8

118 3 1
                                    


De vrouw zegt niets en geeft me de portemonnee. Ik sluit even mijn ogen en probeer niet te denken aan het probleem dat ik me hiermee om de hals haal.

Met kortte stijve passen banjer ik de regen in. Ik gooi de portemonnee in de tas en sprint er op mijn fiets vandoor.

De regen slaat in mijn gezicht en mijn haar is binnen een paar tellen doorweekt.

Het kan me allemaal niets schelen. Stom klote kind.

Er toetert een auto en een oude man met een klein hondje wijkt geschrokken uit als ik zonder te kijken langs een zijstraat fiets.

Eenmaal thuis aangekomen ren ik naar binnen.  Het regenwater glijd van mijn jas en vormt langzaam een plas tussen mijn voeten.

De jongen had geen jas aan, die zal wel nat zijn.  Onmiddellijk duw ik die gedachten weg. Wat maakt mij dat uit?

Ik hang mijn natte jas boven de verwarming en plof neer op de bank. Benieuwd pak ik het boek uit het plastic tasje.

Het is het tasje van de groenteboer verderop bij de flats. Dat weet ik omdat de vader van een oude vriendin daar werkt.

Het rode boek is gelukkig nog droog. Ik laat mijn vinger er overheen glijden en open nieuwschierig de rode kaft.

Er dwarrelt een blaadje op mijn schoot.

Alle lezers van dit boek, hier graag uw naam:

Met een raar week gevoel in mijn maag glijden mijn ogen naar de laatste naam.

Levi Smit.

Het is een rommelig jongenshandschrift en geschreven met een zwarte pen.

Ik denk aan de jongen en zijn naam. Op de een of andere manier past zijn naam wel bij hem.

Levi. Ik proef de klank in mijn mond. Ja dat past wel.

Ik trek een pen uit mijn schooltas en schrijf mijn naam onder die van Levi.

Julie Muller.

De naam van mij en Levi valt een beetje uit de toom. Waarom weet ik niet. Het lijkt alsof onze namen apart staan van de andere.

Ik leg het blaadje weer terug in het boek en sla de bladzijde om.

Er was eens.... Ik ben onmiddellijk verkocht. Mijn ogen vliegen over de woorden. En even vergeet ik de portemonnee.

The love you giveWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu