt zachtjes in haar hand. Ze bijt op haar lip en probeert haar tranen te verbijten. 'Als hij... altijd nadat hij zich op mij had uitgeleefd... De pijn die ik voelde, ik kon er niet mee omgaan. Ik was jong en ik wist niet wat ik deed. Ik sneed mezelf, Wolfs. En toen vroeg jij of ik met je wilde douchen. Natuurlijk wil ik dat. Maar ik moest je dit eerst vertellen, ik wil niet dat je mijn littekens ziet en...', ratelt ze. 'Eva', hij neemt haar gezicht weer in zijn handen, zodat ze hem aankijkt, 'het is oké. Ik ben zo blij dat je me dit verteld hebt. Ik ben zo trots op je, Eef'. Ze haalt opgelucht adem en laat haar voorhoofd tegen het zijne rusten. 'Wolfs?', ze sluit haar ogen. 'Hmm?', ook hij heeft zijn ogen gesloten. Zachtjes plaatst ze haar lippen op de zijne voor een tedere kus. 'Ik hou van jou', fluistert ze tegen zijn lippen, een traan biggelt over haar wang.

LittekensWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu