Ik ben blij dat wattpad mijn open ruimtes heeft terug gegeven, dus geen puntjes meer, alleen voor wanneer ze over springen naar een andere tijd.
-
'Aah komop Fawna, je hebt toch een aantal uur terug al naar de wc geweest, pardon struik.' Mopperde Darren. 'Je bent een lekkere! Het is zoals je zegt, een aantal uur geleden. Ik moet echt nodig!' Sprong Fawna op haar moeilijk gekruiste benen. Ik moest wel lachen om het aan beeld. 'Het is niet omdat jullie blazen groter zijn dan die van mij dat er daar geen rekening mee moet worden gehouden!' Riep ze verontwaardigd.
Ik kon haar geen ongelijk geven, ze heeft ook wel mijn genen overgekregen om nogal snel naar de wc te moeten, geen idee of het een mensentrekje was. 'Vooruit, maar wel snel hoor!' Gaf Darren toe, hij keek Fawna na die moeilijk naar een struik toe liep en daar achter verdween. 'Wedden dat ze ons alleen maar weer wilt bespieden.' Zei hij tegen me, ik keek hem weer aan en trok een wenkbrauw op 'haar blaas is echt klein, dat was een menseneigenschap die ik ook had, maar er is natuurlijk altijd een kans dat ze weer even moet gluren.' Grijnsde ik.
'Je meent het?' Vroeg hij sarcastisch, ik grinnikte even en ging weer aan de kant van de weg zitten. Ieder moment even aangrijpen om even te kunnen zitten nam ik maar al te graag aan. Darren ging naast me zitten en keek voor zich uit, ik keek toe hoe hij de omgeving af ging. 'Waarom kijk je zo naar me?' Vroeg hij terwijl hij naar voren bleef staren.
'Ik keek gewoon.' Was mijn geniale antwoord, Darren draaide zich naar me om en fronste 'dat is geen antwoord.' Mompelde hij, ik haalde mijn schouders op. 'Ik heb geen reden, ik keek gewoon.' Herhaalde ik weer, Darren glimlachte vaag en draaide zich weer naar het landschap. 'Iedere keer als ik weer door het eiland wandel verbaas ik me weer over hoe mooi het hier is, en dat terwijl ik hier geboren en getogen ben. Is dat vreemd?' Vroeg hij me nu.
Hij keek me weer aan en had een afwachtende blik. 'Nee ik vind dat niet vreemd, het is hier ook echt wonderbaarlijk. Echt een zegen om hier te mogen wonen denk ik wel.' Zei ik, Darren glimlachte 'ik ben blij dat je dat zo ervaart, ik ben het met je eens. Het is echt een zegen, ik hoop echt dat je je hier thuis gaat voelen.' Glimlachte hij naar me, ik kon er niets aan doen en glimlachte breed terug.
Die jongen deed wat met me, ik ging er iedere keer van stralen. Zou dat het gene zijn wat Fawna ziet? Over Fawna gesproken, is die boodschap echt zo groot? Ik draaide me om en keek weer haar die struik 'ben je onderhand klaar?' Riep ik richting de struik, ik hoorde de struik ritselen en bewegen 'euhm... Ja wacht, ik kom er zo aan.' Kwam er geschrokken uit de struik.
'Ze heeft weer staan loeren.' Zei Darren droog, ik grinnikte even 'uiteraard heeft ze dat.' Stemde ik met hem in. Ook Darren grinnikte even. Fawna kwam snel aanlopen en had nog wat rode kaken. 'Zullen we weer door gaan?' Vroeg ik haar, Fawna knikte snel en Darren en ik stonden op.
Het was prettig om even op de harde weg te lopen, maar het begon me op te vallen dat de zon van richting was verandert en ondertussen al wat aan het zakken was. 'Hoe laat denken jullie dat het is?' Vroeg ik in het algemeen. 'Als ik het zo zie zijn we drieën al even gepasseerd en dicht bij vieren, maar precies kan ik het niet zeggen.' Melde Darren me. Ik zuchtte diep en zette weer een tandje bij.
'Hebben we nog enig rantsoen om een geïmproviseerd avond eten in elkaar te flansen voor straks?' Vroeg Fawna, ik keek haar kort aan 'ik heb nog wel een potje ananas voor je, en van het hotel heb ik nog wat elfen en mensen brood mee genomen, of hoe jullie dat ook noemen.' Zei ik tegen haar. 'Ppfff, ik heb al die ananas al op, waarom heb jij eigelijk potjes meegenomen van die trein? Elfen kunnen niet eens ananas eten.' Vroeg Fawna aan me.
'Omdat ik wist dat er nog wel een moment zou komen dat jij het kon gebruiken.' Zei ik tegen haar, Fawna knikte maar. 'Het zal nog wel even duren voordat we wat gaan eten.' Mompelde Darren, daar kon ik hem alleen maar gelijk in geven.
JE LEEST
DNA twisted
FantasíaEen derde wereld oorlog is uitgebroken, maar de reden daarvan had niemand zien aan komen. Het begon klein, zoals alle oorlogen. De ontdekking van de mythische wezens was de aanzet, de mensen zouden het nooit toegeven maar bedreigd voelde ze zich wel...